Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

GLOBAAL BEKEKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GLOBAAL BEKEKEN

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

In Leadership, vakblad voor christelijk leiders, stond een bijdrage over striphelden die leiderschapsstijl kunnen beïnvloeden. Een fragment over ‘geboren dictators’.

Een bijzonder type geboren leiders noem ik ‘geboren dictators’. Een voorbeeld is Jozef Stalin, geboren in 1878. Ondanks zijn terreurbewind eindigde hij onlangs nog als derde meest populaire historische Rus aller tijden. Stalins grote rolmodel was Koba, een Kaukasische bendeleider en de held in de Georgische roman De vadermoordenaar. Stalin, geboren in Georgië als Jozef Djoegasjvili, bijgenaamd Soso, las het boek op zijn 16e. Een jeugdvriend herinnerde zich: ‘Koba werd Soso’s god en gaf zijn leven inhoud. Hij wilde

Koba worden. Hij noemde zichzelf dan ook ‘Koba’ en stond erop dat wij dat ook deden. Zijn gezicht straalde van trots en plezier wanneer we hem zo aanspraken.’ Soso identificeerde zich volkomen met zijn ‘stripheld’, nam Koba’s normen en waarden over en imiteerde diens gedrag en methoden. Soso werd Koba en pleegde bomaanslagen, moorden en roofovervallen voor De Goede Zaak. Soso’s schuilnamen als terrorist van het communisme waren geïnspireerd door zijn jeugdheld: Koba, Koba Ivanovitsj, Osip Koba, Pater Koba, en na zijn 24e: Koba Stalin.

Later zou een Iraakse revolutionair zich identificeren met Stalin zelf. ‘U houdt van Stalin? ’ vroeg een politicus aan

Saddam Hussein, toen hij eenmaal de baas was. ‘Ja, ik hou van de manier waarop hij zijn land regeerde.’ De politicus zag dat Saddams kantoor een kleine bibliotheek bevatte van boeken over Stalin. Saddam imiteerde Stalins verovering van de macht, diens eenpartijstaat en zaken als heropvoeding, eliminatie van rivalen, showprocessen en terreur. Hij gebruikte graag Stalins woorden: ‘Als er een persoon is, dan is er een probleem; als er geen persoon is, is er geen probleem.’

Voor de oudere generatie is Joseph Luns, ooit minister van buitenlandse zaken, een begrip. In de politieke biografie die Albert Kersten over hem schreef (uitg. Boom, Amsterdam) staat een fragment over de kritische positie die hij innam over de doorwerking van de tijdgeest in ‘zijn’ Rooms-Katholieke Kerk.

Ook daar nam hij dezelfde ontwikkelingen waar, en dat verontrustte hem. De priesters misbruikten de preekstoel voor ‘politieke propaganda en even ongefundeerde als ondeskundige critiek op het buitenlands beleid van de Regering en haar bondgenoten’. Zijn audiënties bij paus Paulus VI gebruikte hij om zijn hart te luchten over de misstanden in Nederland. Ook suggereerde hij de paus ertegen op te treden, maar die toonde vooral behoedzaamheid. De bron van het kwaad was volgens Luns de invloed van moderne theo­

logen op bisschoppen. P. Teilhard de Chardin, de protestantse theologen zoals D. Bonhöffer en niet te vergeten de pater domiciaan E. Schillebeeckx hadden een kwalijke invloed op jonge priesters en het Nederlandse episcopaat. (…) Ook binnen de Nederlandse kerkprovincie handhaafde het episcopaat, kardinaal Alfrink voorop, zijn gezag niet maar plooide zich naar deze groepen die een loopje namen met ‘de trouw aan de Heilige Stoel en het dogma der Kerk’. Luns gruwde van ‘het optreden van “verloofde” studentenpaters, het goed praten door een aantal geestelijken van pederastie en andere seksuele afwijkingen, het niet duidelijk en publiek optreden van de katholieke hiërar­

chie tegen het zedenverderf, speciaal onder katholieke studerende jeugd, waarbij Nijmegen zich een trieste naam [heeft] verworven en het wonderlijk geëxperimenteer met de liturgie [zoals] het celebreren van de Heilige Mis door een dominé, z.g. interkerkelijke diensten waarbij Protestantse jonge vrouwen aan Katholieke geestelijken de hostie (of wellicht het avondmaal) uitreiken, het laten preken van afvallige Katholieke politici van de kansel, het houden van jazzconcerten tijdens de dienst of het doen vervaardigen van abstracte schilderijen eveneens tijden de mis e.d.

v.d.G.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 april 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

GLOBAAL BEKEKEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 april 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's