Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Leren omgaan met media

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leren omgaan met media

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kinderen moeten leren omgaan met media. Dat is niet betuttelend. Dat is verkeersles toch ook niet? Kinderen moeten virtueel volwassen worden. Dit zei Cathy Spierenburg, voormalig netmanager van Zapp en Zappelin, de kinderzenders van de publieke omroep. Deelname aan het verkeer is een mooi beeld voor mediagebruik. Voor beide geldt dat je het verantwoord moet doen, omdat je anders jezelf en anderen in gevaar brengt. Je moet de regels kennen, ervaring opdoen, weten wat gevaarlijk is en voortdurend opletten.

Mediaopvoeding is in wezen vergelijkbaar met verkeersopvoeding. Als de kinderen klein zijn, neem je ze aan de hand mee en verbied je ze om bijvoorbeeld alleen de straat over te steken.
Naarmate ze ouder worden loop of fiets je met ze mee en geef je onderweg aanwijzingen. Ten slotte laat je ze los, maar je blijft ze instructies meegeven: ‘Kijk je uit onderweg…?’

Ontwikkeling van mediagebruik
Twintig jaar geleden was de mediawereld nog overzichtelijk met kranten, tijdschriften, boeken, films, radio, televisie en telefonie. Begin jaren negentig veranderde dit drastisch. In 1989 gingen commerciële omroepen uitzenden in Nederland, waardoor het media landschap veranderde. Enkele jaren daarna startte de ontwikkeling van internet. Als we het nu over mediagebruik hebben, bedoelen we eigenlijk de computer met toegang tot internet. Alle oude en nieuwe media zijn met die ene computer binnen handbereik.
Denk aan dvd’s, games, kranten, tijdschriften, producten en diensten, sociale netwerken, e-mail, filmpjes, skype enzovoort.
De ontwikkelingen gaan door. Nu al zien we dat het mobieltje veel computertoepassingen aanbiedt, naast de telefoon-, agenda- en camerafunctie. Het mobieltje wordt de computer, waarmee we on demand over enorm veel informatie kunnen beschikken.

Ontwikkeling van mediaopvoeding
Twintig jaar geleden konden ouders in de mediaopvoeding nog grote invloed uitoefenen op de informatie en communicatie die hun kinderen bereikte. Ze waren nog de poortwachters (gatekeepers) in de relatie tussen de media en hun kinderen. Dat is heden ten dage anders. Het mediagebruik van kinderen en jongeren vindt steeds meer plaats buiten het gezichtsveld van ouders en de controle erop wordt lastiger. De computer met de vele toepassingsmogelijkheden vormt de toegangspoort tot de wereld van volwassenen. Het wordt moeilijker om kinderen voor deze wereld af te schermen.

Feiten en cijfers
Je terugtrekken uit de mediacultuur is in de praktijk onmogelijk. Kom je er thuis niet mee in aanraking dan gebeurt het wel bij vrienden, op school of op je werk.
Uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat 99 procent van de jongeren van 12 tot 25 jaar in 2009 toegang had tot internet en dat 90 procent van hen dagelijks tijd op het web doorbracht.
In maart 2010 deed Stichting Promotie Televisiereclame (SPOT) een tijdbestedingsonderzoek.
Hieruit blijkt dat de gemiddelde Nederlander vijf uur en drie kwartier per dag aan media besteedt. Het aandeel van televisiekijken hierin is 45 procent (155 minuten), van radio 33 procent en van internet 23 procent (80 minuten). Het lezen van kranten, tijdschriften, folders en boeken maakt 9 procent van de mediatijd uit. Gamen, muziek luisteren en bellen halen respectievelijk 4, 3 en 2 procent van de mediatijd. Uit deze cijfers blijkt overigens dat er gelijktijdig van meerdere media gebruik wordt gemaakt.

Uit het onderzoek blijkt ook dat de internettijd sinds 2008 is gegroeid en de televisietijd gedaald.
De groei zit vooral in jongeren die meer internetten en daarbij meer tijd besteden aan relatief nieuwe internetactiviteiten, zoals social media (bijvoorbeeld Hyves, Facebook, Twitter), ‘uitzending gemist’ en videofilmpjes. De toename van het gebruik van social media onder dertien- tot en met zestienjarigen noemt SPOT verbluffend. Ze gebruiken meer dan een uur per dag voor onder andere MSN en Hyves. Vanaf zeventien jaar daalt dit gebruik weer sterk en vanaf twintig jaar is er nauwelijks meer verschil met het gemiddelde.

Dergelijke cijfers illustreren dat het onmogelijk is om aan het ‘mediageweld’ te ontsnappen.
Het is zoals met het weer. Of je het nu goed of slecht vindt, het overkomt je en je kunt er maar beter rekening mee houden, zodat je erop kunt anticiperen en je zo nodig beschermen.

Advies 1: blijf op de hoogte van de ontwikkelingen
Allereerst is het voor de mediaopvoeding van belang dat je de ontwikkelingen volgt. Als je zelf weet wat er allemaal te koop is in de wereld ben je beter in staat om je kinderen toe te rusten.
Wanneer je gericht op zoek gaat naar informatie blijkt dat er onnoemelijk veel beschikbaar is.
Heel waardevol is in dit kader het werk van Mediawijzer. Dit is een christelijk platform voor genormeerd mediagebruik. Het biedt jongeren, ouders en andere opvoeders een helpende hand bij het gebruik van ICT en moderne media. Op www.mediawijzer.nl is veel informatie te vinden over onder andere mobieltjes, Hyves, MSN, games en dvd’s. Voor ouders met kinderen die veel dvd’s bekijken kan www.blikoponeindig.nl interessant zijn, omdat daar veel recensies van films vanuit christelijk perspectief staan.

Een tweede manier om goed op de hoogte te blijven van ontwikkelingen is learning by doing.
Maak zelf gebruik van internettoepassingen.
Wanneer je kind een profielsite wil aanmaken, op bijvoorbeeld Hyves, kun je dit samen doen of je maakt er zelf ook één aan en wordt vriend van je kind. Door het te doen, leer je veel over de mogelijkheden en bovendien heb je een goede aanleiding om over de voor- en nadelen door te praten met je kind.

Advies 2: stel grenzen en werk zo bewust aan gewetensvorming
Op jonge leeftijd vindt gewetensvorming plaats. Daarom is het belangrijk dat kinderen al vroeg een beeld krijgen van wat goed en fout is. Dat betekent dat je grenzen stelt aan het mediagebruik van kinderen. Een voorwaarde om grenzen te kunnen stellen, is dat kinderen niet zonder toezicht van media gebruikmaken. Geen tv of pc op de eigen kamer dus.
Gods geboden vormen een helder uitgangspunt voor de grenzen die je stelt. Concreet: bij gevloek, geweld, seks en overspel gaat de tv of pc uit. Door op deze wijze aan te geven wat goed en fout is, krijgt het kind ‘gevoel’ voor wat wel en wat niet kan, met als doel dat het kind later zelf de goede keuzes maakt.

Begrenzing van de tijd die aan media wordt besteed, is ook goed. Het normale sociale leven mag niet lijden onder mediagebruik. Je kunt ook vasten in je mediagebruik om zo beter je aandacht op God te kunnen richten.

Advies 3: schaf een filter aan
Voor het gebruik van internet is sowieso een filter aan te raden.
Een filter is geen garantie voor veiligheid, maar je verkleint de kans dat kinderen op jonge leeftijd in aanraking komen met ongewenst materiaal zoals geweld en expliciete pornografie.

Advies 4: blijf in gesprek
Ook al heb je gewerkt aan gewetensvorming en is er een filter, dan nog kun je erop rekenen dat kinderen in de puberteit grenzen verkennen. Verbieden heeft het risico in zich dat er van alles stiekem gebeurt, waardoor je nog minder grip op je kind krijgt.
Het is belangrijk om juist in deze vaak moeilijke levensfase met de kinderen mee te blijven lopen in het mediaverkeer. Probeer op de hoogte te blijven van wat ze doen en praat erover. Voorkom in zo’n gesprek dat je alleen praat over gevaren en risico’s of dat je pas je mening geeft als dingen misgaan. Bespreek voordelen van mediagebruik die in de sfeer liggen van informatie, communicatie en ontspanning. Bespreek ook de risico’s van internet, zoals:
a. Het onderscheid tussen privé en publiek. Wat op internet wordt gezet is in principe publiek. Je weet nooit wat er met bijvoorbeeld foto’s gebeurt die je op een profielsite zet.
b. Contact met ongewenste of onbekende organisaties en personen. Kinderen moeten leren dat ze privégegevens zoals adressen, telefoonnummers, bankrekeningnummers niet op sites invullen of aan onbekenden mailen.
c. De betrouwbaarheid van de informatie. Kinderen moeten leren om kritisch de informatie van de media, vooral internet, te beoordelen.
d. Ongewenst sitebezoek. Een bekend probleem is het bekijken van porno. Het is van belang dat tieners leren dat het pornografische materiaal dat ze te zien krijgen, niet veel te maken heeft met wat er in werkelijkheid gebeurt. Het geeft een verkeerd beeld van hoe God seksualiteit bedoeld heeft. Op www.ouders.nl staan goede tips voor hoe je een gesprek over dit onderwerp met je kinderen kunt voeren.

Advies 5: geef het goede voorbeeld
Voorbeeldgedrag is cruciaal. Alle goed gestelde grenzen en alle fijne gesprekken worden tenietgedaan als kinderen ontdekken dat pa en ma voor zichzelf andere grenzen stellen. Dat vraagt om een intensief gemeenschappelijk leven als ouders. Spreek er als ouders met elkaar over. Wees transparant voor elkaar in je eigen omgang met media. Bovenal vraagt het om een intensief leven met de Heere.

Auteur van deze brochure is drs. A.W. van Vugt, manager Marketing & Communicatie op de Christelijke Hogeschool Ede.


Tijdens huisbezoek

Het mediagebruik is iets wat zich afspeelt in het privédomein van mensen. Dit maakt het tot een lastig gespreksonderwerp tijdens huisbezoek. Maar wanneer je erover begint, zal negen van de tien keer blijken dat mensen open staan voor het gesprek. Ze beseffen immers de impact van het mediagebruik en velen worstelen met de vraag hoe ze met de media om moeten gaan.

Juist omdat het een teer privéonderwerp is, moet een sfeer van controle en/of verwijt worden voorkomen.
Het gaat er niet om elkaar de les te lezen of de maat te nemen. Het gaat erom samen te zoeken naar wat de Heere van ons vraagt. Vanuit die invalshoek mag concreet aan de orde komen wat Hem navolgen betekent voor de uitknop van de televisie, voor de tijd voor stille tijd, voor (internet)geheimen die mannen en vrouwen voor elkaar kunnen hebben enzovoort.
We mogen eindigen in de Heere, die in alles verzocht is geweest. Hij weet wat wij nodig hebben en Hem is gegeven alle macht in de hemel en op de aarde.
Een goede invalshoek voor het gesprek kan zijn om samen te zoeken naar de zegeningen van de media, de risico’s ervan en de wijze waarop je jezelf en je kinderen kunt toerusten voor verantwoord mediagebruik.

Het gesprek over dit onderwerp kan op een natuurlijke manier beginnen. Probeer aan te haken bij zaken die gezegd worden over een televisieprogramma, een bericht uit de krant, een e-mailcontact met de (klein)kinderen enzovoort. Met een opmerking dat de ontwikkelingen op het terrein van de nieuwe media niet bij te houden zijn, is het gesprek al geopend.

Een andere mogelijkheid is om iets te delen van de eigen worsteling met mediagebruik. De vraag kan dan zijn of deze worsteling wordt herkend. Bij een huisbezoek aan een gezin met kinderen is het nog eenvoudiger om het onderwerp ter sprake te brengen.
Als de kinderen erbij zijn, mag er best een directe vraag over het mediagebruik worden gesteld: Heb je een profiel op Hyves? Wat voor mobiel heb jij?


Verder lezen

Boeken
- Beeldschermkinderen. Theorieën over kind en media, door Patti Valkenburg, uitg. Boom, Amsterdam
- Generatie Einstein. Communiceren met jongeren van de 21e eeuw, Jeroen Boschma en Inez Groen, uitg. Pearson Educatie Benelux, Amsterdam
- Verliefd op internet. Over het internetgedrag van pubers, door Justine Pardoen en Remco Pijpers, uitg. SWP, Amsterdam

Websites
- www.cvfilm.nl of www.blikoponeindig.nl (filmsite van CV-Koers in samenwerking met Nederlands Dagblad en Katholiek Nieuwsblad) - www.mediawijsheid.nl (site bedoeld voor educatief medewerkers inzake mediaonderwijs)
- www.mediawijzer.net (online loket voor iedereen die te maken heeft met of meer wil weten over mediawijsheid. Mediawijzer.net is opgezet door het Mediawijsheid Expertisecentrum, op initiatief van de ministeries van OCW en Jeugd en Gezin.)
- www.mediawijzer.nl (christelijk platform voor genormeerd mediagebruik)
- www.mijnkindonline.nl (kenniscentrum jeugd en media)
- www.mybee.nl (kinderbrowser van stichting Mijn Kind Online)
- www.ouders.nl (Ouders Online: community voor ouders)


Gespreksvragen

In een gesprek tijdens huisbezoek of een gesprekskring over dit onderwerp kan aan de orde komen:

1 Met welke media kom je dagelijks in aanraking?
2 Welke media waren er in onze jeugdjaren? Hoe gingen onze ouders daarmee om? Wat vonden wij daarvan?
3 Hoe hadden mensen in de tijd van de Heere Jezus te maken met iets vergelijkbaars als onze huidige media?
4 Noem vijf zegeningen van de media.
5 Noem vijf risico’s van de media.
6 Hoe ga je zelf om met de risico’s van de media?
7 Waarom heb je wel of geen filter op internet?
8 Hoeveel tijd besteed je of besteden je kinderen aan de media en wat vind je daarvan?
9 Wat voor mobiel heb je of hebben je kinderen? Prepaid of abonnement? Internettoepassingen? Welke gevaren zitten eraan?
10 Wat betekent de rustdag voor het mediagebruik?


Uitgave van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk
Bijlage bij De Waarheidsvriend, 23 september 2010

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 september 2010

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Leren omgaan met media

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 september 2010

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's