Hoop en belofte

En u, Bethlehem-Efratha, uit u zal Mij voortkomen, Die een Heerser zal zijn in Israël.

Op zoek naar ‘de Koning der Joden’ gaan de wijzen uit het Oosten naar Jeruzalem. Logisch dat ze naar de hoofdstad van het land reizen. Maar het is niet zo vanzelfsprekend dat ze later in Bethlehem komen.

I n de tijd van Micha wordt Jeruzalem belegerd. Telkens dient zich weer een vijand aan. Op den duur dreigt de nederlaag. Straks zit er geen koning uit het huis van David op de troon. Dat lijkt slecht af te lopen.

Tegelijkertijd klinkt er een profetisch woord. Het loopt niet dood. Jesaja zei het ook al: ‘Want er zal een Twijgje opgroeien uit de afgehouwen stronk van Isaï, en een Loot uit zijn wortels zal vrucht voortbrengen’ (Jes.11:1).

De minste plaats

Micha mag ons wijzen op de geboorteplaats van David. Bethlehem wordt aangewezen. En de HEERE zegt het: ‘Uit u zal Mij voortkomen, Die een Heerser zal zijn in Israël’ (Mich.5:1). Een woonplaats die politiek en militair niet meetelt. Klein. Gering. De minste. In die plaats zal Iemand geboren gaan worden, Die op de troon van David komt te zitten. Als Maria zwanger is (de zesde maand), komt de engel Gabriël en die vertelt er ook over. ‘Hij zal groot zijn, en de Zoon van de Allerhoogste genoemd worden’ (Luk.1:32). Dat is de Heere Jezus, de Messias. Over Hem heeft Micha al gesproken. Ver vooruit. Met hoop en met belofte. Met een goed vooruitzicht. Er zal verlossing komen!

Micha 5 beschrijft ook, hoe de Heerser zal zijn. ‘Hij zal staan en hen weiden in de kracht van de HEERE (Mich.5:3). Als je de wereldmachten in gedachten neemt en de grote machthebbers – toen en nu –, dan denk je al heel gauw aan grof geweld en machtswellust. Hier is het anders. Totaal anders. Deze Koning kun je vergelijken met een herder. Ook Jesaja geeft daar een beeld van. ‘Als een herder zal Hij Zijn kudde weiden’

(Jes.40:11). Aan zo iemand kun je je wel toevertrouwen. Hij wil voor je zorgen met de liefde van Zijn hart.

Goede Herder

De Heere Jezus maakt Zich ook zo bekend: ‘Ik ben de goede Herder’ (Joh.10:10, 14). Hij voegt eraan toe: ‘De goede Herder geeft Zijn leven voor de schapen.’

Dat is duidelijk geworden, want Jezus geeft Zijn eigen bloed. Daarmee verzoent Hij voor God de zonde van Zijn volk. De duivel moet daarna steeds meer mensen loslaten. Jezus verlost al de Zijnen uit de heerschappij van de duivel en Hij maakt hen tot Zijn eigendom.

Zo kunnen wij Hem heel persoonlijk leren kennen als de Heere en mag je ‘mijn Heere en mijn God’ zeggen. Dan is Hij je Verlosser. Het is heerlijk dat je mag genieten van Zijn herderlijke zorg. Je luistert graag naar Hem, je wilt Hem volgen en bij Hem in de buurt zijn. Wat zegt Hij Zelf ? ‘En Ik geef hun eeuwig leven; en zij zullen beslist niet verloren gaan’ (Joh.10:28). Zijn onderdanen kunnen het bij niemand anders beter krijgen.

Nergens. Alles is voor hun bestwil. Zodra de wijzen uit het Oosten in de sterren hebben waargenomen dat er bij het Joodse volk een Koning is geboren, gaan ze er meteen op af. Ze worden naar Hem toe getrokken. In Jeruzalem vinden zij Hem niet. Er zijn wel overpriesters en schriftgeleerden die kunnen vertellen waar de Christus (de Messias) ter wereld zal komen. Ze noemen de profetie uit Micha 5:1. De wijzen komen naar Hem toe. Ze vinden Hem in Bethlehem. Het is onthutsend dat de mensen voor wie Jezus in de eerste plaats gekomen is, niet willen kijken en niet willen buigen.

Later zegt de Heere Jezus in de hoofdstad van het Joodse land: ‘Ik heb nog andere schapen, die niet van deze schaapskooi zijn, ook die moet Ik binnenbrengen, en zij zullen Mijn stem horen en het zal worden één kudde en één Herder’ (Joh.10:16).

Wie van ons is nog geen volgeling van Hem? Het zal toch vreselijk zijn als je van Bethlehem weet en van de Heere Jezus, maar dat je dan nog afstandelijk bent gebleven. Kan het echt niet anders?

Vrede

Hij zal vrede zijn, zo weet Micha. Hij schrijft het op in Micha 5:4. Paulus ziet er later wat meer van. Hij is onze vrede. Paulus ziet de scheiding tussen Joden en niet- Joden wegvallen (Ef.2:11-22). Hij is onze vrede. Wie in Gods verbond werd opgenomen, mag er heel dichtbij zijn. Het is nodig ook werkelijk naar Jezus toe te gaan! Wie hoorde er niet van? Wie hoorde er niet van huis uit bij? Er is nog ruimte. Er is ruimte vrij. Je kunt er nu nog bij.

W. van den Born

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen