Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gods Woord eist zijn leven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gods Woord eist zijn leven

Twaalf kleine profeten [1]: Hosea

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie iets wil weten over Hosea en daarom het gelijknamige profetenboek openslaat, knippert bij het tweede vers al met de ogen: ‘De HEERE zei tegen Hosea: Ga! Neem voor u een vrouw van de hoererijen en kinderen van de hoererijen.’

Over roeping gesproken. Bij Hosea trekt Gods Woord zijn leven binnen en eist het helemaal op. Scheiding van ambt en privéleven? Vergeet het maar. God plaatst hem in een glazen huis. Hosea is profeet en dat betekent niet alleen spreken, maar ook dat er van heel zijn gezinsleven een sprake zal uitgaan.

Schepje bovenop
Wie is deze profeet? Uit Hosea 1:1 kunnen we opmaken dat hij leeft en werkt in de tweede helft van de achtste eeuw voor Christus. Zijn herkomst en werkterrein moeten we zoeken in het Tienstammenrijk. Het is de tijd van Jerobeam II en van een steeds sterker wordend Assyrië. We horen dat Hosea de zoon van Beëri, de man van Gomer en de vader van Jizreël, Lo-Ruchama en Lo-Ammi is. Vooral de laatste twee namen liegen er niet om. Ze betekenen: niet ontfermd en niet mijn volk. Je zult maar zo heten. Je zult maar een naam dragen die in Israël moet klinken als een boodschap van God. En als dit allemaal al zeer ingrijpend is voor het leven van deze profeet, dan doet de opdracht van God in Hosea 3:1 daar nog een schepje bovenop: ‘Ga opnieuw, bemin een vrouw die bemind wordt door haar levensgezel, maar overspel pleegt.’ Gaat het hier om een andere vrouw of gaat dit over Gomer? Met prof.dr. C. van Leeuwen (Prediking van het Oude Testament) kies ik voor de laatstgenoemde positie. Volgens hem suggereert Hosea 2 dat Gomer Hosea ontrouw is geworden. En dan krijgt Hosea in hoofdstuk 3 de opdracht om deze ontrouwe echtgenote weer te beminnen. Hij betaalt wel een prijs voor haar, wellicht omdat Gomer aan lager wal is geraakt en in slavendienst terechtgekomen is. De prijs die Hosea voor haar betaalt is te vergelijken met de waarde van een slaaf, dertig sikkels.

Er is geen trouw
Het merkwaardige gezinsleven van Hosea tekent precies uit wat er in het land aan de hand is. Wat Hosea met Gomer moet beleven, moet God met Zijn volk beleven. Israël is Hem ontrouw door andere goden te dienen. In Zijn verkiezende liefde heeft de HEERE met Israël Zijn verbond gesloten. Hij heeft Zijn volk een wet gegeven om naar te leven en een land om in te wonen. Ongehoorzaamheid aan de geboden betekent ontrouw aan het verbond. Waar dat speelt, verspeelt Israël het land en moet het terugkeren naar Egypte (8:13, 9:3). Israël ‘hoereert’ (1:2, 4:12). Een krasse term, die aangeeft dat Israël bezig is met dingen die volstrekt onbestaanbaar zijn. Wie goed kijkt, ziet dat heel het land al zucht onder Israëls overspelig gedrag (4:1-3). Vloeken, liegen, moorden, stelen, overspel plegen, ze wijzen maar één ding aan: dat de HEERE een geding heeft met Zijn volk, omdat er geen trouw, geen goedertierenheid en geen kennis van God in het land is. Vooral dat laatste is iets dat we bij Hosea benadrukt vinden: het gaat in het verbond om het kennen van de HEERE. En dat kennen is vooral een levende omgang met de levende God kennen. Het is weet hebben van Zijn woorden en daden. Het gebrek aan deze kennis komt genadeloos aan het licht in Israël. Voor iedereen is de verloedering en verwildering zichtbaar. Geen wonder dat in deze omstandigheden de oproep tot bekering klinkt. De profeet eindigt Zijn boodschap met de oproep: ‘Bekeert u’ (14:2,3), een appèl om terug te keren naar God. Maar waarin schuilt de zaligheid? In deze belofte: ‘Ik zal hun afkerigheid genezen, Ik zal hen vrijwillig liefhebben’ (14:5). Uiteindelijk is het heil voor Israël en voor ons gelegen in die wonderlijke liefde van God, door ons niet af te dwingen. Die liefde moest Hosea verbeelden door Gomer vrij te kopen en opnieuw tot zich te nemen. Ondanks Israëls ontrouw bemint de HEERE de kinderen Israëls (3:1). Die liefde doet Hem van Ammi (Mijn volk) en Ruchama (ontfermd) spreken.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juni 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Gods Woord eist zijn leven

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juni 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's