Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Leven bij de tekenen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leven bij de tekenen

Twaalf kleine profeten [2]: Joël

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Je zou Joël de profeet van Pinksteren kunnen noemen. De apostel Petrus grijpt naar Joël om de samengestroomde mensen duidelijk te maken wat er aan de hand is in Jeruzalem.

De gebeurtenissen van die pinksterdag gaan niet buiten de Bijbel om. Integendeel, juist met Pinksteren blijkt dat profetenwoorden vroeg of laat hun vervulling vinden. ‘Daarna zal het geschieden, dat Ik Mijn Geest zal uitstorten op alle vlees’, zo had in vervlogen tijden Joël gesproken (2:28). Wanneer Petrus dit oude woord oppakt, zet hij dat ‘daarna’ van Joël nog wat scherper in de tijd. We horen hem citeren: ‘En het zal zijn in de laatste dagen’ (Hand.2:17). Blijkbaar gaat het er met Pinksteren ook om dat we weten hoe laat het is. De klok tikt niet eindeloos door. We bevinden ons in het laatste der dagen. Reden genoeg om tijdbewust te leven. Zo zou ik Joël willen typeren: als een tijdbewuste profeet. Hij leeft bij de tekenen van de tijd en hij spreekt van de grote dag des HEEREN.

Jeruzalem
In welke tijd? Het is jammer dat we deze zo tijdbetrokken profeet amper in de tijd kunnen plaatsen. We weten van deze profeet niet veel meer dan dat hij een zoon van Pethuël is. Regelmatig lezen we in zijn profetie over Jeruzalem en over de berg Sion. Laten we daar maar uit opmaken dat Jeruzalem de stad is waar Joël gesproken heeft. Maar wanneer? Is het in de laatste jaren van Israëls volksbestaan geweest, ergens tussen 597-587/6 voor Christus (C. van Leeuwen), of in de tijd na de ballingschap, in de eerste helft van de vierde eeuw voor Christus (H.W. Wolff )? Of nog later? Of juist veel vroeger? We weten het niet.

Sprinkhanen
Al kunnen we Joël dan moeilijk plaatsen in de geschiedenis, we horen wel van een aantal zaken die zich afspelen in de tijd van zijn profeteren. Allereerst is daar een geweldige sprinkhanenplaag. Met prachtige taal geeft de profeet de noodsituatie weer: ‘Want een volk is tegen Mijn land opgetrokken, machtig en niet te tellen; zijn tanden zijn leeuwentanden, het heeft de hoektanden van een leeuwin’ (1:6). Behalve die invasie van sprinkhanen, die alles kaal vreten, is er ook nog sprake van een grote droogte, zodat alles verdord is en het land een treurige aanblik biedt. De toestand is ernstig en wijst heen naar de grote dag des HEEREN.

Dag des HEEREN
Dag des oordeels, dag des Heren.
Alles zal tot as verteren,
zoals de profeten leren.
Zo luidt het eerste couplet van de bewerking van J.W. Schulte Nordholt van het aloude lied ‘Dies irae, die illa’ (Gezang 278:1, LvdK). Over die dag spreekt Joël. Het zal een dag zijn van ‘duisternis en donkerheid, een dag van wolken en dikke duisterheid’ (2:2). God laat de alarmbellen rinkelen. Ze kondigen het oordeel aan, maar die aankondiging is ook een aansporing tot bekering. Joël roept op tot oprechte boetedoening. Hij laat beloftevol horen wie God is en wil zijn voor Zijn volk. Zo mag Joël het volk ook de gerede hoop geven dat de HEERE Zich zal omkeren en berouw zal hebben (2:12-14). De boetedoening en het smeekgebed moeten geen zaak van de binnenkamer blijven. Laat het volk maar samenkomen en zich openlijk verootmoedigen (2:15-17). Zo is er zegen te verwachten. Dan heeft deze profeet ook heerlijke dingen te verkondigen: ‘Wees niet bevreesd, land, verheug u en wees blij, want de HEERE heeft grote dingen gedaan’ (2:21). Dan klinken ook de woorden die Petrus aanhaalt. De HEERE zal Zijn Geest uitgieten en Hij zal op de berg Sion ontkoming bieden aan een ieder die Zijn Naam aanroept. Zij zullen niet omkomen als de HEERE komt met Zijn oordelen. In Joël 3 maakt de profeet duidelijk dat die oordelen uiteindelijk gericht zijn tegen de vijanden van Gods volk. Bij de HEERE, op de Sion, is er bescherming voor Zijn volk. ‘De HEERE zal vanaf Sion brullen als een leeuw, vanuit Jeruzalem Zijn stem laten klinken, zodat hemel en aarde zullen beven. Maar de HEERE is een toevlucht voor Zijn volk en een vesting voor de Israëlieten’ (3:16).


Volgende week: Amos

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Leven bij de tekenen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's