Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dominee op internet

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dominee op internet

Twitter kan hulpmiddel en tijdslek zijn

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Linked-in, Facebook, Twitter en andere sociale media kunnen de boodschap van de kerk breder bekend te maken. Maar moet een predikant echt actief gaan twitteren of hyven?

Ds. M.C. Batenburg (Waddinxveen), ds. B.J. van der Graaf (Amsterdam) en ds. A.J. Kunz (Katwijk aan Zee) zijn het erover eens dat sociale media voor de kerk niet meer kunnen zijn dan een hulpmiddel. Ds. Kunz blijft het kritisch volgen. ‘Voor de overdracht van het Evangelie geloof ik er helemaal niet in. Daar zijn die media veel te vluchtig voor. Wel is het goed om contacten te leggen.’ Van de drie predikanten is ds. Kunz alleen aanwezig op Linked-in, ds. Batenburg op Linked-in en Twitter en ds. Van der Graaf heeft daarbij nog een Facebook-account. Ze gebruiken het onder andere om contact te onderhouden met oud-klasgenoten of collega’s. Ds. Batenburg: ‘Een predikant is een solist. Ontmoetingen als deze vind ik dan waardevol. Het levert ook wat op. Zo was ik eens op zoek naar een goed commentaar op het Johannes-evangelie. Toen ik die vraag op Twitter stelde, kreeg ik goede reacties.’

Band plakken
Predikanten houden zich op de platformen van sociale media het meest bezig met hun ambtelijke zaken. Catechese, jeugdwerk, preekvoorbereiding, avondmaals-, belijdenis- en huwelijksdiensten, en actuele theologische discussies domineren op Twitter. Twitter is een babbelbox waar ambt en privé door elkaar lopen. Alledaagse zaken die niet direct tot de ambtelijke werkzaamheden behoren, worden ook gedeeld met de volgers. Ds. C. van Duijn plakte onlangs de band van zijn fi ets en ds. J.T. Maas dineerde begin mei een ‘extreem lekker sympathiek menu’ in een restaurant in Nunspeet. Ds. C.A. van der Graaf en ds. B.J. van der Graaf blijken achter- achterneven te zijn. Na de paasdagen namen veel predikanten vakantie op. Ds. H.J. van Wijnen was in Friesland, ds. T.T.J. Pleizier in Denemarken en ds. Van der Graaf in New York. Ds. G.D. Kamphuis raakte eind maart in vervoering door het ontluiken van de natuur: ‘Op een dag als deze wordt de stad in het groen al groener. Ik zie berken uitbotten. Maakt me verwonderd. Leven is een geheim, een geschenk.’

Boos gemeentelid
Sociale media als Twitter en Facebook zijn een plaats voor informatieoverdracht en een ontmoetingsplek voor warmte, voor meeleven in zorgen en vreugde. Dat is de kracht maar ook de eenzijdigheid van deze media. Geen enkele predikant hoor je op Twitter over een slecht voorbereide preek, een boos gemeentelid of een moeizaam huisbezoek. Wie zijn dag niet heeft, moet sociale media mijden. De schitterende harmonie vergroot je ellendige humeur. Ds. Van der Graaf begon met sociale media omdat hij merkte dat hij iets miste. ‘Mensen vertelden mij over gebeurtenissen die ik nog niet wist. In een netwerkstad als Amsterdam is het bovendien belangrijk om als predikant netwerken te onderhouden. Sociale media zijn daarvoor een hulpmiddel. Mensen vinden het mooi om te weten waar ik mee bezig ben.’ Ds. Batenburg besloot te gaan twitteren om zichtbaar te zijn op het web. Missionair gezien zet het niet veel zoden aan de dijk, concludeert hij. ‘Mijn volgers zijn vooral christenen. Ik ken een predikant die bewust heel veel mensen volgt, om een breder podium te krijgen. Maar het lukt mij niet om vijfhonderd mensen te volgen.’

Tijdslek
De predikant uit Amsterdam is per dag ruim een kwartier kwijt aan het up to date houden van zijn accounts. Als het erg druk is, laat hij wel eens een paar dagen niets van zich horen. ‘Al die media geven heel veel prikkels. Kritisch blijven volgen is nodig.’ Ds. Batenburg houdt een half uur tot drie kwartier per dag zijn account bij. Ook hij houdt kritisch de hand aan de pols. ‘Twitter kan een tijdslek zijn.’ Het uitschrijven van de voornaam is op sociale media een gewoonte. Slechts een enkele predikant maakt zijn voornaam niet openbaar. De drie predikanten zijn daar vrij makkelijk in en gebruiken hun voornamen. Volgens ds. Kunz gaat de jongere generatie daar makkelijker mee om dan de generatie ervoor. Het hoort volgens hem ook bij het informele karakter van de media. Ds. Batenburg: ‘Ik merk in contacten dat mensen mij blijven zien als een predikant. Van devaluatie van het ambt is geen sprake.’

Hyves
Ds. Kunz heeft niet zoveel met jongerennetwerken als Hyves op. ‘Ik vind dat een predikant zich dan in het netwerk van jongeren stort waar hij niets te zoeken heeft. Vergelijk het alsof je het woordgebruik van jongeren overneemt. Jongeren willen serieus genomen worden. Door e-mail houd ik in het pastoraat wel met elke jongere contact. Dat is tot op zekere hoogte. Als het nodig is, stuur ik aan op een echt gesprek.’ De predikant uit Katwijk heeft korte tijd een Twitter-account gehad. ‘Maar dat medium is me veel te vluchtig. Waarom moeten mensen bovendien weten dat het lekker strandweer is of dat ik vanavond een vergadering heb?’ Ds. Batenburg nuanceert dat hij in Waddinxveen merkt dat jongeren zich serieus genomen voelen als ze met de predikant kunnen twitteren over bijvoorbeeld de preek.

Theologische discussies
Present zijn op diverse mediakanalen acht ds. Kunz van belang, zolang het besef levend blijft dat deze kanalen alleen een hulpmiddel zijn. ‘Paulus stond natuurlijk ook op de markt. Dat kan een deur openen tot contact. Maar verwacht niet het heil van de media. De evangelieverkondiging zal door de viva vox moeten geschieden.’ Ds. Batenburg erkent de vluchtige kant van Twitter, maar benadrukt ook een ander facet. Hij haalt aan hoe actuele theologische discussies onlangs werden uitgesponnen op Twitter. ‘Ik denk dan aan de visie dat de kerk begraven moet worden, zoals ds. W.M. Dekker in april stelde. Ook het boek Marginaal en Missionair van ds. W. Dekker kon rekenen op veel aandacht. Met weinig woorden kun je blijkbaar wel de diepte ingaan.’

Gezicht
Netwerken is niet per se egocentrisch gekwebbel, stelt ds. Van der Graaf. ‘Als een dienaar van het Woord moet mijn persoonlijkheid schuilen achter het Woord. Maar de kerk heeft in deze leiderschapscultuur behoefte aan een gezicht. We moeten zo’n cultuur kritisch volgen, maar het is ook een gegeven. Ik zie voorlopig veel kansen in het gebruik van sociale media. Wie het niet gebruikt, kiest er bewust voor zich als predikant en kerk terughoudend op te stellen.’

---
Etalage
Over het gebruik van sociale media is half mei een korte studie verschenen: Sola Media. Het gebruik van sociale media voor gemeenteopbouw in de Protestantse Kerk in Nederland (http://issuu.com/wieringa/docs/solamedia). Het onderzoek veronderstelt dat predikanten niet om sociale media heen kunnen. De geïnterviewde actievelingen zijn ooit aan nieuwe media begonnen. Later is dat ingepast in het kerkelijke beleid. Er zijn verschillende redenen om te beginnen met sociale media, volgens het onderzoek. Die media geven de kerk een etalage waarin menselijkheid, transparantie en interactiviteit zijn uitgestald. De kerk moet zijn op de plaats waar haar leden zijn. Jongeren zijn vaak op internet te vinden, dus daar liggen kansen voor kerken. Sociale media zijn laagdrempelig. Mensen zullen een predikant eerder benaderen via Linked-in of Facebook dan in het echt. Sociale media versterken ook de onderlinge band tussen kerkleden. Het onderzoek vermeldt dat er nog geen instrumenten beschikbaar zijn om de effectiviteit van sociale media in de kerk te meten. De kerk dient zich verder te bezinnen op de media in relatie tot het Evangelie. De oppervlakkigheid en vluchtigheid van de media creëren volgens de studie onrust, terwijl het Evangelie juist rust tot stand brengt.
---
Onderzoek
Uit een onderzoekje blijkt dat veel hervormd-gereformeerde predikanten, op de oudere generatie na, een account op Linked- in hebben. Dit is een zakelijk medium voor contact met vooral collega’s. Predikanten kunnen zich onder andere aansluiten bij interessegroepen als ‘Gereformeerde Bond’ of ‘Predikanten & pastores’. Discussies komen in de eerste groep overigens nog niet echt van de grond. Zo’n twintig predikanten uit de Gereformeerde Bond zijn actief op Twitter. De topper is zonder twijfel ds. M.J. Schuurman, die onlangs de grens van 10.000 tweets overschreed. Ds. T.T.J. Pleizier is nummer twee met zo’n 2500 geplaatste berichten. Hun account is zo’n twee jaar oud. Ds. M.C. Batenburg timmert ook aan de weg. Hij heeft sinds afgelopen december een account en al zo’n 1800 tweets op naam staan. De meesten twitteren minder vaak en sommigen bijna nooit. Gebruikt deze laatste groep zijn account vooral om anderen te volgen? Ds. G. de Fijter heeft drie tweets geplaatst, waarvan de laatste op 8 januari 2010. De meeste twitterpredikanten zijn jong. De vijf oudste predikanten met een Twitter-account zijn ds. H. Vreekamp (67), ds. De Fijter (65), ds. M. Aangeenbrug (64) ds. G.D. Kamphuis (56) en ds. C. van Duijn (51). Predikanten die Facebook of Hyves gebruiken, zijn er niet zoveel. Enkele predikanten, zoals ds. D.P.C. Looijen, ds. M.J. Schuurman en ds. T.T.J. Pleizier, houden ook een weblog of een website bij. De laatste predikant heeft als een van de weinige predikanten accounts op vier kanalen van sociale media: Linked-in, Twitter, Facebook en Hyves.

---
Twitter
Twitter is een internetdienst waarmee gebruikers korte berichtjes publiceren. Iedereen kan zich op deze sociaalnetwerksite een profiel aanmeten en op elk moment van de dag in maximaal 140 tekens vertellen waar hij mee bezig is, wat hij van plan is of wat hem bezighoudt – en dat alles van anderen volgen.
Linked-in
Op Linked-in delen gebruikers met anderen hun gegevens over opleiding, werk en ervaring. Door je met anderen te linken, ontstaat er een netwerk. Ook is er de mogelijkheid om met elkaar te discussiëren of zich aan te sluiten bij groepen rond een bepaalde interesse. Sommige bedrijven zetten tegenwoordig alleen op Linked-in hun vacatures uit. Facebook en Hyves
Facebook en Hyves hebben vooral een persoonlijk karakter. Gebruikers zetten op hun account foto’s van de familie of vakantie, delen waar ze mee bezig zijn of wat ze willen gaan doen. Bedrijven en organisaties hebben hier ook vaak een account: ze willen met hun boodschap doordringen tot deze gebruikersgroep of peilen wat deze groep consumenten belangrijk vindt. De internationale netwerksite Facebook verdringt het Nederlandse zusje Hyves meer en meer uit de markt.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Dominee op internet

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's