Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Maand van de geschiedenis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Maand van de geschiedenis

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Oktober is de maand van de geschiedenis. Vier weken lang manifestaties en activiteiten die aandacht vragen voor het verleden. Tevens een goed moment voor de publicatie van nieuwe boeken over mensen en dingen die voorbij gingen. Hoe kijken wij naar het verleden? Is onze belangstelling vaak niet gekleurd door de actualiteit en wordt ons beeld van het verleden daar vaak ook niet door bepaald? In het Leids Universitair Weekblad Mare (29 sept.) stond een boeiend artikel over de Nederlandse rol in de slavenhandel, naar aanleiding van een recente tv-serie over dit onderwerp. Vincent Brongers sprak met drie slavernij-experts over deze pijnlijke periode in de geschiedenis, Gert Oostindie, Piet Emmer en Lotte Pelckmans. Brongers begint met de oproep van politici om het paneel ‘Hulde der Koloniën’ op de Gouden Koets naar het museum te verbannen.

Moet de Gouden Koets worden overgeschilderd?
Emmer: ‘De Gouden Koets en de slavernij hebben niets met elkaar te maken. De koets was een geschenk van de stad Amsterdam aan Koningin Wilhelmina bij haar troonsbestijging in 1898. Je ziet wel halfontblote vertegenwoordigers van Azië en Afrika, maar waaruit blijkt dat zij slaaf zijn? De oproep is absurd.’
Oostindie: ‘De slavernij was in 1898 al 35 jaar afgeschaft. Tegen Harry van Bommel (SP) en Mariko Peters (GroenLinks), die in een opiniestuk daartoe opriepen, zou ik willen zeggen: ‘Get your facts right.’ Je lost geen probleem op door het weg te poetsen.’
Pelckmans: ‘Het belangrijkste is leren van het verleden. De koets komt elk jaar voorbij paraderen, een mooie aanleiding voor een discussie. Het is goed dat je hier de argumenten voor en tegen in de krant kunt lezen. In Mali gebeurt dat niet.’
Oostindie: ‘Er zijn wel grenzen natuurlijk. Stel dat er slaven op staan die ernstig worden getuchtigd. Wat doe je dan?’

Slavernij was toch gewoon?
Oostindie: ‘Wij vinden het bizar, maar in de hele wereldgeschiedenis is onvrijheid een constante.’
Pelckmans: ‘Je moet het in de juiste tijdsgeest zien, maar dat mag geen excuus zijn. Het is geen reden om de zaak te banaliseren en er geen aandacht aan te schenken.’
Emmer: ‘We willen voortdurend dat 17e-eeuwse mensen door de ogen kijken van de 21e eeuw. Dat werkt niet. Met het geweten van nu was men er nooit aan begonnen. En als je uitrekent wat de slavenhandel opbracht, vraag je je af waarom ze in vredesnaam zoveel moeite deden. Het leverde wel enige winst op, maar als je het afzet tegen het nationaal inkomen is het miniem. Nederland was verantwoordelijk voor ongeveer vijf procent van de trans-Atlantische slavenhandel.’
Oostindie: ‘Plantages waren geen concentratiekampen, het was geen ‘Black Holocaust’, al wordt dat soms gesuggereerd. De Holocaust was erop gericht om zoveel mogelijk mensen te vernietigen. Slavenhandel was niet bedoeld om Afrikanen dood te maken, maar juist om rijk te worden – zij het over de rug van anderen en met racistische argumenten. Dat vinden wij natuurlijk verwerpelijk.’
Emmer: ‘Waarom maakten ze niet gewoon arme Nederlanders tot slaaf ? Dat was makkelijker. We hebben vreselijke dingen met Europeanen gedaan, maar tot slaaf maken gebeurde niet. Het was culturele voorkeur om het niet te doen. Al is dat een zwak argument. Met eigen volk gingen we ook slecht om.’

Zijn excuses nodig?
Oostindie: ‘Publiekelijk zeggen: ‘Dit had zo niet gemogen’” moet natuurlijk wel en dat is ook gebeurd. Verder is het belangrijk om op fatsoenlijke manier om te gaan met de voormalige koloniën in de vorm van erkenning en ook ontwikkelingshulp.’
Emmer: ‘Maar je kunt nog veel meer schuldvragen stellen. Vrouwen werden niet als gelijke behandeld. Kinderarbeid was aan de orde van de dag. En wat te denken van dierenmishandeling? We hebben ook geen hondenkarren meer.’
Pelckmans: ‘Ik denk dat mensen niet echt gebaat zijn bij excuses. Investeer liever geld in het publiek maken en het verhaal vertellen. Het gaat er om dat mensen zich bewust worden en blijven van het slavernijverleden en dat ook met het heden kunnen verbinden.’
Oostindie: ‘De Nederlandse staat benadert het verleden op een rare moraliserende wijze. In 2002 werd de oprichting van de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) herdacht in de Ridderzaal. De koningin en premier Kok waren erbij. Er hing een feestelijke sfeer. Drie maanden later waren dezelfde prominenten aanwezig bij de onthulling van het Nationaal Monument Slavernijverleden. Toen was het juist spijt betuigen geblazen over de core business van de West- Indische Compagnie (WIC). De overheid waait mee met wat bepaalde groepen migranten willen: ‘Indische Nederlanders, zijn jullie trots op de VOC en niet boos over het kolonialisme? Dat komt goed uit. Dat zijn wij eigenlijk ook.’ ‘Surinamers en Antillianen: Jullie zijn niet blij met de WIC, dan zijn wij dat ook niet.’ Dat is ‘u vraagt, wij draaien.’’
Pelckmans: ‘In West-Afrika wordt de interne slavernij in de doofpot gestopt. De aandacht gaat uit naar de trans- Atlantische slavenhandel. Het komt overheden goed uit om een gezamenlijke boeman te hebben, dat leidt af van de eigen problematiek. Het schept ook eenheid in de West-Afrikaanse natiestaten die nog zo jong zijn. Als je gaat porren in het verleden van die landen krijg je conflicten en verwijten.’ (…)

Heeft slavernij ondanks de ellende ook positieve kanten?
Emmer: ‘Dat is het rare. Er zitten veel vreselijke aspecten aan. Maar op het punt van voedsel was vaak niets mis. Je ging een dure investering niet laten verhongeren. Het dieet van slaven in Noord-Amerika rond 1850 was beter dan wat Fiat-arbeiders in 1939 aten in Italië. Als je skeletten vergelijkt van West-Afrikaanse kinderen in de puberteit met die van leeftijdsgenoten die zijn opgegraven bij slavenkerkhoven, dan blijkt dat slavenkinderen langer zijn. En lang zijn betekent: beter eten en minder ziekten. Als je nu aan een lange zwarte basketballer denkt, denk je niet aan een West-Afrikaan maar aan een Noord-Amerikaan.’
Pelckman: ‘Na de aardbeving in Haïti, een land waar veel nazaten van slaven wonen, bood de president van Senegal slachtoffers een stuk land in zijn land aan. Hij stelde dat de Haïtianen dubbel gestraft waren vanwege hun slavenachtergrond en de aardbeving. Aan Senegalezen met slavenafkomst in eigen land zou hij nooit land aanbieden.’ Oostindie: ‘In een systeem dat totaal niet deugt, wordt er tegen de klippen op gewoon geleefd. En dus ook cultuur ontwikkeld. De hedendaagse popmuziek is via de blues en de jazz bijvoorbeeld ook een erfenis van de slavernij.’
Emmer: ‘In het Caribische gebied waren er soms honderden slaven tegenover een paar plantagehouders en opzichters. Het is toch te gek om te denken dat dit functioneerde zonder medewerking van die slaven.’

Na de verschrikkingen van de slavernij gaan we nog iets verder terug in de tijd. De historicus Peter Raedts publiceerde onlangs een monumentaal boek over de Middeleeuwen. Althans over het beeld dat men – met name in de negentiende eeuw – van de Middeleeuwen construeerde. Iedereen zijn eigen Middeleeuwen. Aan het slot van een omvangrijk interview met de Groene Amsterdammer (13 okt.) beschouwt Raedts ook de huidige omgang met het verleden. Hij ziet het verlangen in de samenleving naar een samenhangend verhaal, dat gefundeerd wordt in de Verlichting.

Toch is er iets veranderd tussen nu en pakweg tien jaar geleden. Het verlangen groeit naar een Groot Verhaal. Die nood zie je toenemen naarmate we ons bedreigder voelen. Want hoe gaat het nu eigenlijk met Europa? Zijn we niet aan het wegzakken? De laatste paar jaar zijn we ons weer sterker met ons verleden gaan bezighouden: waarop berusten onze waarden nu? Voorlopig houdt dat op bij de Verlichting. Op het moment is de tweede helft van de zeventiende eeuw erg populair: Spinoza. De Verlichting zou bij hem begonnen zijn. Op dit moment zijn we druk bezig met de strijd tegen de islam – want daar komt het toch wel op neer. Dat is op dit ogenblik hét grote punt: wij zijn verlicht en zij niet. Dus beginnen we gewoon in de zeventiende eeuw: Spinoza is de eerste die de godsdienst ontmaskerd heeft and going on from there.’

Ik denk niet dat Wilders Spinoza gelezen heeft.
‘Vermoedelijk niet. Maar anderen wel. Wilders gebruikt er een populaire versie van en doet ermee wat hij wil. Hij combineert de Verlichting en de dorpspomp heel handig, terwijl ze, intellectueel gezien, niet met elkaar in overeenstemming te brengen zijn. Als je vanuit de Verlichting denkt, dan denk je vanuit de Universele Rede. Dat betekent: alle mensen zijn redelijk begaafd, ze kunnen denken, en wat ons mensen gemeenschappelijk is, is veel groter dan wat ons scheidt. Wilders groept ons allen rond de dorpspomp en zegt tegen de moslims: jullie moeten hetzelfde worden als wij – en speelt daarmee de kaart van de Universele Rede: dit is wat beschaafd is en daar houden jullie je niet aan. Zijn dorpspomp is de enige dorpspomp. Het is een heel rare combinatie van eigenheid en wat-ons-eigen-is-is-eigenlijk-universeel.

West-Europa staat er niet goed voor, en op het ogenblik gaan we door een uiterst serieuze crisis. Die lossen we niet op door alleen maar te gillen: de Verlichting, de Verlichting! Door een soort rationalisme te stellen tegenover de bijgelovigheid van alle anderen. Europa wil niet horen dat het een christelijk verleden heeft. (…) ik heb het verdwijnen van het christendom nooit zo serieus genomen. Ik zag het altijd als een tijdelijke inzinking. Maar het christendom gaat door een diepe crisis. Ik merk het aan mijn studenten, van wie letterlijk niemand meer christen is, niemand. Ik merk het aan de vijandigheid van de media, waarin het christendom wordt weggezet als een tehuis voor achterlijke idioten. Je wordt op een hoop geveegd van achterlijkheid en immoraliteit. De radicaalste atheïsten zeggen: godsdienst is niet alleen achterlijk, het is immoreel. En daarmee zijn natuurlijk de Middeleeuwen ook een stuk onaantrekkelijker geworden, want wat je van de Middeleeuwen ook kunt zeggen: het was een christelijke tijd.’

Samenvattend: rond het thema slavernij dreigt het gevaar dat we voortdurend zeventiende-eeuwse mensen door de ogen van de 21e eeuw willen laten kijken. En in de politiek en de media van vandaag wordt een bepaalde opvatting van de geschiedenis (de Verlichting) ingezet om de islam – en in haar kielzog het christendom – weg te zetten. Blijkbaar is de omgang met het verleden kwetsbaar. Je kan de dingen naar je hand zetten en inzetten voor je eigen gelijk. Gemakkelijk – schreef dr. A. Th. Van Deursen ooit (De eeuw in ons hart) – wordt geschiedenis dan het verhaal van gemaakte fouten. Of het verhaal van gemaakte fouten die wij nu gelukkig weten te vermijden. Geschiedenis gaat echter in de eerste plaats over mensen. ‘Mensen die met andere middelen en mogelijkheden voor dezelfde taak stonden als wij.’ ‘Mensen die ons nastaan, omdat ze met ons mens geweest zijn.’

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 oktober 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Maand van de geschiedenis

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 oktober 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's