Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

‘Daar komt de Bijbel’

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

‘Daar komt de Bijbel’

Kerk heeft rol in godsdienstles op openbare school

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Niet alleen de christelijke school kent godsdienstles. Ook ouders van kinderen op een openbare school kunnen kiezen voor lessen in de protestantse godsdienst. Hun kind kan zo in aanraking met de Bijbel komen.

'Daar komt de Bijbel!’ Een docent die godsdienst op een openbare basisschool geeft, hoorde het de kinderen roepen. Misschien is het de enige Bijbel die deze kinderen in hun leven zullen zien. Daarom is dit werk belangrijk. Je bent blij met de kinderen die er zijn. Behalve godsdienst is er ook het vak geestelijke stromingen, dat allerlei godsdiensten naast elkaar behandelt. De kerk heeft veel betekenis als het gaat over de godsdienstles op de openbare school. De Nederlandse Hervormde Kerk heeft als ‘volkskerk’ vanouds haar plaats ingenomen in het midden van de samenleving. Daarmee is ze altijd missionair gericht geweest. De Hervormde Kerk is ook altijd sterk betrokken geweest bij de godsdienstles op de openbare basisschool. Zij droeg veelal de verantwoordelijkheid voor de benoeming van docenten, de financiering en het participeren in het Interkerkelijk Overleg in Schoolzaken (IKOS).

Nieuwe werkgever
Dat de Protestantse Kerk die concrete rol vandaag niet heeft, is niet omdat ze niet missionair is maar omdat de situatie veranderd is. Decennialang waren de plaatselijke kerken, IKOS-afdelingen en commissies van Raden van Kerken de werkgevers van de docent godsdienstige vorming. Dit veranderde toen de Tweede Kamer eind 2008 besloot om jaarlijks een subsidie beschikbaar te stellen voor dit onderwijs (10 miljoen euro). Het Protestants Centrum voor Godsdienstig Vormingsonderwijs (GVO) werd opgericht. Dit fungeert sinds 1 augustus 2009 als werkgever van gvo-docenten: het benoemt de docenten en regelt de financiering. Het is daarmee de zogenoemde landelijke zendende instantie geworden, die tegelijk verantwoordelijk is voor de kwaliteit van het onderwijs en de benoeming van de docenten.

Aansluiten
De plaatselijke kerken lijken daarmee niet meer met de godsdienstles op de openbare school van doen te hebben. Toch is dat niet zo. Ze zijn plaatselijk de zendende instantie en hebben nog steeds een taak. Ik denk sowieso aan het gebed voor docenten die dit werk doen en voor de leerlingen die de lessen volgen.

Ik denk ook aan financiële ondersteuning: als er extra materiaal nodig is voor de godsdienstlessen – bijvoorbeeld als de kinderen die de lessen volgen een eigen Bijbel krijgen – en aan de opleiding van nieuwe docenten, die veel kost. Terzijde: momenteel bereidt mijn werkgever, Driestar Hogeschool in Gouda, samen met andere hogescholen een opleiding docent godsdienstige vorming op de openbare basisschool voor.

Maar ook het contact met de landelijke zendende instantie is van groot belang. Een jaar geleden is de Vergadering van Aangeslotenen opgericht, een platform tussen organisaties en kerken voor gvodocenten en het bestuur van de stichting. De Vergadering fungeert als adviesorgaan, klankbord en denktank van de Stichting Protestants Centrum GVO. Het is van groot belang dat afgevaardigden van plaatselijke kerken zich aansluiten bij deze vereniging, om zo ruimte te geven aan het gereformeerd belijden.

Nieuwe docenten
Kerken hebben nog een belangrijke rol. Er is een grote behoefte aan nieuwe leerkrachten. De christelijke gemeente kan hierin stimuleren. Al is de godsdienstles op de openbare school geen evangelisatiewerk, kinderen komen wel in aanraking met het Woord van God. En waar dat Woord komt, mogen we vrucht verwachten. Het zal nooit leeg terugkeren. Een godsdienstdocent op een openbare school vertelde de kinderen over het volk Israël in de woestijn. Opnieuw was het volk ontevreden. Toen stuurde de Heere giftige slangen. De Israëlieten gingen naar Mozes en vroegen hem te bidden tot God. De docent vervolgde: ‘Toen zei de Heere God…’ Maar voor zij haar zin kon afmaken, riep een jongetje: ‘Bekijk het maar!’ Een logische reactie. Het is een wonder dat God nooit zegt: ‘Bekijk het maar.’ Integendeel, Hij ziet om naar mensen. Die boodschap van genade mogen we vertellen aan kinderen die de Bijbel niet kennen. De velden zijn wit om te oogsten. Waar zijn de arbeiders? Waar de bidders?

---
Ik heb nog andere schapen, die niet van deze schaapskooi zijn; ook die moet Ik binnenbrengen, en zij zullen Mijn stem horen en het zal worden één kudde en één Herder. (Joh.10:16)

---
De wet over godsdienstles
Volgens de Lager Onderwijswet van 1806 leidt het openbaar onderwijs kinderen op in alle christelijke en maatschappelijke deugden. Onderwijs in de christelijke leer wordt aan de kerken overgelaten. Deze scheiding leidt in 1848 tot de bepaling in de grondwet dat het openbaar onderwijs wordt gegeven ‘met eerbiediging van ieders godsdienstige begrippen’ of, zoals het tegenwoordig in de grondwet staat, ‘met eerbiediging van ieders godsdienst of levensovertuiging’. Deze ruimere formulering gaat gepaard met een ruimere formulering van de opdracht aan het openbaar onderwijs. Volgens de huidige wetgeving moet het openbaar onderwijs aandacht schenken aan de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving en aan onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden. Deze opdracht omvat ook het kennisgebied ‘geestelijke stromingen’, waarbij de openbare school geen voorkeur voor de een of andere levensbeschouwing wil uitspreken. Dit geldt niet voor het onderwijs dat op verzoek van ouders in de door hen gekozen godsdienst of levensovertuiging wordt gegeven. Hiervoor is de openbare school niet inhoudelijk verantwoordelijk, ze stelt alleen faciliteiten ter beschikking. De openbare school vindt het belangrijk dat kinderen respect hebben voor andere godsdiensten, levensovertuigingen en culturen en zij wil dat een kind een eigen kijk op het leven ontwikkelt. Daarom wordt de mogelijkheid geboden om humanistisch vormingsonderwijs (hvo) of godsdienstig vormingsonderwijs (gvo) te volgen. Keuzemogelijkheden binnen het godsdienstonderwijs zijn: protestants christelijk vormingsonderwijs, katholiek vormingsonderwijs of islamitisch vormingsonderwijs.

---
Als een herder zal Hij Zijn kudde weiden: Hij zal de lammetjes in Zijn armen bijeenbrengen en in Zijn schoot dragen. (Jes.40:11)

---
Waarom?
Waarom geven we eigenlijk godsdienstles op de openbare basisschool? De methode Bijbelwijs, uitgegeven door de HGJB, geeft een omschrijving van het hoe, wat en waarom. ‘Leerlingen maken kennis met aspecten van de Bijbel en het christendom. De leerlingen worden uitgedaagd en begeleid om een verbinding te leggen tussen verhalen uit de Bijbel en gebeurtenissen en ervaringen uit hun eigen leven. In tegenstelling tot het kennisgebied ‘geestelijke stromingen’, kent het godsdienstonderwijs een meer subjectieve benadering. Hiermee bedoelen we dat de docent mag onderwijzen vanuit zijn of haar persoonlijke geloof, dit vormt veelal ook de motivatie om godsdienstonderwijs te geven. Dit is een pre: de docent kent het christelijk geloof van binnenuit en is ervaringsdeskundig. Tegelijk mag de docent dit persoonlijk geloof niet opleggen aan de leerling.’

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 november 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

‘Daar komt de Bijbel’

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 november 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's