Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kuitert

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kuitert

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De verschijning van Alles behalve kennis, het laatste boek van dr. H.M. Kuiter, gaf even een rimpeling in de kerkelijke pers. Dat had niet zozeer met de inhoud van het boek te maken. In Trouw werden verschillende jonge theologen aan het woord gelaten die klip en klaar duidelijk maakten dat ‘Harry Kuitert echt passé’ is.
Inger van Nes (25) doet voor de Protestantse Kerk in Amsterdam onderzoek naar twintigers en de toekomst van de kerk. Zij verwoordt het zo:

Kuitert is één van de redenen waarom ik theologie ging studeren. Ik las ‘Het algemeen betwijfeld christelijk geloof ’.
Daarin staat dat je mág twijfelen. Dat je ook zonder huis vol vaste zekerheden nog verder kunt kijken. Hij maakte duidelijk dat je zélf mag nadenken zonder opgezadeld te zitten met geloofszekerheden. Hij liet zien dat je als theoloog ook kritisch kunt zijn.
Maar gaandeweg werd hij minder relevant voor mij. Jonge theologen zijn met heel andere vragen bezig. Hij staat toch in een cultuur van het afzetten tegen de traditie. Die afrekentheologie, dat hoeven wij niet meer. (…) Bij ons gaat het om de vraag waarom het nog de moeite waard is om bij het instituut kerk te zijn. Wij kijken veel meer naar wat ons bindt met andere stromingen in de christelijke traditie. Voor ons is het belangrijkste: hoe nu verder?

‘Die afrekentheologie dat hoeven wij niet meer’. Dat is inderdaad een ander geluid dan Kuitert zelf laat horen. In het zingevingsmagazine Volzin van oktober stond een interview met hem over zijn geloof – ‘alle kennis van boven komt van beneden: er is geen echte Godskennis’ – en zijn nieuwe boek, waarin hij een andere functie voor de kerk probeert te zoeken.

‘In den beginne was het woord en het woord was bij God en het woord was God’, zegt het Johannesevangelie. Het zijn mensen die dat woord spreken.
Daarom zeg ik: niet God is het woord, maar het woord is God. Mensen scheppen met hun woorden zichzelf en hun wereld.
Geen gelovige dus, maar nog wel christen? ‘Een seculiere christen dan’, antwoordt hij, ‘Ik houd van het christendom het belangrijkste over, namelijk alles wat het christendom aan humanitaire cultuur gebracht heeft en nog brengt. Dat wil ik graag in stand houden en daar vecht ik voor. Maar ik vecht niet voor leerstellingen. Die hoeven niet. Al die zogeheten waarheden leiden alleen maar tot oorlog. Pas wanneer het absolute uit de godsdienst verdwijnt, is de oorlog afgelopen, en zijn mensen veilig.’ (…)
Betekent deze kritiek dat Kuitert de kerk geheel afschrijft? Dat toch niet. Maar het liefst ziet hij kerken omgevormd tot zingevingscentrum en afkickcentrum. ‘Ik bedoel daarmee dat mensen in de kerk hun toevlucht mogen zoeken als ze in de knoop komen met het verlies van waarheden. De kerk zou hen kunnen helpen om af te komen van de verslaving aan geloof als kennis. Heel pastoraal dus.’
‘Hij is een God van levenden, niet van doden.’ Bij een vorig gesprek in 1999 vertrouwde Harry Kuitert me toe deze tekst wel op zijn grafsteen te willen hebben. Nu zegt hij ‘Ash to Ashes. Als ik op de brandstapel kom blijft er een beetje as van me over, that’s all.’

Op zijn graf hoeft hij geen grafschrift.
Maar op het graf van zijn dochter – ‘zij werd ons in 1984 op 26-jarige leeftijd ontfutseld, ik zie nog altijd die stralende jonge vrouw voor me’ – heeft hij wel een tekst laten beitelen. Van de dichter Gerrit Achterberg: ‘God werd van haar de gemakkelijke vinder en dat gezelschap zal voor eeuwig zijn.’ Die woorden geven hem troost. Zoals zoveel ‘christelijke dingen’, de psalmen niet in de laatste plaats, hem troost geven. ‘Poëzie! Poëzie!’ Daarin ontmoet je de kracht van de taal. De kracht van de taal hoort bij het wonder van het mens-zijn. Het is de taal die het doet. Poëzie schept een ander soort waarheid dan kennis. Geloven is ook: onder de indruk zijn van verbeelding.
Het is al gezegd: zelf heeft Harry Kuitert het verlies van de oude zekerheden vooral als bevrijding ervaren. Niettemin kent hij heel wat mensen voor wie het afleggen van het oude geloof, om met de dichter Jan Eijkelboom te spreken, niet alleen neerkwam op het uitdoen van een jas, maar ook van hun huid. Zulke mensen gaan hem zeer ter harte. ‘Dat is toch iets dubbels in mij. Je wilt de mensen voor die pijnlijke ervaring bewaren en tegelijk haal ik ze onderuit. Ik kan daar weinig aan veranderen. Ik ben als wetenschapper niet ingehuurd om iedereen naar de mond te praten.’

In het Reformatorisch Dagblad werd daarna verslag gedaan van een symposium over het boek van Kuitert. Eén van de sprekers was Franca Treur, schrijfster van Dorsvloer vol confetti.

Dan is het de beurt aan Treur om het nieuwe boek van Kuitert te typeren. Ze doet dat op een goedlachse manier, mist de rancune die bij Kuitert hier en daar toch wel is te vinden, mist zijn verbeten strijdlust, zoals die blijkt uit de omslag van zijn boek. Treur beschouwt Kuiterts nieuwe pennenvrucht niet als een opruiend boek. “Er zijn geen revolutionaire inzichten. Kuitert heeft in zijn leven veel in de war geschopt, andere theologen voor de voeten gelopen, strenggelovigen in opperste staat van woede gebracht. Nu is het tijd om nazorg te leveren, alles netjes achter te laten.”
Volgens Kuitert is de kerk een “afkickcentrum” voor gelovigen, namelijk om hen te ontwennen aan het idee dat geloof te maken heeft met kennis. Het boek getuigt volgens Treur van (na)zorg voor theologen, de kerk en ex-gelovigen, “ik dus.”
En dan volgen er toch wel pittige woorden over haar jeugd: “Ik ben ter wereld gekomen als supralapsariër, een bovenvaldrijvertje. Bij de doop is het nog maar eens gezegd dat ik met mijn drie weken oud een kind des toorns was, brandhout voor de hel. Ik had ook een heleboel vijanden, waarvan de roomsen, de remonstranten en de evangelischen ongeveer de ergste waren. Het is best fijn om je van dat alles te bevrijden.”
Jezelf bevrijden van geloof is als zeewater koken om zout te krijgen – er wordt iets gewonnen, maar er gaat iets verloren, zo klinkt het met enige weemoed. “Ik schreef er een boek over, Kuitert een boekenkast vol. Voor ons is er dus de afkickkliniek, waarin we over verlies praten.
En we gaan psalmen zingen, de liederen uit onze jeugd: “Hij kan en wil en zal in nood, zelfs bij het naderen van de dood, volkomen uitkomst geven.” Ook al bestaat Hij niet.”
Gaat Kuitert in zijn afkickkliniek zitten?
“Eerlijk gezegd geloof ik daar niets van”, zegt Treur. “Evenmin trouwens dat ík er in ga zitten. Ik denk wel dat Kuitert verslaafd is aan kennis, maar volgens mij is hij er allang aan gewend dat hij voor kennis van God geen moeite hoeft te doen.''

Wat opvalt: bij het afscheid nemen van het geloof gaat er kennelijk iets wezenlijks verloren. Er wordt iets gemist. De bevrijding van het geloof is blijkbaar niet helemaal bevredigend. De kerk moet weliswaar een nieuwe functie krijgen, maar mag blijven voortbestaan. Ook het citaat van Achterberg lijkt impliciet te wijzen op een onvolledig afscheid van God.
Verder valt op hoe Kuitert en Treur ‘therapie’ zoeken in het woord (met een kleine letter). Poëzie, ook, of juist geschreven in christelijk vocabulaire geeft troost. ‘Hij kan en wil en zal in nood, zelfs bij het naad’ren van de dood, volkomen uitkomst geven.’ Zo citeert Franca Treur Psalm 68. Indrukwekkende psalmwoorden, die mijns inziens de richting laten zien van ‘hoe het verder moet’ (Inger van Nes). Maar kunnen ze zonder verwijzing naar de levende God helpend medicijn zijn?

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 februari 2012

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Kuitert

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 februari 2012

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's