Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Niet langer stilletjes geloven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Niet langer stilletjes geloven

Belijdeniscatechisatie heeft meer diepgang

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Honderden jongeren doen dit voorjaar openbare belijdenis van hun geloof. Hoe bereiden zij zich daarop voor? Welke vragen leven bij de jongelui en welke antwoorden krijgen zij? Reportage van een avond belijdeniscatechese.

Donderdagavond half acht. Belijdeniscatechisatie in Hasselt. Zestien jongeren – leeftijd tussen 18 en 30 jaar – druppelen binnen in kerkelijk centrum De Regenboog. Omdat de gemeente Hasselt vacant is, verzorgt emeritus predikant ds. M. Aangeenbrug uit Apeldoorn dit seizoen de belijdeniscatechese. Hij begint de avond met gebed.
De predikant komt eerst terug op het onderwerp van vorige week: de doop. Toen bleek niet iedereen direct overtuigd te zijn van de waarde van de kinderdoop. De predikant heeft daarom een stencil uitgereikt. Hij checkt of er nog vragen zijn. En die zijn er. Volop.

Ring
Als de doop niet in plaats is gekomen van de besnijdenis, zoals het stencil aangeeft, waarom is de besnijdenis dan gestopt?
Er staat dat uiteindelijk het geloof beslissend is. Waarom doet de doop er dan zo heel erg toe? Ds. Aangeenbrug: ‘Jij bent verloofd. Laat je ring eens zien. Is die beslissend voor jullie relatie? Zit er liefde in?’ Antwoord, beetje aarzelend: ‘Nou, nee.’
‘De liefde is het belangrijkste’, vervolgt de predikant. ‘En omdat mensen elkaar liefhebben, willen ze dat ook met die ring laten zien.’
Een andere catechisante trekt de les: ‘Dus de doop is een teken van het geloof. Maar het is niet nodig voor het geloof.’ Ds. Aangeenbrug: ‘Van iemand die tot geloof is gekomen, maar overlijdt voordat hij gedoopt is, kun je niet zeggen: Die is niet gedoopt, dus die gaat verloren. Maar iemand die tot geloof komt, zal wel begeren ook het teken van de doop te ontvangen.’
Ds. Aangeenbrug brengt het doopbevel van de Heere Jezus uit Mattheüs 28 onder de aandacht. ‘Daaruit blijkt dat het niet is ‘ík kom tot geloof ’ en ‘ík wil me laten dopen’.
Nee, Jezus heeft gezegd: ‘Gaat heen om te dopen.’ Het is een opdracht die van Boven komt. Het is God die door de doop heen tot mij spreekt.’
Volgende vraag: ‘Maar mijnheer, waarom besprenkelen wij volwassen mensen alleen. Je kunt toch wel een bad huren.’ ‘Onderdompeling is een bijbels beeld’, beaamt de predikant. ‘Aan de andere kant: de doop is een teken. In het teken van de besprenkeling ligt voor mij dezelfde waarde als in de totale onderdompeling.’

Avondmaal
Na een rondje koffie, thee en koek stapt de predikant over naar het volgende onderwerp. Het heilig avondmaal. Daar zal hij twee of drie avonden aan besteden. ‘Het is heel wezenlijk. Het hoort bij de grote geheimen van de gemeente.’
De eerste keer spreekt de predikant er vooral in technische zin over.
Wat is het heilig avondmaal? Een volgende keer komen meer persoonlijke vragen aan de orde.
De predikant informeert hoe zijn catechisanten het avondmaal altijd hebben ervaren.
‘Moet ik eerlijk zijn? Bij ons duurt het zo lang. Het gaat maar door. Vijf tafels. En als kind word je er niet bij betrokken. Ik vind het dus best wel lastig daar nu op een andere manier tegenaan te gaan kijken. En waarom gaan de mensen met sombere gezichten? Dat schrikt wel af. Je moet toch met vreugde gaan.’ ‘Maar die vreugde kan ook innerlijk zijn’, reageert de volgende.
Ds. Aangeenbrug: ‘Ik hoop dat jullie al denkende de waarde ervan gaan inzien. We denken aan het lijden en sterven van Jezus Christus. Zouden die serieuze gezichten daarmee te maken kunnen hebben?’

Intieme betekenis
Ds. Aangeenbrug loopt rond en toont het avondmaalsstel. Daarna licht hij de gang van zaken tijdens een avondmaalsviering toe. ‘In het midden staat dan een grote schaal met in repen gesneden brood.
Meestal is het witbrood. Dat het wit is, heeft geen betekenis. De dominee breekt aan de tafel het brood in stukjes. Hij laat het zien.
Het wordt zichtbaar gebroken.’
‘Als je nu allergisch bent voor brood’, informeert iemand. Ds. Aangeenbrug vertelt dat hij voorheen iemand op een apart schaaltje glutenvrij brood gaf. ‘Het is interessant om over zulke details te praten. Maar het gaat om de heilige, intieme betekenis van dat brood. Het is in feite gewoon brood. Het verandert niet. Dat zeg ik omdat in de Rooms-Katholieke Kerk de traditie leert dat het brood verandert in het lichaam van Christus op het moment dat de priester de instellingswoorden uitspreekt.
Calvijn legde de nadruk op de geestelijke betekenis. Terwijl je dat brood mag nemen, mag je ook weten: ‘Zo is Christus voor mij gestorven.’ Het is belangrijk dat je dat met elkaar in verband brengt.’

Collectepot
Als laatste laat ds. Aangeenbrug een zilveren collectepot zien.
Waarom is er een collecte aan de avondmaalstafel? ‘Het is omdat we ook mogen denken aan de naaste.
De opbrengst is altijd voor een doel buiten de gemeente. Het is ongepast voor eigen huis te collecteren.’
Na anderhalf uur is de belijdeniscatechisatie voorbij. Anita geeft Psalm 98:1 op en ds. Aangeenbrug eindigt met dankgebed.

Eigen visie
Vier van de catechisanten delen na afloop hun kijk op de belijdeniscatechisatie. Volgens Adriana Crum heeft het meer diepgang dan gewone catechese. Kobus Post: ‘Hier komen veel meer praktische onderwerpen aan de orde. En je gaat beter nadenken over dingen waar je nooit bij stil staat. Adriana: ‘Als ik terugkijk, heb ik heel veel geleerd.’

Nemen jullie aan wat ds. Aangeenbrug zegt? Jullie geven behoorlijk tegengas.
‘Dat mag’, vindt Adriana. ‘Ik wil niet zeggen dat een dominee altijd gelijk heeft.’ Lisette Naberman: ‘Er zijn ook onderwerpen waar wij als niet-geschoolde mensen niet veel van kunnen weten. Dan denk ik: Hij heeft het ergens geleerd.’ Nathalie van der Weerd: ‘Ds. Aangeenbrug is echt voor de kinderdoop.
Door zijn stencil begrijp ik veel meer van zijn standpunt. Maar ik zeg niet gelijk: ‘Nou oké, ik ben ook voor de kinderdoop.’ Ik neem het niet allemaal direct aan. Hij heeft veel kennis, maar ik moet mijn eigen visie nog vormen.’

Kritische vragen
Ds. Aangeenbrug heeft geen moeite met kritische vragen. ‘Ik hoop dat de catechisanten het gevoel hebben: ik mag hier zijn en zeggen wat ik wil.’ De jongeren in de groep variëren volgens hem van heel kritisch tot trouw, van nog ongedoopt tot al belijdenis gedaan hebbend. Dat laatste geldt voor twee personen, die zijn meegekomen met hun partner.
De waarde van een seizoen belijdeniscatechese ligt voor de predikant in het in gesprek raken met jongeren over hun motivatie. ‘Ik wil hen vooral enthousiast maken voor de rijke inhoud van de Bijbel en hen met overtuiging van Christus laten getuigen.’
De grote lijnen van Gods reddende werk in Jezus Christus, zonde en genade, moeten tijdens de belijdeniscatechisatie in ieder geval aan de orde komen, stelt ds. Aangeenbrug. ‘En verder de belangrijke lijnen van het verbond en het middelpunt van Christus.’ Daarnaast ruimt hij veel plaats in voor de behandeling van de sacramenten.

Taak
Als de jongeren belijdenis hebben gedaan, wat is dan hun plaats in de kerk? Adriana: ‘Je hebt wat te zeggen als je belijdenis hebt gedaan.’
Nathalie: ‘Ik denk dat je serieuzer genomen gaat worden, omdat je in het openbaar ja hebt gezegd tegen God en Zijn gemeente. Je bent niet langer dat huppelende meisje.’
Lisette: ‘Ze gaan er ook vanuit dat je dan allerlei functies kunt gaan vervullen. Na je belijdenis krijg je hier een taak toebedeeld.’ Daarvoor kunnen de catechisanten van tevoren op een lijstje één ding aankruisen wat ze willen of kunnen gaan doen.

Wat betekent belijdenis doen voor jullie?
Adriana: ‘Je draagt nu zelf de verantwoordelijkheid van het geloof.
Als je ja zegt tegen God ga je er hard aan werken om voor Hem te gaan.’
Kobus: ‘Een tijdje heb ik dingetjes voor mezelf gedaan. Langzamerhand ben ik serieus gaan denken en gaan geloven. Nu neem je, waar iedereen bij is, echt een openbare stap om voor God te gaan.’
Nathalie: ‘Ik heb allang tegen God gezegd dat ik voor Hem wil leven.
Dit is meer dubbelop. Ik wil alles wat in mijn leven voorkomt voor God doen en ik wil dat de gemeente daar getuige van is. Als er ook maar iets gebeurt, kunnen zij mij daarop wijzen. Het is niet meer stilletjes.’
Lisette: ‘Je gaat ja zeggen uit dankbaarheid voor wat God, voor wat Jezus heeft gedaan. Je wilt echt duidelijk laten merken dat je ervoor wilt gaan, ook al val je elke keer. Je zegt dat je echt gelooft wat er in de Bijbel staat.’

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 maart 2012

De Waarheidsvriend | 28 Pagina's

Niet langer stilletjes geloven

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 maart 2012

De Waarheidsvriend | 28 Pagina's