Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

We gaan concreet iets doen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

We gaan concreet iets doen

Heiliging: ideaal en werkelijkheid [3, slot]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als het over heiliging gaat, ligt er een spanningsveld tussen het ideaal dat de Bijbel schildert en de werkelijkheid in het leven van een christen. Maar er is nog een tweede spanningsveld, namelijk tussen ideaal en context. Hoe leef ik met het bijbelse ideaal van heiligheid in een geseculariseerd land?

Hoe leef ik als christen in een omgeving die daar weinig van begrijpt? Als kerkenraad hoor je je in deze vraag te verdiepen. Het gaat niet alleen om de tekst, maar ook om de context. Als je alleen gericht bent op de tekst, dan is het allemaal erg waar, maar het landt niet. Heb je alleen oog voor de context, dan is de vraag wat je nu eigenlijk nog echt hebt te zeggen.

Zolder
In zijn nieuwste boek Golfslag van de tijd, met als ondertitel: Europa’s niet te stillen verlangen naar God, laat dr. G. Heitink zien wat het proces van secularisatie inhoudt. Hij gebruikt in dat boek een beeld van de Canadese filosoof Taylor. Die vergelijkt de samenleving met een gebouw, het sociaal-culturele huis dat we bewonen.
Op de benedenverdieping spelen de gebeurtenissen zich af. Dat is ons dagelijks bestaan. De kelder is de ruimte van de verklaringen, de ruimte om uit te leggen waarom de dingen gebeuren zoals ze gebeuren. De zolder is de ruimte van de betekenissen. Hier worden de zinvragen gesteld. Dat is de verdieping waar de gelovigen zich bevinden.
In onze cultuur loopt de spanning tussen de kelder en de zolder flink op, aldus Taylor. Beneden wordt gezegd dat er boven niets is. In ieder geval kún je er niks over zeggen. En een dik plafond scheidt boven van beneden. Over heiliging gesproken: God wordt opgesloten – zo Hij al bestaat – in de hemel.
Hij is buiten beeld en staat buitenspel.

Zelfontplooiing
En in plaats van heiliging is nu zelfontplooiing het woord waar het omdraait. Dat ‘in de hemel de complete heiligheid van de gemeente in de lichamelijkheid van Jezus present is’, is een soort geheimtaal die velen niet begrijpen en die hen ook absoluut niet interesseert.
Die zelfontplooiing, dit exclusief gericht zijn op de mens, heeft zich als een alternatief voor het christendom ontwikkeld. Niet de religie zorgt voor de zingeving, maar de mens gaat zelf op zoek. Het aantal woorden dat met ‘zelf ’ begint, explodeert: zelfontplooiing, zelfhandhaving, zelfinzicht, zelfingenomenheid, zelfvertrouwen.
Het is een ‘zelf ’ zonder God als Tegenover. Heitink vraagt zich terecht af of deze omgang met het ‘zelf ’ niet tot zelfoverschatting leidt. Een andere wezenlijke vraag luidt: ‘Is er tegenwoordig voldoende balans tussen individualisatie en participatie of slaat de balans te veel naar individualisatie door?’
Voor het antwoord hoef je alleen maar om je heen te kijken in onze maatschappij. In deze wereld leven wij, deze lucht ademen wij allemaal in, door dit denken worden wij allemaal beïnvloed.

Zelfverloochening
Geestelijk leiding geven op het terrein van de heiliging is weet hebben van deze cultuur. Het maakt het leiding geven niet eenvoudiger maar wel concreter. Vanuit het Woord van God weten wij dat een verabsoluteerd ‘zelf ’ een risico in zich bergt. Het evangelie spreekt zeg daarom over het sterven aan jezelf; de zelfverloochening. Indien iemand achter Mij wil komen, die verloochene Zichzelf, neme Zijn kruis op en volge Mij.
Geestelijk leiding geven zal steeds meer ook een zaak van gebed worden. Want deze overmacht in de (post)moderne cultuur schakelen wij niet uit. De invloed van dit denken rukt ook op in de kerk. Heitink noemt dat de ‘humanisering van het geloof ’. Wij bepalen wat wel of niet acceptabel is, hoe God wel of niet kan zijn, wat wel of niet rechtvaardig is, wat wel of niet haalbaar is.
Het proces van heiliging transformeren we tot zelfreflectie, helemaal jezelf zijn. Een update van de rechtvaardigingsleer luidt nu: ‘Je mag er zijn!’ En we bedoelen eigenlijk: ‘en blijven zoals je bent’.
Zelfverloochening hebben we ingewisseld voor assertiviteit.
Nu valt er soms psychologisch wel het een en ander voor sommigen begrippen te zeggen, maar theologisch, coram Deo, voor het aangezicht van God bepaald niet. En daar speelt zich nu net de heiliging af. In de hemel, waar Christus is.
En zo vervolgens – in die volgorde – op aarde, waar de Heilige Geest werkt.

Toekomst
Ten slotte trekken we een lijn richting de toekomst. Hoe verder? In navolging van Taylor geeft ook Heitink aan dat de ontwikkeling van Renaissance, Humanisme naar Verlichting een logische lijn is.
Ook de Reformatie in de zestiende eeuw past in dat geheel en heeft op haar beurt bijgedragen aan de verzelfstandiging van de mens. Bovendien bracht Calvijn, in de optiek van Heitink, het begrip heilig over van het domein van de liturgie naar het gewone leven, dat geheiligd moest worden. Heitink vindt dit een nog altijd inspirerende gedachte.
Maar, zo voegt hij eraan toe, door de beeldenstorm werd het kaal in de kerk. In een lege kerk is het zo leeg. Hij mist er de geur van wierook. Het ritueel verschraalde, de liturgie werd verdrongen door de leer. Hij is de mystieke sfeer kwijtgeraakt. Heitink bespreekt dit onder het kopje: ‘Is dan niets meer heilig?’
Hij stelt deze vraag in het kader van het oprukkende seculiere denken en pleit voor het vasthouden van het heilige, of beter gezegd: het leven met de Heilige. Heilig omschrijft hij als de neerslag van het transcendente. Heiliging is het scheppen van een referentiekader dat een ervaring kan oproepen waardoor mensen innerlijk geraakt worden. Hij stelt dus dat het besef van het heilige binnen de katholieke traditie beter bewaard is gebleven dan binnen het protestantisme. Heitink heeft deze relativerende benadering van de Reformatie ongetwijfeld van (de rooms-katholieke) Taylor.

Geloofsidentiteit
Hebben wij behoefte aan wierook?
Een herleving van het ritueel? Is de liturgie verdrongen door de leer?
Het is goed om te beseffen dat we telkens weer de verfrissende aanwezigheid van de Geest van Pinksteren nodig hebben. In mijn optiek tilt Hij ons boven het ritueel uit. Het was juist de kracht van de Reformatie dat ieder gelovige persoonlijk met Christus werd verbonden.
Iedere gelovige kreeg op die manier een eigen geloofsidentiteit. De zolder is gevuld, Christus is opgevaren. Hij is boven en wij leven op de begane grond. Los van Hem?
Nee, de Heilige Geest bemiddelt.
We gaan het gesprek aan met de kelder, de plek van de verklaringen. We praten mee. Waarom niet?
We hebben boven toch wat gehoord. Maar we gaan ook de straat op. We praten niet alleen maar diepzinnig, maar gaan ook gewoon concreet iets doen.

Contrast
Antiochië heeft wat dat betreft een blijvende indruk op mij gemaakt.
De christelijke gemeente daar groeit, zo lees ik in het boek Handelingen: de hand des Heeren was met hen. De Heilige Geest zorgt voor deze groei.
Door een bevolkingsexplosie groeit deze stad wel qua inwoneraantal maar niet qua grondgebied. Het gevolg is een enorme bevolkingsdichtheid met alle gevolgen van dien. Ik ruik er geen wierook, maar de stank van zweet, urine, uitwerpselen en verrotting. Die doordringt alles. Lijken werden soms gewoon op straat gegooid.
Daardoor waren er veel ziekten en hoge sterftecijfers.
Christenen bleven op hun post om voor deze zieken en stervenden te zorgen. Dat maakte indruk.
Zo werkt blijkbaar de Heilige Geest. In de gemeente en door de gemeente naar buiten toe. In zijn boek Stad op een berg. De publieke rol van protestantse kerken, voert James Kennedy een pleidooi voor de kerk als contrasterende gemeenschap. Contrasterend, heilig dus.
Die kerk is ondertussen, aldus Kennedy, onderdeel van de seculiere samenleving. Tegelijk heeft ze ook een eigen roeping. ‘In de hemel is de complete heiligheid van de gemeente in de lichamelijkheid van Jezus present.’ Dat is de Jezus die stierf aan het kruis, maar ook de Jezus van die beker koud water.
Daarom typeert Jezus Zijn volgelingen als het zout van de aarde en het licht van de wereld. Het gaat erom dat de Vader in de hemel verheerlijkt gaat worden. Dit missionaire aspect hoort ook thuis bij de heiliging.

Opzoeken en sturen
Hoe moet het nu verder? Is geestelijk leiding geven voortdurend achter de feiten aanlopen? Nee, het is achter de schapen aan- en voor de schapen uitlopen. Het is: opzoeken en sturen. Als het spanningsveld tussen ideaal en werkelijkheid er niet meer zou zijn, dan hebben we ons of bij de feitelijke, geseculariseerde situatie neergelegd of het hemels Jeruzalem is neergedaald.
Het laatste is nog niet het geval, daarom mag het eerste niet gebeuren, want het is Hemelvaart geweest: ‘In de hemel is de complete heiligheid van de gemeente in de lichamelijkheid van Jezus present’.
En de Geest is gekomen.

Op de dinsdagen 4 en 11 september worden DV de ambtsdragersvergaderingen van de Gereformeerde Bond gehouden over het thema ‘Leiding geven aan heiliging’.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 augustus 2012

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

We gaan concreet iets doen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 augustus 2012

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's