Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Volgeling van vaders vijand

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Volgeling van vaders vijand

Vader & zoon in de theologie [5, Theodosius en Adolf Harnack]

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

In december 1885 verschijnt het eerste deel van Adolf Harnacks Lehrbuch der Dogmengeschichte. In de weken erna ontvangt hij veel lovende en waarderende brieven van collegas in binnen- en buitenland. Alleen zijn vader Theodosius (1816-1889) zwijgt in alle talen.

De auteur was nog maar 34 jaar oud, maar had al een zekere bekendheid binnen en buiten Duitsland. Vader Theodosius had aan de universiteit van Dorpat (in het huidige Estland) echter te kennen gegeven niet door collega’s op het boek van zijn begaafde zoon, ook een leerling van die universiteit, te willen worden aangesproken.
Na zes weken ontvangt Adolf eindelijk een reactie van zijn vader.
Die laat aan duidelijkheid niets te wensen over. Zijn vader zegt ontdaan te zijn over het boek en vraagt zich af hoe men zich nog een christelijk theoloog kan noemen, als men zo over bijvoorbeeld de opstanding van Christus en over de leer van de drie-eenheid denkt als zijn zoon kennelijk doet.

Breuk
Adolfs dochter vertelt in de biografie over haar vader dat de geestelijke breuk tussen haar vader en grootvader een verdriet in het leven van haar vader had betekend waarover hij weinig sprak, maar dat duidelijk voor zijn kinderen merkbaar was.
Ruim een jaar later ontvangt Theodosius ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag een feestbundel van zijn vijf zonen, die op heel verschillende vakgebieden als wetenschappers werkzaam waren geworden. Ook Adolf doet daaraan mee. Hij is dan bezig met het tweede deel van zijn leerboek en plaatst het hoofdstuk, dat hij aan de grote kerkvader uit de vierde eeuw, Athanasius, wijdt, in die feestbundel voor zijn vader. Hij vergelijkt daarin Athanasius met Luther en tekent hem als degene die in zijn tijd het christendom als verlossingsreligie heeft gered. Adolf zal zelf niet de illusie hebben gehad dat hij daarmee de breuk met zijn vader zou helen.

Ritschl
Wat was de achtergrond van dit alles? Theodosius Harnack was piëtistisch luthers opgegroeid en was in zijn leven opgeschoven naar een confessioneel lutheranisme. In 1862 verscheen het eerste deel van zijn grote studie over de theologie van Luther. Daarin tekent hij de theologie van de reformator als de ware christelijke, op de Heilige Schrift gebaseerde theologie.
Deze grenst hij duidelijk af van moderne theologische ontwerpen.
Een van de grote woordvoerders van de moderne theologie is Albrecht Ritschl (1822-1889). Ritschl noemde Theodosius Harnack na het verschijnen van diens boek over Luther een ‘geleerde repristinator’. Deze hautaine (dis)kwalificatie is Theodosius Harnack niet vergeten.
In 1886 verschijnt het tweede deel van zijn studie over Luther, en die begint met een bittere aanval op Ritschl. Hij verwijst niet alleen naar de in zijn ogen hatelijke manier waarop Ritschl zich over hem had geuit, maar beticht hem er vooral van dat zijn theologie niets meer met die van Luther te maken heeft, en dat Ritschl feitelijk de grote bederver van de lutherse theologie is. Theodosius is in dit tweede deel van zijn studie doorlopend in polemiek met Ritschl.

Vijand
Na voltooiing van zijn theologische studie had Adolf de provinciestad Dorpat verlaten en was de moderne wereld in getrokken, eerst als docent in Leipzig, daarna als hoogleraar in Giessen, Marburg en ten slotte in 1888 Berlijn. Zijn vader kreeg al spoedig bange vermoedens dat zijn zoon onder de invloed zou geraken van de moderne theologie.
In brieven waarschuwt hij zijn zoon tegen de moderne theologie, die niet in Gods waarheid, maar alleen in eigen eer geïnteresseerd is.
Het was dan ook een grote schok voor Theodosius, toen hij constateerde dat zijn begaafde zoon tot de volgelingen van zijn theologische vijand (zo sterk moeten we het uitdrukken) Ritschl was gaan behoren.
Hij stuurde een exemplaar van het tweede deel van zijn studie over Luther zowel aan Ritschl als aan zijn zoon. Dat was voor Adolf bijzonder pijnlijk, gezien de scherpe aanval daarin op Ritschl. Direct na ontvangst van het boek van zijn vader verzekert hij Ritschl per brief dat hij diens dankbare leerling is en altijd wil blijven. Ritschl stelt hem gerust: hij is niet door de woorden van zijn vader blijvend gekwetst.

Lutherbeeld
Van zowel Theodosius Harnack als Albrecht Ritschl is 1889 het sterfjaar. Adolf is in dat jaar bezig met het derde en laatste deel van zijn leerboek van de dogmageschiedenis. Daarin moet hij een uitvoerige beschrijving geven van Luthers theologie. Dit plaatste hem voor de keuze tussen het Lutherbeeld van zijn vader en dat van Ritschl.
De historische juistheid van het Lutherbeeld van zijn vader kon hij moeilijk betwisten, maar het sprak hem theologisch niet aan. Hij maakt in dit verband een onderscheid (dat al bij andere auteurs is te vinden) tussen de ‘hele’ en de ‘ware Luther’. De hele Luther is de Luther zoals hij met zijn theologie in zijn tijd stond en de theologische vooronderstellingen van zijn tijd en die van vroegere geslachten deelde. Deze hele Luther is, aldus Adolf, op een onnavolgbare manier door zijn vader beschreven.
Dat is de Luther die over de zoendood van Christus, die de toorn van God verzoent, en over de goddelijke natuur van Christus en dergelijke onderwerpen speculeert.
De ware Luther is de Luther die met bijzondere gedachten geschiedenis heeft gemaakt en die eigenlijk met het overgeleverde dogma heeft gebroken. Adolf plaatst nog vrij veel van het beeld dat zijn vader van Luther had getekend in zijn eigen meer Ritschliaanse presentatie van de grote hervormer. Vandaar dat hij zowel van orthodoxe lutheranen als van uitgesproken vrijzinnigen de kritiek kreeg dat zijn Lutherbeeld een onbevredigend compromis was.
Als dit deel van Adolfs leerboek in 1890 uitkomt, is zijn vader dus al overleden. Als hij het had gelezen, dan zou hij zeker ontevreden zijn geweest en niet hebben gezegd wat hij in 1883 trots had geconstateerd na de vele herdenkingen van Luthers 400e geboortedag: dat de rede van zijn zoon de beste van allemaal was geweest.

Rechtzinnige posities
Theodosius zou ongetwijfeld slechts weinig van zijn geloof en theologie in zijn zoon hebben herkend. Zou Adolf ook het gevoel van een radicale breuk hebben gehad?
Ik waag dit te betwijfelen. Adolf is tot verdriet van zijn vader duidelijk eigen wegen gegaan, die aansloten bij de theologie van zijn tijd. Als een vertegenwoordiger daarvan heeft hij wereldwijd gezag gekregen.
Toch kan men niet zeggen dat hij zonder meer met de theologie van zijn vader en in het algemeen die van de christelijke traditie heeft gebroken. Het valt op hoe hij in de grote controverses in de geschiedenis van de christelijke theologie uiteindelijk altijd gelijk geeft aan de meer rechtzinnige posities. In zijn evaluatie van de strijd tussen Arius (en zijn volgelingen) en Athanasius over de godheid van de Zoon zegt hij dat de leer van Arius een moralisme en een wereldverklaring is die met het christelijk geloof in Gods verlossende handelen in Christus weinig meer te maken hebben; in de strijd tussen Augustinus en Pelagius over de genade ziet hij een tegenstelling tussen het christelijk geloof dat alleen van Gods onverdiende genade wil leven (Augustinus) en een christendom dat het goed met zichzelf getroffen heeft en feitelijk de aartsvijand van dat geloof is (Pelagius en zijn volgelingen). Het ligt dan ook voor de hand dat in de strijd tussen Erasmus en Luther over de vrije wil zijn sympathieën duidelijk aan de kant van Luther liggen.

Geloofsbelijdenis
Enkele jaren na zijn benoeming tot hoogleraar in Berlijn raakte Harnack verwikkeld in een controverse over het gezag van de Apostolische Geloofsbelijdenis. Vanuit de Duitse zusterorganisatie van de Nederlandse Protestantenbond, de zgn. Protestanten-Verein, wordt hem in die tijd aanbevolen hun standpunt over te nemen dat het apostolicum niet meer is dan een eerbiedwaardig document uit een periode van de kerk die tot het verleden behoort.
Dat weigert hij, omdat hij in die belijdenis toch ook de kern van het christelijke geloof ziet uitgedrukt.
De invloed van zijn vader is duidelijk merkbaar als hij ergens verklaart dat, als men zou moeten kiezen tussen een geloofsopvatting die zich manifesteert in ‘praktisch christendom’ en een opvatting die het geloof ziet als beaming van het traditionele dogma, laatstgenoemde dan de voorkeur verdient.
Theodosius kon in zijn zoon niet meer zien dan een afvallige om wiens eeuwige zielenheil hij alleen maar de grootste zorgen kon hebben. Adolf heeft geleden onder de veroordeling door zijn vader, maar hij wilde in de traditie blijven staan die hij dankzij zijn vader binnen was gegaan. Wie hier uiteindelijk het gelijk aan zijn zijde heeft, dat lijkt me aan de genadige God en niet aan ons mensen ter beoordeling.

---
Th.A. Harnack (1816-1889)
hoogleraar in Dorpat
1862 Theologie van Luther (deel 1)
1886 feestbundel t.g.v. 70e verjaardag, theologie van Luther (deel 2)

A. (von) Harnack (1851-1930)
1869 studie theologie te Dorpat en Leipzig
1874 promotie, docent in Leipzig
1876 buitengewoon hoogleraar in Leipzig
1879 hoogleraar in Giessen
1885 Lehrbuch der Dogmengeschichte
1886 hoogleraar in Marburg
1888 idem in Berlijn

Dit is de vijfde aflevering in een reeks met een vader en zoon die theologische sporen hebben nagelaten. Volgende week: Johannes en Willem Teellinck.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 augustus 2012

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Volgeling van vaders vijand

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 augustus 2012

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's