Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Uit het fraaie boekje Vrije Friezen van ds. L.H. Oosten, dat ‘momenten uit de kerkgeschiedenis’ van Friesland biedt (Artiosreeks, uitg. Groen, Heerenveen), een aantal fragmenten:

• ‘Wie een goede predikant wil hebben, moet hem uit Friesland halen!’ Dit vroegere gezegde uit orthodox-kerkelijke kring geeft iets te kennen van de kerkelijke en geestelijke reputatie van Friesland in het verleden. Hier valt te denken aan de tijd en de natijd van het Friese Réveil.
Nog lang zijn de Friese confessionelen van betekenis geweest. Een prominent vertegenwoordiger van hen was bijvoorbeeld dr. Oepke Noordmans (1871-1956), die de Friese gemeenten Idsegahuizum-Piaam (Skuzum-Piaam) en Suameer (Sumar) als predikant gediend heeft. Van zijn ouderlijk huis, dat hij ‘de schoot der vroomheid’ noemde, heeft hij ooit gezegd dat de ‘naglans van het Réveil’ erop rustte. Zelf groeide hij wat af van de mystiek-piëtistische inslag van het ouderlijk gezin en ontwikkelde zich enigszins in de richting van het barthianisme. Tegelijk had hij, net als zijn schoonvader, ds. Joh. Oosterhuis van Suawoude, sterke sympathie voor Kohlbrugge. In de theologie legde hij grote nadruk op het schriftberoep en de aard van de belijdenisgeschriften, niet als ‘een stok om te slaan’ maar als ‘een staf om te gaan’. Al stond hij dan niet in de bevindelijkgereformeerde lijn van zijn (‘koude’) zwager, ds. C.B. Holland van Driesum, toch trok – en trekt nog altijd – zijn thans verzameld theologisch werk grote aandacht in het orthodoxe deel van de kerk. Onbetwistbaar was ds. Noordmans een belangrijk confessioneel theoloog.

• Van Fries bloed was ook de orthodox-hervormde prof. dr. Th. L. Haitjema (1888-1972), die in 1917 te Utrecht promoveerde bij dr. H. Visscher. Evenals Noordmans behoorde hij tot de ‘jonge confessionelen’ met aandacht voor de kritische theologie van Karl Barth (die in 1926 zelfs bij hem logeerde). Haitjema verzette zich tegen het neocalvinisme van de dolerenden, maar ook tegen de Gereformeerde Bond die hij sektarisme verweet. Veel aandacht had hij voor de richtingen in de Nederlandse Hervormde Kerk. Ook was hij een belangrijk erkend theoloog.

• Te Kubaard (Kûbaard) stond van 1933-1940 de latere prof. dr. A.A. van Ruler. Als orthodox-confessioneel theoloog, afkomstig uit de gereformeerde traditie, is ook hij van grote betekenis geweest voor de kerk. Hij staat bekend als de theologische pleitbezorger van het apostolaat. Nog altijd maakt zijn verzameld werk grote indruk op het orthodoxe deel van de kerk, al ondervond hij met zijn controversiële uitspraken ook veel tegenspraak.

• Vanuit de Gereformeerde Bond zouden eveneens prominente vertegenwoordigers in Friesland te noemen zijn, zoals het Tweede-Kamerlid ds. H.G. Abma (geboren te Wouterswoude en van 1941-1944 predikant te Driesum); ds. J. van Rootselaar van Wanswerd en Jislum (1938-1944), oprichter van de Stichting Hulp Oost-Europa; dr. H. Schroten van Suawoude en Tietjerk (1935-1938), belangrijk Calvijnkenner; en de Israëltheoloog dr. S. Gerssen, van 1951-1955 predikant te Wouterswoude.


***

Na 21 jaar de hervormde gemeente van Rotterdam Delfshaven te hebben gediend, nam ds. P. L. de Jong op zondag 28 oktober afscheid. Ter gelegenheid daarvan kreeg hij een glossy, met de titel PLDJ. Hier volgt het begin van een bijdrage over ‘De uitvinding van “Delfshavens hervormd”’.

Ds. De Jong vreesde zelf een ‘sterfhuisconstructie’. Maar dat werd het niet. Een reconstructie van het ‘wonder van Delfshaven’.
Het is september 1991. In huize Geleijnse aan de Rietkerkweg in Prinsenland gaat de telefoon. Zal dit dan eindelijk het telefoontje uit Nunspeet zijn? Maarten Geleijnse, de contactpersoon van de beroepingscommissie, neemt een beetje aarzelend de telefoon op. En het eerste wat hij hoort, is een opgewekte stem: “Wij komen er aan!” Meer dan twintig jaar na dato, kan hij er nog steeds om gniffelen. “De meeste dominees hebben de neiging om met een omhaal van woorden uitsluitsel te geven op het uitgebrachte beroep. Dan zeggen ze bijvoorbeeld: ’Na wekenlange bezinning, worsteling en gebed, heb ik de vrijmoedigheid gevonden om…’ Bij De Jong was dit anders. Hij viel direct met de deur in huis.”

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 november 2012

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 november 2012

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's