Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

globaal bekeken

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prof.dr. W. Verboom was de laatste opponent bij de promotie van ds. A.J. Kunz in Leiden op 13 februari. Hier volgt zijn tekst:

Meneer de candidaat, waar ik met u over van gedachten zou wisselen is het volgende. U analyseert de tekst van artikel 2 van de NGB volgens de zogenaamde auteursintentionele benadering. Daardoor probeert u de letterlijke betekenis van de tekst boven water te krijgen. Dat levert veel bruikbare informatie op. Maar naar mijn waarneming rijst hier ook een vraag. Die is deze. Loop je met deze aanpak niet het gevaar over een tekst van De Bres te spreken in plaats van over een confessie? Een confessie is een kerkelijk aanvaard belijdenisgeschrift. De tekst van De Bres die u bespreekt maakt daar geen aanspraak op. Sterker nog, het gaat in uw studie juist niet om de latere kerkelijk-confessionele tekst, waarin wijzigingen zijn opgenomen vergeleken met de tekst van De Bres. Het gaat u om de – historisch bezien – meest oorspronkelijke tekst. Maar bent u niet met mij van mening dat er een groot verschil in status bestaat tussen een tekst van De Bres en een confessie, door de kerk aanvaard? Het ‘commun accord’ dat De Bres boven zijn belijdenis zette heeft een ander gewicht dan een kerkelijke aanvaarding. Dat wordt bijvoorbeeld duidelijk wanneer we denken aan een andere confessie, die twee jaar later, in 1563 werd geschreven, de Heidelbergse Catechismus. Tussen de eerste tekst van de auteur Ursinus en de kerkelijke confessie van de derde druk in de kerkorde van de Palts bestaat het verschil van vraag en antwoord 80 over de mis. Zo groot kan dus het verschil tussen oorspronkelijke tekst en confessie zijn. Mijn vraag betreft dus de status van het tweede artikel van de Confessio Belgica in uw studie. Is het nu een tekst van De Bres of is het een confessie? Naar mijn inschatting zult u zelf hier niet van een tegenstelling willen spreken. Maar had u dit dan niet op zijn minst moeten thematiseren, doordenken en verantwoorden?

Nu heeft dit muisje ook nog een staartje, dat zichtbaar wordt in uw stelling 15. Ik lees hem even voor. ‘Aangezien het christelijke leven volgens Calvijn een pelgrimsreis is, is kamperen de meest calvinistische vorm van vakantie houden.’ Het is een mooie stelling, die me doet denken aan een van mijn eigen stellingen bij mijn proefschrift in 1986 die ook over kamperen ging. Maar uw stelling roept opnieuw een vraag op in verband met het voorgaande. De stelling zelf lijkt me een geloofsuitspraak. Dat betekent dat deze stelling lijkt ingegeven vanuit een geloofsperspectief. Als dat zo is, en u toont daarmee toch meer leerling van Barth te zijn dan u waar wilt hebben, verlaat u wel uw visie op de betekenis van artikel 2, namelijk dat iemand die kamperen niet als een pelgrimsreis ziet, niet te verontschuldigen is. Maar dan rijst opnieuw de vraag of u dan het spoor van een tekst van De Bres verlaat of is het zo dat u dan het spoor van de confessie verlaat?

Het antwoord bleef uit. De pedel riep: ‘Hora est’.


Uit het boek Inwendige Zending van J. de Jager (1932), over straatprediking:


Tijdens de opwekking in Wales hebben de mijnwerkers dikwijls op straat de predikers aangehoord. Generaal Booth en zijn Heilsleger hebben vooral de straatprediking aangevat om daarmede het volk te bereiken, dat van de kerk vervreemd was. In Engeland is zelfs een kerk te vinden met een preekstoel daarbinnen en met een andere daarbuiten, opdat ook daar het evangelie aan de voorbijgangers kan gebracht worden. De Engelsche predikanten vinden het niet beneden hun waardigheid om ook straatpredikers te zijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 februari 2013

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 februari 2013

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's