Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tot eer van God

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tot eer van God

Geloofsgroei [4, slot]

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gelovigen groeien inwendig en uitwendig, maar ook naar boven en naar beneden. Het is prachtig hoe de puriteinen dit onder de aandacht hebben gebracht. Maar hoe groeit het geloof dan? En wat is het doel ervan?

In de eerste plaats kijken we naar de inwendige groei. Paulus wijst de Kolossenzen en ons erop dat we, als we de oude mens mochten uittrekken en ons met de nieuwe mochten bekleden, vernieuwd moeten worden naar het beeld van onze Schepper.
Het mag dan ook ons voortdurend gebed zijn om meer en meer aan het beeld van Christus gelijkvormig te worden. Tot de maat van de grootte van de volheid van Christus. Opdat we Hem gelijk zullen zijn als we Hem zullen zien.

Kennis
Paulus wijst hierbij ook op de kennis. Geloofsgroei is verbonden met de groei in de kennis van Christus en met de groei in de kennis van de Vader en de Geest.
Het gaat hierbij om geestelijke kennis.
Eigenlijk is het wonderlijk dat de krant soms zoveel aantrekkelijker oogt dan de Bijbel of een goed boek. Hebben we de smaak er dan wel echt van te pakken?
Want als we vruchten tot verheerlijking van onze hemelse Vader mogen voortbrengen, zullen we daar toch ook vreugde en geluk van ondervinden? Als we in een goed huwelijk de ander blij en gelukkig mogen maken, worden we daar zelf ook gelukkig van. We zoeken daar dan ook steeds weer onze vreugde in.

Karakter
De inwendige groei zal ook onze persoonlijke geloofszekerheid vergroten. Bovendien zal ze consequenties hebben voor ons karakter. Onhebbelijkheden van ons karakter zullen – hoe meer de zonnestralen van de Zon der gerechtigheid deze beschijnen – het meer en meer moeten ontgelden.
Betekent dit dat de aanvechting dan ook steeds minder kansen krijgt? Dat hoeft niet, want het ware geloof wordt aangevochten en bestreden. Maar dat heeft wel als doel om ons geloofsleven erdoor te versterken, te stalen. ‘Wat niet door het vuur gaat, wordt niet zalig’, zei Kohlbrugge.

Uitwendige groei
In de tweede plaats is de geloofsgroei ook uitwendig, naar buiten toe. De Erskines en Fisher wijzen er in hun toelichting op de Kleine Catechismus van Westminster op dat de uitwendige groei bestaat uit het ‘vruchtbaar zijn in goede werken in handel en wandel’.
Het geloof krijgt handen en voeten. We zijn dan niet meer steeds gericht op de vraag of we er zelf wel deel aan hebben, maar we krijgen de ander steeds beter in het zicht. We krijgen dan vooral oog voor de ander die onze geestelijke en materiële hulp, onze zorg en aandacht, nodig heeft.
Genade maakt gunnend. Dat gebeurt niet krampachtig, maar vanuit een innerlijke gedrevenheid. Kennis van wat de ander mist en nodig heeft, is een belangrijke drijfveer.
We kunnen in de christelijke gemeente allerlei mensen inzetten voor evangelisatieactiviteiten, maar als het goed is, is iedere gelovige een evangelist in de eigen omgeving. Elke gelovige hoort een leesbare brief van Christus te zijn, waar werfkracht van uitgaat.

Naar boven groeien
In het geloof zal er in de derde plaats ook het groeien naar boven zijn. We hebben onze wandel in de hemelen. Dat betekent dat we groeien in hemelsgezindheid en in verachting van de wereld, in vreemdelingschap en pelgrimage.
Hierbij verliezen we onze roeping op aarde echter niet uit het oog.
In Kolossenzen 3 klinkt de aansporing om de dingen die boven zijn te zoeken en te bedenken. Al die dingen die op de aarde zijn, waar wij het zo druk mee kunnen hebben, zijn niet belangrijk. Het is de bedoeling dat onze wandel hier op aarde in beginsel al in de hemelen is. Daar ligt immers, als het goed is, ons burgerschap.

Verdieping
Vaak wordt bij geloofsgroei alleen de groei naar beneden genoemd. Denk aan het beeld van koeienstaart. Hoewel dit zeker niet de enige groeirichting is van Gods kinderen, is het wel een heel wezenlijke voor de oefening in ootmoed. De puriteinen wijzen hierbij ook op de zelfvernedering. ‘De grootste wasdom in Christus maakt hen in eigen oog de allerminste van al de heiligen, ja, de voornaamste der zondaren.’
Bij geloofsgroei ligt het gevaar op de loer dat we de hoogte in willen groeien. We willen er zelf wat mee worden. Maar de ware groei heeft alles te maken met de afbraak van onszelf. In de geloofsgroei gaat het immers niet om het ‘streven’, maar om het ‘sterven’. Het ‘vlees’, met al zijn streefneigingen, moet de dood in.
Niet de theologie van de gloria staat centraal, maar die van het kruis.

Doel
Al met al moge duidelijk zijn wat het doel van geloofsgroei is. Dat is niet de eer van onszelf, maar de eer van God. Ik denk aan wat Jezus zegt in Johannes 15: ‘Hierin wordt Mijn Vader verheerlijkt, dat u veel vrucht draagt…’ De vruchten zijn dus allereerst bedoeld tot eer van de hemelse Vader.
Dat is tevens het doel van ons leven op aarde. Calvijn zet zijn catechismus ermee in: ‘God heeft ons geschapen (…) om in ons verheerlijkt te worden’ (art.2). Ook Paulus roept de Efeziërs en ons op ‘tot lof van Zijn heerlijkheid’ te leven.
Waar geloofsgroei plaatsvindt, zullen we daar dus niet mee te koop lopen. Het gaat om Hem en Zijn eer.
Daarom krijgt God ook te weinig eer als ons geloofsleven zo kabbelt, misschien zelfs wel achteruitgaat. Backsliding noemen de Engelsen dat. Je probeert tegen de gladde helling op te klauteren, maar je glijdt nog harder terug. Die achteruitgang gaat veel gemakkelijker.
Daarom is geloofszekerheid ook zo belangrijk.
Niet om in ons eigen heen en weer bewogen innerlijk te blijven steken, maar om naar boven gericht te mogen zijn. Dan kunnen we ons in de Heere verheugen, iedere dag weer. Dan kunnen we vol overgave leven uit wat Hij geeft.

Uitzicht
Soms kan het lijken of we het niet halen. Het geloof kan zo op de zeef gaan. Maar laten we dan beseffen dat een Ander het gehaald heeft.
Dé Ander, die volhardde totdat het volbracht was. Hij haalt Zijn vermoeide pelgrims Thuis, eeuwig Thuis. Daar bloeit en schittert alles voor Hem.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 mei 2013

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Tot eer van God

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 mei 2013

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's