Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BLIJVEND ACTUEEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BLIJVEND ACTUEEL

John Owen (1616-1684) [2, slot]

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

John Owen is een van de belangrijkste theologen van het Engelse puritanisme en protestantisme. Hij heeft zijn bijdrage geleverd aan de gereformeerde orthodoxie, de internationale zeventiende-eeuwse beweging die erop was gericht om de theologie van de Reformatie overzichtelijk te presenteren en te verdedigen.

Dr. R.W. de Koeijer is predikant van wijkgemeente De Ark in Bilthoven.

Owen wilde in zijn tijd nadrukkelijk opkomen voor de kern van de Reformatie, de genadeleer. Hij heeft echter ook pastorale leiding willen geven aan het geestelijke leven. Met name op dit laatste terrein ligt volgens mij de blijvende betekenis van deze voorname puritein. In dit tweede artikel geef ik enkele indrukken van Owens pastorale leiding en zeggingskracht, die nog steeds waardevol zijn voor een gezond geloofsleven.

WERK VAN DE HEILIGE GEEST

Owens focus op het geloofsleven blijkt uit zijn uitvoerige aandacht voor de persoon en het werk van de Heilige Geest in zijn Pneumatologia uit 1674. Vrij uniek is Owens beschrijving van het werk van de Heilige Geest in het aardse leven van de Heere Jezus. Het mens-zijn van Christus bracht met zich mee dat Hij Zijn verlossingswerk alleen kon doen in de kracht van de Heilige Geest.

Bij het werk van Gods Geest krijgt de vernieuwing van de zondige mens uitvoerig aandacht. Aan de hand van bijbelse beelden als duisternis en dood, gaat Owen diep in op de menselijke zondigheid en verlorenheid. Via geestelijke inkeer en berouw brengt de Geest de geloofsverbinding met Christus tot stand om vervolgens het proces van geestelijke vernieuwing levenslang voort te stuwen. Owen benadrukt sterk dat zowel het levende geloof in Christus als het daaruit opkomende christenleven, genadegave van God is. Dat genadewerk zal uiteindelijk uitmonden in de eeuwige heerlijkheid.

GEMEENSCHAP MET GOD

Het stichten en onderhouden van de gemeenschap met God is de kern van het werk van de Heilige Geest. In 1657 besteedt Owen hier aandacht aan in zijn boek Over de gemeenschap met God (Communion with God).

Hierin vallen twee dingen op. Ten eerste dat deze gemeenschap zich richt op de drie-enige God. Opvallend bij Owen is dat de leer van Gods drie-eenheid vruchtbaar wordt gemaakt voor het geestelijke leven. Er is gemeenschap met de Vader in liefde, met de Zoon in genade en met de Heilige Geest in troost. Owen stelt dat de gelovigen vaak te weinig zicht hebben op de liefdevolle zorg van hun hemelse Vader en daarom te weinig zeker en bemoedigd hun weg gaan. Maar juist in de kennis van de Vader ligt de troost van een liefdevolle dagelijkse zorg.

MYSTIEKE OMGANG

Ten tweede is de gemeenschap met de Heere Jezus de kern van het geestelijke leven. Op dit punt wil Owen in de katholieke vroomheidstraditie staan en het spoor van Bernardus van Clairvaux (1090-1153) volgen. In de lijn van deze katholieke voorganger tekent Owen de verhouding tussen Christus en de zijnen aan de hand van het bijbelboek Hooglied, als de omgang tussen Bruidegom en bruid. Er is sprake van wederzijdse innige liefde tussen Christus en de zijnen. Owens geschrift krijgt hier mystieke trekken van verlangen en verrukking.

Dit mystieke accent kent Owen overigens niet als enige, want ook andere puriteinen hebben opvallend veel aandacht voor het Hooglied en de mystieke omgang met Christus. Juist hier blijkt dat de combinatie van het gereformeerde geloof en een gevoelvolle, op Christus gerichte vroomheid, kenmerkend is voor Owen en zijn medepuriteinen.

MEDITATIE

Ook in zijn aandacht voor de meditatie staat Owen in de klassieke vroomheidstraditie. In de laatste jaren van zijn leven richt hij zich sterk op Christus. Terwijl hij in 1679 een geschrift laat verschijnen over de persoon van Christus, stelt hij aan het einde van zijn leven de heerlijkheid van Christus centraal in Overdenkingen en verhandelingen over de heerlijkheid van Christus (Meditations and Discourses on the Glory of Christ, 1684). Vanuit Johannes 17:24 richt Owen de aandacht van de lezers op de totale weg van Christus die uitmondt in Zijn hemelse glorie. In alle facetten van Christus' werk schittert Zijn heerlijkheid. Centraal is Owens stelling dat er een bijzondere bemoediging ligt in de geestelijke overdenking of aanschouwing van Christus' heerlijkheid. Voor een gezond en krachtig geloofsleven is het uiterst belangrijk dat gelovigen zich hierin voortdurend oefenen.

ZONDER ZONDE

Op aarde wordt het geestelijke zien op Christus' heerlijkheid bemiddeld via het geloof, maar na dit leven zal er een directe aanschouwing zijn zonder zonde en gebrokenheid. De dagelijkse concentratie op Christus vormt zodoende de beste voorbereiding op het toekomstige leven. Een gedachte die uiterst vruchtbaar is voor de kwaliteit van het geestelijke leven.

Owens geschriften over de strijd tegen de zonde behoren tot de bekendste en invloedrijkste uit zijn oeuvre. Ze leveren een opvallende en belangrijke bijdrage aan de geestelijke gezondheid. Owen was er namelijk van overtuigd dat het geestelijke niveau gemakkelijk kan afnemen als er een oppervlakkige visie op de zonde is. Deze menselijke neiging wil hij krachtig tegengaan. In zijn werk De aard, kracht, misleiding en zege van de inwonende zonde in gelovigen (The Nature, Power, Deceit, and Prevalency of Indwelling Sin in Believers, 1667), stelt Owen aan de hand van Romeinen 7:21, dat de zonde gevaarlijk kan optreden door de verkeerde verlangens in het hart van elke christen. Meestal sluimeren deze zondige begeerten, maar ze kunnen plotseling gevaarlijk opspelen, zeker als er verleidingen van buitenaf bijkomen. Dan is er sprake van een samenspel van duivel, wereld en het eigen vlees. Een samenhang die zich in elke tijd opnieuw gevaarlijk kan manifesteren.

GEESTELIJKE STRIJD

De gelovige dient met deze innerlijke vijand niet zachtzinnig om te gaan. Vooral in zijn geschrift Over de doding van de zonde in gelovigen (Of the Mortification of Sin in Believers, 1656), roept Owen zijn lezers op tot een radicaal verzet tegen het innerlijke kwaad. Om een indruk te geven, noem ik enkele uitspraken uit dit geschrift: ‘Doodt u de zonde? Maakt u er uw dagelijkse werk van? Wees er steeds mee bezig terwijl u leeft. Laat dit werk geen dag ophouden. Dood de zonde, anders zal de zonde u doden.’

‘Laat niemand denken dat hij de zonde met een paar makkelijke of zachte klappen kan doden. Hij die een slang heeft geslagen, kan er spijt van krijgen dat hij niet is doorgegaan totdat deze dood was. Zo is hij die tegen de zonde ingaat en dit niet volhoudt.’ ‘De smaak, veerkracht en troost van ons geestelijk leven hangen af van onze doding van de daden van het vlees.’

Met deze opwekking wil Owen zijn lezers niet op zichzelf terugwerpen. De bijbeltekst waaraan hij dit geschrift heeft ontleend, Romeinen 8:13, wijst erop dat elke christen zijn roeping alleen kan vervullen in afhankelijkheid van Gods Geest.

De Heilige Geest richt de aandacht op het kruis van Christus, waaraan de zonde al is gedood toen Christus stierf. Tegelijk moet de zonde in de dagelijkse praktijk steeds weer worden gedood door te zien op de Gekruisigde. Het kruis is dan ook de doodsteek voor het kwaad.

WINST

John Owen heeft een eigen waardevolle bijdrage geleverd aan de pastorale begeleiding van het geestelijke leven. Kenmerkend voor zijn puriteinse accent zijn de geestelijke diepgang, de gerichtheid op Christus en de huiver voor de zonde. Het christen-zijn in de praktijk kan alleen maar bloeien als het wordt gevoed door de verborgen omgang met God. In zijn tijd vreesde Owen dat deze binnenkant van het geloofsleven ging vervagen en daarom zag hij het als zijn taak hier uitvoerig op in te gaan. Deze zorg over de kwaliteit van het christenleven is er in onze tijd niet minder op geworden. Drukte en oppervlakkigheid dreigen de binnenkant van het geloof op te slokken en daarmee de zeggingskracht ervan te verlammen.

Wie zich in Owen verdiept, verliest geen kostbare tijd. Het kost wel even moeite om vertrouwd met hem te raken, maar doorzetting wordt onder Gods zegen beloond. Wie Engels kan lezen, heeft toegang tot verschillende eigentijdse (soms hertaalde) edities van Owens werken. Vanaf de achttiende eeuw zijn diverse geschriften van Owen in het Nederlands vertaald en als antieke boeken her en der nog te vinden. In meer hedendaags Nederlands zijn de boekjes Als zonde mij omringt en De ootmoedige omgang beschikbaar. Wie Owen leest, gaat inderdaad een eigen wereld binnen. In deze wereld is een schat van kennis te vinden van de drie-enige God en de omgang met Hem. Daarmee kunnen we zeker onze winst doen.


MYSTIEK ACCENT

‘Alles moet wijken voor Christus, elke gerechtigheid zonder Hem, alle vormen van godsdienst, alles moet wijken voor deze ene Parel. De heerlijkheid van Zijn Godheid, de uitnemendheid van Zijn Persoon, Zijn alles overwinnende aantrekkelijkheid, onuitsprekelijke liefde, wonderlijke werk en vernedering, doeltreffende middelaarschap, complete gerechtigheid staan in hun ogen, verkwikken hun harten, maken hun gevoelens vol en hebben volledig bezit van hun zielen.’

Uit: Over de gemeenschap met God

CHRISTUS CENTRAAL

‘Ons gelovig aanschouwen van dingen die men niet kan zien (geestelijke en eeuwige dingen) zal onze moeiten verzachten, de last ervan licht maken en onze zielen bewaren om eronder te verslappen. Van deze dingen is de heerlijkheid van Christus de belangrijkste en meest omvattende. (…) Hij die steeds Zijn heerlijkheid kan aanschouwen, zal boven elke ellende worden uitgetild (…) Dit is hét middel en medicijn, de enige balsem voor al onze ziekten. Wat ook maar drukt, klemt en verlamt, als we Zijn glorie en ons aandeel daarin maar kunnen zien, zullen we troost en ondersteuning krijgen.’

Uit: Overdenkingen en verhandelingen over de heerlijkheid van Christus

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 maart 2016

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

BLIJVEND ACTUEEL

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 maart 2016

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's