Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ZINGEN EN BIDDEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ZINGEN EN BIDDEN

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ds. G. van Meijeren is hoofd mobiliteitsbureau Predikanten & Kerkelijk Werkers van de Protestantse Kerk.

Liturgie is volgens de Van Dale ‘het geheel van voorgeschreven gebeden, ceremoniën en handelingen die een eredienst uitmaken’. In de kerkdiensten binnen de gereformeerde traditie – maar daar niet alleen – nemen de psalmen een voorname plaats in. Zij behoren tot het DNA van de eredienst. Hoewel?

AMBTELIJK CONTACT

In het studieblad ten dienste van ambtsdragers van de Christelijke Gereformeerde Kerken schrijft ds. J. Groenleer over het primaat van de psalmen. Kennelijk is dat niet meer vanzelfsprekend. Ds. Groenleer vertelt hoe in zijn studententijd (jaren zeventig van de vorige eeuw) de vraag groeide naar het zingen van gezangen. Inmiddels is de kerkelijke wereld drastisch veranderd. Werd vroeger de vraag gesteld: ‘Wat mis je als je geen gezangen zingt?’ Nu is de vraag: ‘Mis je wat als je geen psalmen meer zou zingen?’ Ds. Groenleer signaleert dat binnen zijn kerkverband het zingen van psalmen problematisch wordt. Dat heeft verschillende oorzaken. De taal – poëzie – laat zich niet zomaar begrijpen.

Ook de inhoud kan een barrière vormen. Wat moet je bijvoorbeeld met wraakpsalmen? Wij hebben geleerd dat we de vijanden moeten liefhebben. Daar past toch geen oproep tot wraak bij? Gevoelens van wraak kunnen we ons in sommige gevallen nog wel voorstellen, maar je mag die gevoelens blijkbaar niet uiten.

Een derde factor is, je komt er zo weinig direct iets van Jezus tegen. In de Lutherse traditie is dat opgelost door liederen te schrijven die weliswaar geënt zijn op de psalmen, maar waarin toch onmiddellijk over Jezus wordt gesproken. Het bekende lied ‘Een vaste burcht is onze God’ is een Lutherse versie van Psalm 46. In een oude vertaling kom je daarin de passage tegen: ‘Vraagt gij Zijn naam, zo weet/ dat Hij de Christus heet/ Gods eengeboren Zoon.’ In een berijmde psalm van gereformeerde snit is dit ondenkbaar.

Bij dit alles speelt ook nog het eigene van de tijd een rol. Het leven is flitsend en flexibel geworden. We hebben moeite om ons lang op één punt te concentreren. Het moet telkens weer anders om nog boeiend te blijven, en het moet spontaan zijn om nog authentiek te zijn.

Ds. Groenleer gaat vervolgens in op het belang van de psalmen vanuit Oude en Nieuwe Testament, in de Vroege kerk en onder anderen bij Calvijn en Bonhoeffer.

Misschien is dat het belangrijkste dat we van de traditie kunnen leren: de psalmen vormen samen een gebedenboek en niet allereerst een liedboek. In de stroming van het protestantisme waarin met name de Nadere Reformatie een rol heeft gespeeld, heeft men over het algemeen moeite met gebedsteksten die vooraf opgeschreven zijn. Dat geldt ook voor meer evangelische stromingen. Een gebed wordt dan pas als echt gezien als het spontaan uit het hart opkomt en wordt uitgesproken. Het gebed als uiting van wat er in je hart leeft. In de Joodse traditie ligt dat anders, evenals in het christendom kent men daar het getijdengebed. Wat in de psalmen gezegd wordt, is lang niet altijd rechtstreeks tot God gericht.

Maar de teksten worden in de liturgie wel voor Zijn aangezicht uitgesproken en krijgen zo een gebedskarakter. Met het reciteren van de psalmen voeg je je in de structuur van de traditie van Gods volk dat leeft voor Gods aangezicht.

In zijn mijns inziens belangrijke bijdrage pleit ds. Groenleer ervoor om het primaat van de psalmen in de eredienst te erkennen. En dan gaat het wat hem betreft niet zozeer om het aantal psalmen dat wordt gezongen maar om de psalmen als ijk- en oriëntatiepunt in de eredienst.

DRIELUIK

Het kerkblad van de protestantse gemeente Amersfoort staat uitgebreid stil bij verschillende liederenbundels en dat heeft vast en zeker te maken met het verschijnen van de bundel Weerklank. Ds. W.J. Dekker van de St. Joriskerk geeft aan voor wie de bundel is bedoeld:

Voor gemeenten die tot nu toe uitsluitend berijmde psalmen zingen, maar waar gezocht wordt naar ruimte om ook gezangen en andere liederen te zingen. Die beweging is er al jaren binnen de Gereformeerde Bond. Wij merkten dat gemeenten hun eigen weg gaan en van alles in- en uitzongen. Allerlei lijsten doen de ronde, met alle auteursrechtelijke vragen van dien. Daarom ontstond het verlangen om te komen tot een liedbundel die in die gemeenten gebruikt zou kunnen worden. Wie weet kan er op deze manier een hernieuwde eenheid komen rond wat in de diensten gezongen wordt. We hebben gezocht naar liederen uit de brede schat van voorhanden liederen, ouder en nieuw, liederen die inhoudelijk en muzikaal passen binnen de gereformeerde eredienst. Het ging ons om een bundel waaruit men in die gemeenten onbekommerd zingen kan.

De organist van de Joriskerk, Rien Donkersloot, is als musicus bij de nieuwe bundel betrokken:

Aanvankelijk was ik een beetje sceptisch. Weer een liedbundel, moet dat nou? Er zijn al zoveel bundels, kan niet gewoon daaruit gezongen worden? Maar in de praktijk blijkt dat dit in veel gemeenten toch niet zo werkt. Dus als het maken van een nieuwe bundel een manier is om gemeenten uit de kring van de Gereformeerde Bond aan de gezangen te helpen, dan moet het maar op die manier. En dan wil ik er ook zelf wel in meedenken; er zijn in muzikale zin veel belangrijke keuzes te maken. Er zijn bijvoorbeeld gemeenten die met de bundel Op Toonhoogte aan de slag zijn gegaan, terwijl die bundel in het geheel niet voor de liturgie bedoeld is. Andere gemeenten storten zich direct op de Opwekkingsliederen, zonder zich te verdiepen in andere kerkliederen uit de schat der eeuwen die binnen handbereik zijn. Ik denk dat er een grote behoefte is aan een liedbundel met liederen die passen bij de gereformeerde eredienst. Een bundel met kwalitatief goede teksten en melodieën.

Ik herken bij mezelf de ambivalentie die hier wordt beschreven. In 2013 verscheen het Nieuwe Liedboek, in 2015 het evangelische Hemelhoog en nu Weerklank. Daarnaast zijn er gemeenten waar men het Liedboek van 1973 hanteert of de hervormde bundel uit 1938. En dan zijn er allerlei nieuwe initiatieven rond psalmberijmingen. Ongetwijfeld zal de bundel Weerklank bijdragen aan versterking van de gereformeerde eredienst. Dat is ook hard nodig. Hopelijk zullen gemeenten die uit Op Toonhoogte zingen of eigen liedlijsten hanteren hier serieus naar kijken.

Mijn vraag ligt bij de katholiciteit van de kerk. Dat we alleen samen met alle heiligen de lengte en breedte en diepte en hoogte kunnen begrijpen (Ef.3:18). Is het echt nodig al die verschillende bundels? Wat hebben we daarin binnen de kerk nog gemeenschappelijk? En wat zit daar eigenlijk achter, waarom lukt het niet om samen te zingen uit één liedboek? Of zijn deze vragen ‘zó 1973’ en gaat het er in het tijdperk van de beamer gewoon om duizend bloemen te laten bloeien?

Ten slotte nog twee bijzondere berichten over liturgie vanuit een buitenperspectief:

RHEINISCHE POST

In deze grote regionale krant die zich richt op het westelijke deel van de deelstaat Noordrijn-Westfalen stonden zes vuistregels voor kerkgangers: doe je mobieltje uit, geen foto's maken, zwijgen is goud, enz. Waarom?

Veel kerkbezoekers zijn de kennis over rituelen en etiquette in de kerkdienst kwijtgeraakt. (…) Een oorzaak voor deze ontwikkeling is de verminderde belangstelling voor een regelmatig kerkbezoek. Ds. Clancett zegt: ‘Vroeger was het een plicht om op zondag naar de kerk te gaan. Vandaag de dag gaan de mensen alleen naar de kerk als ze een bepaalde behoefte hebben.’ Hierdoor neemt de achting voor de gebruiken in de kerk af: ‘Velen hebben het respect voor de kerk als heilige ruimte verloren. Ze zitten daar zoals ze in de bioscoop zitten, spelen met hun mobieltje en eten en drinken.’

Deze bijverschijnselen van de volkskerk kennen wij zo (nog?) niet, maar het onderstreept wel dat wat op zondag in de kerk gebeurt door buitenstaanders ervaren kan worden als een totaal andere wereld.

DE NIEUWE KOERS

De omgekeerde beweging wordt in een column beschreven door ds. P.J. Visser (Amsterdam). Hij werd door zijn catechisant Wietze benaderd om in de populaire ochtendshow van Mattie en Wietze op Q-Music een gebed uit te spreken.

Als het bij die ene keer gebleven was, was er al genoeg reden geweest om met Paulus blij te worden. Maar daar bleef het niet bij. (…) Opnieuw verscheen er een app’je: of ik voorlopig elke maandagochtend om kwart over zeven wil beginnen met een gebed. (…) Intussen ben ik al wekenlang op maandag vroeg uit de veren om tussen de songs door kort en krachtig te bidden voor zaken die ons raken.

Schreef dr. Noordmans niet dat de eigenlijke liturgie ‘op straat’ geschiedt?

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 april 2016

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

ZINGEN EN BIDDEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 april 2016

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's