Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DANKEN IN VERWONDERING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DANKEN IN VERWONDERING

Toen boog Mefiboseth zich en zei: Wat is uw dienaar dat u aandacht schenkt aan een dode hond als ik ben? 2 SAMUËL 9:7a, 8

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ik vroeg eens aan de catechisanten: Weten jullie wat genade is? Een jongere zei: Genade betekent dat je niet krijgt wat je verdient, maar dat je wel krijgt wat je niet verdient. In 2 Samuel 9 krijgt Mefiboseth genade.

Dat vindt hij niet de gewoonste zaak van de wereld, maar een onbegrijpelijk wonder. David zit intussen al jaren op de troon als koning over Israël. Op het hoogtepunt van zijn carrière denkt hij terug aan Jonathan, zijn hartsvriend. Jonathan en zijn vader, Saul, zijn gesneuveld in de strijd met de Filistijnen.

GEEN RECHT

Als David hoort dat de zoon van Jonathan, de kreupele Mefiboseth, nog in leven is, stuurt hij knechten om hem te halen. Wil David hem doden? Nee, David en Jonathan sloten een verbond (1 Sam.20) en nu wil David aan het huis van Jonathan zijn beloften betalen, zeg maar: goedertierenheid bewijzen, verbondstrouw, genade.

Het is een hele eer voor Mefiboseth. Stel dat koning Willem-Alexander ons uitnodigt op de Eikenhorst in Wassenaar. We zouden onze oren niet kunnen geloven, als we op bezoek mogen bij onze koning en koningin. Maar Mefiboseth is niet blij als koning David hem uitnodigt in zijn paleis. Hij werpt zich met zijn gezicht ter aarde en beseft: één woord van koning David en er staat een soldaat klaar om mij te doden. Dat gebeurde namelijk vaak als er een nieuw koningshuis aan de macht kwam.

Maar David zegt: ‘Mefiboseth, wees maar niet bang, ik zal je niet doden, maar mijn verbond houden omwille van je vader, Jonathan.’ David geeft hem de bezittingen, de landerijen van zijn vader Jonathan. En Mefiboseth mag voortdurend de maaltijd gebruiken in het paleis van de koning. Hij wordt daar vaste gast aan tafel.

Mefiboseth denkt niet: dat had ik wel verwacht, ik ben van goede komaf en koninklijke bloede. Nee, hij buigt en zegt: ‘Wat is uw dienaar dat u aandacht schenkt aan een dode hond als ik ben?’ Een dode hond is hier een uiting van zelfvernedering. Mefiboseth bedoelt: ik heb er geen recht op, ik heb dat niet verdiend, wie ben ik dat u mij zo veel genade geeft?

TOCH GENADE

Deze gezindheid staat haaks op ons natuurlijke hart en de mentaliteit van vandaag. Wij leven in een tijd van emancipatie, zelfontplooiing, assertiviteit. Vooral dit laatste is ‘in’. Maar Augustinus noemde het eerste kenmerk van het leven met Christus ootmoed, het tweede en derde eveneens. Mogelijk zijn er mensen die Mefiboseth goed kunnen begrijpen. Als we kijken naar alles wat we verkeerd hebben gedaan, dan kunnen we God niet onder ogen komen. We denken als het heilig avondmaal weer gevierd wordt: ‘Hoe kan ik nu aangaan, de Heere aan Zijn tafel ontmoeten? Ik voel me daarvoor te zondig, te onwaardig.’ Of we tobben met de vraag of de Heere ons wel genadig wil zijn. Maar zoals David vanwege het verbond met Jonathan aan Mefiboseth goedertierenheid bewijst, zo bewijst de Heere – omwille van Christus, de grote Zoon van David – weldadigheid, genade. Waar? ’s Zondags in de kerk of thuis onder het Woord, bij de heilige doop en het heilig avondmaal, als we biddend de Bijbel lezen en stille tijd houden. Dan breidt Davids grote Zoon Zijn armen uit naar zondaars die voor Hem geen been hebben om op te staan.


Genade maakt klein, ootmoedig


AFHANKELIJKE MENSEN

Het was deze week dankdag voor gewas en arbeid. Zeker, er zijn in de wereld grote zorgen. Mogelijk ging onze levensweg het afgelopen seizoen door de diepte. De een kreeg een ernstige ziekte, de ander ervoer een groot gemis, misschien ontvingen we wel klap op klap. Maar de Heere gaf kracht, van dag tot dag.

Anderen mogen terugzien op veel zegeningen. Ze trouwden, stonden bij de doopvont, behaalden een diploma, kregen een baan of mochten uit het ziekenhuis terugkeren. De Heere bewees hun Zijn goedertierenheid en dat onverdiend, uit enkel genade, op grond van Gods verbond.

Wanneer we beseffen dat we Gods zegeningen niet verdiend hebben en dat alles genade is, komen we in verwondering terecht aan Zijn voeten. Genade maakt klein, ootmoedig en zet een streep door ons eigen ik. Dan worden we van zelfbewuste mensen afhankelijke mensen. We buigen dan in aanbidding en verootmoediging voor de Heere neer. En dan krijgt Hij op dankdag alleen de lof, dank en eer.

Ds. G. Wassinkmaat is predikant van de hervormde gemeente te Gameren.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 2016

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

DANKEN IN VERWONDERING

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 2016

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's