Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HET DIEPE DOOPWATER

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET DIEPE DOOPWATER

De doop in de Reformatie [1]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie doop en Reformatie zegt, zegt ook verbond. Het genadeverbond is de grondslag van de kinderdoop. Het klassieke doopformulier voor de volwassendoop zegt dat de kinderen van de christenen 'uit kracht van het verbond gedoopt' worden, zonder dat zij er iets van begrijpen.

Volwassenen echter worden pas gedoopt, wanneer zij met berouw hun zonden erkend en hun geloof in Christus beleden hebben.
Over het verbond is veel gezegd en helaas ook veel getwist. De strijd over het verbond heeft alles te maken met het uitgangspunt van de Reformatie – en dan met name van de Zwitserse Reformatie in Zürich in het sola scriptura. Dat uitgangspunt roept bij enkele radicale leerlingen van Ulrich Zwingli de vraag op of de kinderdoop niet moet worden afgeschaft. Zo ontstaat rond 1525 – zeer kort na de Reformatie – de doperse of anabaptistische beweging.

FUNDAMENT KINDERDOOP

In reactie op die radicalisering zoekt Zwingli naar een nieuw bijbels fundament voor de kinderdoop en de onderbouwing vindt hij in twee zuilen. In zijn Von der Taufe, von der Wiedertaufe und von der Kindertaufe beargumenteert hij het standpunt van de katholieke kerk van alle tijden ten aanzien van de kinderdoop vanuit de Schrift. De kinderen van de gelovigen mogen gedoopt worden 1. omdat de kinderen van de christenen God toebehoren en 2. vanwege de eenheid van het Oude en Nieuwe Testament. Wij vinden in het Oude Testament ‘datgene wat toen gelijk stond aan onze doop vandaag. Dit is: de besnijdenis. Zoals destijds kinderen, mannen en vrouwen zinnebeeldig gedoopt zijn [hij bedoelt door de wolkkolom en in de Rode Zee] en de mannen daadwerkelijk besneden, zo is het voor alle gelovigen niet minder passend om gedoopt te worden’.

BIJBELSE ARGUMENTEN

De bijbelse argumentatie is een echte theologische vernieuwing in de Reformatie. Om aan te sluiten bij de traditie en de praktijk van de Vroege Kerk moet de Reformatie nieuwe bijbelse argumenten vinden. Baptisten beschouwen die argumenten tot op de dag van vandaag als gelegenheidsargumenten. Dat is wel te begrijpen als je alleen uitgaat van de letter van de Bijbel. Maar sola scriptura betekent eigenlijk iets anders, namelijk dat de Schrift altijd het hoogste gezag heeft. De Reformatie wil de Schrift echter lezen in gemeenschap met de kerk der eeuwen.

De Reformatie heeft nieuwe schatten in het oude Woord van God ontdekt die er al eeuwenlang in verborgen lagen. Dat plaatst de verbondsleer in het licht van de voortgaande openbaring. De Heilige Geest voegt geen nieuwe waarheden toe aan de in de Schrift geopenbaarde geloofsleer, maar leidt de kerk – door crises heen – tot een dieper inzicht in de betekenis van de Schrift.

VERBONDSLEER

In de ontwikkeling van de gereformeerde theologie krijgt de verbondsleer steeds meer nadruk. Daardoor komen andere aspecten van de doop in de schaduw te staan. De kinderdoop is dan de eigenlijke doop en de volwassen-doop is een uitzondering. Dat is echter een misvatting. Vanuit de Schrift kunnen we de kinderdoop wel verdedigen en legitimeren, maar we moeten niet vergeten dat het een afgeleide doop is. Afgeleid van de volwassendoop van tot bekering gekomen heidenen die door de doop het teken ontvangen van de inlijving in het Joodse verbondsvolk door het geloof dat hen verenigt met de Joodse Messias Jezus Christus.

HET PRINCIPIËLE PRIMAAT

Het principiële primaat van de volwassendoop relativeert de kinderdoop niet, maar houdt wel in dat je moet beginnen bij de inlijving – de inlichaming – in de gemeente, het mystieke lichaam van Christus. Als je de kern van de betekenis van het zegel van de doop ziet in de aanneming tot kinderen, in de adoptie, dan ga je ook de rijke symboliek van de kinderdoop verstaan. Die symboliek bevestigt de sacramentele betekenis van dit zegel tot versterking van het geloof. Er zijn enkele elementen in de doopliturgie die in de gereformeerde traditie wat ondergesneeuwd zijn, maar die in de vroege Reformatie in aansluiting bij de Vroege en middeleeuwse Kerk nog heel prominent aanwezig waren. Het zijn elementen die – enigszins verborgen – ook nog in het klassieke doopformulier verscholen liggen.

ONDERGANG

In de eerste plaats kun je dan denken aan de noodzaak van de wedergeboorte die afgebeeld wordt in de onderdompeling van het kind of in de begieting met het water. In het klassieke formulier staat: ‘dit leert ons de ondergang en besprenging met het water’. Er is op zich niets mis met besprenkeling, maar de wijze waarop de gereformeerde gezindte de doop praktisch vormgeeft, is er van die ‘ondergang’ niet zoveel meer te zien.

Dat was anders in de late Middeleeuwen en de vroege Reformatie. Toen werden de kinderen vaak nog gedoopt door onderdompeling. In de noordelijke regio’s werd dat gebruik in de loop van de Middeleeuwen vervangen door begieting met water over het blote lichaam van de baby boven de doopvont. In de oude uitgave van Datheens doopformulier, de voorloper van het klassieke gereformeerde doopformulier, staat het nog: ‘Daarna begiet de kerkendienaar degenen die tot de doop gebracht worden met water.’

ILLUSTRATIE

De mooiste illustratie van de doop uit de tijd van de Reformatie is wellicht die van Melanchthon, geschilderd op het zogenaamde ‘Reformationsaltar’ in de kerk van Wittenberg. Je ziet daar dat het kind druipt van het water en dat het haast lijkt alsof Melanchthon het kind heeft ondergedompeld. Het is trouwens vreemd dat hij als hoogleraar aan de universiteit het kind doopt. Uit bronnen is niet bekend dat Melanchthon ooit de sacramenten bediend heeft. De schilders – vader en zoon Cranach, ze heetten allebei Lucas – wilden waarschijnlijk de assistent van Luther een plaatsje geven op het altaarstuk. Dat is het schilderij dat achter het altaar – wij zouden zeggen de avondmaalstafel – staat en waarop de verschillende sacramenten worden afgebeeld. In het midden het avondmaal, rechts de biecht, die door de Luthersen als een half sacrament bij de avondmaalsviering gehandhaafd werd. Het belangrijkste sacrament staat onderaan, dat is het sacrament van de prediking van het Woord, waarin de gekruisigde Christus centraal staat.

Dat Melanchthon juist bij de doop staat afgebeeld, is misschien niet eens zo gek. Hij werd vanwege zijn grote aandacht voor het onderwijs ook wel ‘de leraar van Duitsland’ genoemd.

Maar de rijke betekenis van het water waarin of waarboven je gedoopt wordt, is toch vooral dat daardoor de onreinheid van onze zielen wordt aangewezen. De doop als teken van de wedergeboorte wijst ons op de noodzaak van de verzoening met God, van de afsterving van de oude mens en de opstanding van de nieuwe. Misschien denken reformatorische christenen wel te veel aan de wedergeboorte als levendmaking in engere zin. Als je dat op de doop betrekt, krijg je allerlei vragen over het wanneer en hoe, van een veronderstelde wedergeboorte als grond voor de kinderdoop tot een veronderstelde niet-wedergeboorte totdat het tegendeel blijkt.

VERENIGING MET CHRISTUS

Het gaat echter bij de doop vooral om de vereniging met de dood en de opstanding van Christus. Zonder de levendmakende werking van de Geest blijft het teken en zegel leeg, maar die waarheid neemt niet weg dat het teken betekent dat een zondaar moet sterven, verdrinken in het diepe water van de doop. Kopje ondergaan. De afsterving van de oude mens.

Het zegel van de doop verzegelt de zekere belofte van God dat Hij al onze zonden genadig wil afwassen door het bloed van Christus. Hebben we die verzoening ook echt nodig? Vinden we het moeilijk om ons voor te stellen dat het bloed van Christus reinigt van alle (!) zonden? Dan is de doop een hulpmiddel, tot versterking van het zwakke geloof. De ondergang en de besprenging met het water verwijzen naar het allesreinigende bloed van Christus. Dat is nog sterker dan onderdompeling – ondergang wil zeggen: je gaat eraan met alles wat van jezelf is, om Hem toe te behoren.

Dr. H. van den Belt uit Woudenberg is bijzonder hoogleraar Gereformeerde godgeleerdheid vanwege de Gereformeerde Bond aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Volgende keer het slot, over het werk van de Heilige Geest.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 april 2017

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

HET DIEPE DOOPWATER

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 april 2017

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's