Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

JE DIENSTBAAR OPSTELLEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

JE DIENSTBAAR OPSTELLEN

Een diaconaal hart [2, slot]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het diaconale hart klopt niet alleen in de Heere Jezus, de grote Dienaar, maar ook in de christelijke gemeente en in de leden van de gemeente. Er loopt een verticale lijn van God naar de mens toe. Er loopt ook een horizontale van mens tot mens.

Na de uitstorting van de Heilige Geest op de eerste pinksterdag ontstaat er in Jeruzalem een christelijke gemeente. Het is goed onze aandacht te richten op de het diaconale hart in de eerste christelijke gemeente.

Vanuit deze moedergemeente worden evangeliedienaren uitgezonden om elders nieuwe gemeenten te stichten. Drie dingen vallen op als we naar het functioneren van de gemeente in het Nieuwe Testament kijken.

PREDIKING

Ten eerste zien we dat het diaconale hart van de gemeente klopt in de prediking. In het boek Handelingen wordt de prediking de dienst (de diakonia) van het Woord genoemd (Hand.6:4). De verkondiging van het Evangelie gaat in het diaconaat voorop: ‘Zij dan die overal verspreid waren, trokken het land door en verkondigden het Woord (…) en toen zij dan getuigd hadden van het Woord van de Heere en het gesproken hadden, keerden zij terug naar Jeruzalem en verkondigden het Evangelie in veel dorpen van de Samaritanen.’ (Hand.8: 4,25)

In de brieven aan de gemeente van Korinthe noemt Paulus zijn zendingswerk: de dienst van de kerk aan de wereld. Hij spreekt daar over zijn diakonia (2 Kor.3:3; 5:18).

De beste dienst die we als gemeente aan andere gemeenten en aan de wereld kunnen bewijzen, is de verkondiging van het Evangelie.

ANDERE GEMEENTEN

Ook valt op dat de dienst van de ene gemeente betrekking heeft op andere gemeenten. Elke gemeente maakt deel uit van het lichaam van Christus. Geen enkele gemeente kan zeggen dat zij met een andere gemeente niets te maken heeft. Integendeel, gemeenten mogen elkaar tot een hand en een voet zijn.

Diaconale hulpverlening tussen gemeenten onderling is een bijbelse opdracht. Deze opdracht kunnen we op verschillende manieren concreet gestalte gegeven. Het rapport ‘Kerk 2025’ van de Protestantse Kerk in Nederland besteedt bijvoorbeeld bijzondere aandacht aan deze bijbelse opdracht. Gemeenten in een bepaalde ring of classis dienen elkaar door ervaringen met elkaar te delen. Predikanten kunnen hun talenten aanwenden om in een buurgemeente een handje te helpen. Het onderlinge dienstbetoon wordt gestimuleerd.

Ook hebben verschillende gemeenten in Nederland zustergemeenten in het buitenland. Er zijn relaties tussen gemeenten in West- en Midden-Europa. De stichting Hulp Oost-Europa beschikt over een goed netwerk en over voldoende kennis om aan deze relatie vorm en inhoud te geven.

Zo kunnen gemeenten elkaar tot een hand en een voet zijn, ver weg en dichtbij.

GELD

Als derde signaleren we dat bij het diaconale werk van de gemeente geld een onderschikte rol dient te spelen. Vanuit Jeruzalem wordt geen geld gestuurd om elders plannen voor gemeentestichting te financieren. ’t Is zelfs omgekeerd. Nadat de gemeenten in Klein-Azië het Evangelie uit genade hebben ontvangen, roept Paulus die gemeenten op de armlastige moedergemeente in Jeruzalem bij te staan. Hij beveelt de diaconale collecte van harte aan. Hij noemt deze collecte eveneens een diakonia (2 Kor.8:19,20; Rom.15: 25).

Dit gegeven roept de nodige vragen op. Hoe ziet onze relatie met onze zustergemeenten in Midden-Europa eruit als geld geen rol zou spelen? Hoe staat het met de wederkerigheid? Hoe is de balans tussen geven en ontvangen? Is onze relatie materieel of geestelijk van aard?

De woorden van de profeet Elisa kunnen helpend zijn om onze relatie te herzien: ‘Wat kan ik voor u doen? Vertel mij wat u in huis hebt.’

GEMEENTELEDEN

De gemeente bestaat uit verschillende gemeenteleden. Er zijn gemeenteleden die in het bijzondere ambt staan en er zijn gemeenteleden die het ambt van alle gelovigen bekleden.

In de kerkenraad zijn de drie ambten vertegenwoordigd: ouderling, diaken en ouderlingkerkrentmeester. Het ambt is een afspiegeling van het drievoudige ambt van Christus. Hij is Profeet, Priester en Koning. Hij is de grote Ambtsdrager.

Het ambt is geen erebaantje of machtspositie. Het ambt vraagt om dienende inzet en liefdevolle toewijding. Het ambt vraagt om zelfverloochening en kruis dragen. Ik las ergens: ‘Als het dienende karakter van het ambt verdwijnt, ontstaat er onenigheid in de kerkenraad, wordt de gemeente niet gebouwd en verdwijnt de Heere Jezus uit beeld.’


Hoe ziet onze relatie met onze zustergemeenten in Midden-Europa eruit als geld geen rol zou spelen?


DIAKENAMBT

In Handelingen 6 lezen we over de instelling van het ambt van diaken. De aanleiding is duidelijk: ‘In die dagen, toen het aantal discipelen steeds toenam, ontstond er gemor van de Griekssprekenden tegen de Hebreeën, omdat hun weduwen bij het dagelijkse dienstbetoon over het hoofd gezien werden.’ (Hand. 6:1) De apostelen geven aan de gemeente deze opdracht: ‘Zie daarom uit, broeders, naar zeven mannen uit uw midden, van wie men een goed getuigenis geeft, vol van de Heilige Geest en van wijsheid, die wij voor deze noodzakelijke taak zullen aanstellen.’ (Hand.6:3)

Nadat de diakenen in het ambt zijn bevestigd, dienen zij aan de tafels. Zij zorgen voor het dagelijks brood en voor het geestelijk voedsel. Zij behartigen de stoffelijke en geestelijke verzorging van de armen (Luk.17:8;Joh.12:2; Luk.12:37). De zegen van de Heere blijft niet uit: ‘En het Woord van God verbreidde zich en het aantal discipelen in Jeruzalem nam sterk toe; en een grote menigte priesters werd aan het geloof gehoorzaam.’ (Hand.6:7) Het ambt van diaken wordt prachtig zichtbaar rond de viering van het heilig avondmaal. Diakenen zijn meer dan kelners, die de gasten aan tafel verzorgen. Zij delen geestelijke genadegaven uit. Het formulier zegt: ‘Het is de taak van de diaken om met een bewogen en vreugdevol hart de armen te helpen; niet alleen met materiële gaven, maar ook met troostvolle woorden uit de Schrift.’

ALLE GELOVIGEN

Naast het dienende werk van de ambtsdragers mogen ook gemeenleden zich in de gemeente dienstbaar opstellen. Alle gelovigen worden opgeroepen elkaar te dienen. Paulus zegt: ‘Dient elkaar door de liefde.’ (Gal.5:13) Om dienstbaar en vruchtbaar in de gemeente te arbeiden, verleent de Heilige Geest bijzondere gaven, charismata (Rom.12; 1 Kor.12; Ef.4; 1 Petr.4). Elk gemeentelid is begaafd: ‘Maar aan ieder van ons is de genade gegeven naar de maat van de gave van Christus.’ (Ef.4:7)

Deze genadegaven, charismata, staan in dienst van de opbouw van de gemeente: ‘En Hij heeft sommigen gegeven als apostelen, anderen als profeten, weer anderen als evangelisten en nog weer anderen als herders en leraars, om de heiligen toe te rusten tot het werk van dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus. (Ef.4:11,12) De kerkenraad mag een krachtig appel op gemeenteleden doen om hun gaven en talenten in te zetten ten dienste van de gemeente. De belijdende leden hebben dat bovendien beloofd. De derde belijdenisvraag luidt immers: ‘Wilt u trouw zijn onder de bediening van het Woord en van de sacramenten, volharden in het gebed en in het lezen van de Heilige Schrift en naar de u geschonken gaven meewerken aan de opbouw van de gemeente van Christus?’

Zo klopt het diaconale hart in elke gemeente en in het hart van elk gemeentelid.

VOLKOMEN LIEFDE

Tot slot een citaat uit het formulier voor de bevestiging van een diaken: ‘Over de dienst der barmhartigheid leert de Schrift dat deze voortvloeit uit de volkomen liefde van Christus voor de gemeente, die Hij kocht met Zijn bloed. Hij kwam in de wereld om te dienen en ontfermde Zich over hen die in nood waren. Christus is het Lam, Dat de zonde der wereld wegneemt, Hij is de Knecht des Heeren, Die onze ziekten op Zich genomen en onze smarten gedragen heeft en Hij zal niet rusten, totdat bij Zijn wederkomst ook de gevolgen van de zonde een einde zullen hebben.’ En zo staat Hij voor ons: ‘Wat kan Ik voor u doen? Vertel Mij wat u in huis hebt.’

Ds. H.J. van der Veen is predikant van de hervormde gemeente te Sliedrecht.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 april 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

JE DIENSTBAAR OPSTELLEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 april 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's