Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

#DURF TE VRAGEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

#DURF TE VRAGEN

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hij timmert de laatste jaren flink aan de weg als hippe blogger en Twittertheoloog. Door verschillende media wordt hij gevraagd als duider van religie en geloof: Alain Verheij. Onlangs verscheen van hem het boek God en ik: wat je als weldenkende 21e-eeuwer kunt leren van de Bijbel. In het boek legt Verheij uit waarom hijzelf door de Bijbel wordt geraakt en waarom het de moeite waard is als ook tijdgenoten zich daarin verdiepen. Verheij is promovendus aan de Leidse universiteit en voor het universiteitsblad Mare sprak Daniëlle Tuk met hem. Enkele fragmenten:

MARE

Verheij omschrijft zijn boek als: ‘Een best of van de Bijbel voor lezers die er niet zo veel van weten.’ De belangrijkste les, vindt hij: hoopvol en bewust leven door rituelen en verhalen. Dat vervlecht hij met zijn eigen levensverhaal op zoek naar overeenkomsten. (...)

De sabbatsrust, één dag in de week helemaal niet met je werk bezig zijn, vindt Verheij ook een nuttige les tegen de huidige drukte en bijbehorende stress.

‘Ik zie echt heel veel leeftijdsgenoten in een burn-out raken. Ineens vliegen ze er maanden uit. Dan gaat er iets niet helemaal goed in je cultuur. Ik vind het begrijpelijk om niet strak een zondag of zaterdag vrij te houden, maar de verplichte vakantie die in die Bijbelse wetten wordt ingesteld, is een sociale wet die een stok zet in het doordraaiende wiel van de economie die alsmaar meer moet produceren. Het volk Israël werd verplicht om een heel jaar lang het veld niet te bewerken. Dat is een oefening in vertrouwen op de natuur en God en een oefening in rust nemen, beseffen dat je meer bent dan je werk. Ik zie de sabbatsrust dus niet als een betuttelend regeltje dat nergens op slaat, maar als een heel goede psychologische en sociale wet.’

Een kerkelijk ritueel dat Verheij aanraadt is de biecht. ‘De schuld en het openbare oordeel hebben we nog, bijvoorbeeld op Twitter. Ik ga daar als Twittertheoloog wekelijks over de schreef in die zin dat ik te hard op iemand hak, te persoonlijk iemand aanval, en mijn scherpe tweetje voorrang geef boven geduld hebben met iemand met wie ik het niet eens ben. Dat is een van mijn karakterdefecten; daar kan ik soms spijt van hebben. Dan verwijder ik de tweet of neem ik me ’s ochtends voor: vandaag niet. Ik spreek elke dag namelijk hardop uit waar ik spijt van heb, waar ik me voor schaam, wat beter moet, en dat neem ik me voor om anders te doen.’ (...)

De belangrijkste lessen uit de Bijbel vindt Verheij die tegen maakbaarheid en voor afhankelijkheid, verbondenheid en vertrouwen. ‘Dat zijn waarden die in een individualistische maatschappij misschien vergeten worden.’ Ook het perspectiefkiezen van de underdog vindt hij belangrijk: ‘De Bijbel vertelt vaak verhalen vanuit het oogpunt van de loser. Dan word je je bewust van de machtsverhoudingen en je voorkomt dat je bepaalde verschopte groepen vergeet.’ ‘Ik heb een kerkelijke zwerftocht gemaakt’, vertelt Verheij over zijn eigen geloof. ‘Ik ben als kind van kerkelijke ouders opgegroeid. In mijn eerste dertig jaar heb ik zeker drie kerkgenootschappen vanbinnen gezien als lid en nog veel meer als bezoeker. Dat heeft mijn geloof heel erg verrijkt. Tegelijk zit er altijd een element van twijfel in mijn geloofsleven: ik twijfel dagelijks. Ik zeg altijd: ik sta op twee benen; het ene been is heel christelijk en het andere been is heel ontkerkelijkt. Het hoort bij het menszijn om te twijfelen. Ook als je nergens in gelooft, is het gezond om daaraan te twijfelen. Het lijkt me een gezond besef van je eigen bescheidenheid.’

Al is hardop aarzelen niet altijd even handig, merkt hij. ‘Door mijn twijfel vinden sommige vrienden mij te vroom en anderen niet vroom genoeg.’ (...)

Waarom is hij zelf toch blijven geloven? ‘Onder andere mijn liefde voor de Bijbelverhalen, omdat ik merk dat de rituelen zoals het gebed of de kerkdienst mijn leven mooier maken en verrijken. Er was een oude rabbi die op zijn sterfbed tegen zijn zoon zei: “Je moet de traditie die ik aan je heb overgeleverd nooit laten vallen, maar als je hem laat vallen, doe het dan voor een mooiere traditie.” Ik heb nooit een mooiere traditie gevonden die beter werkte voor mij, dus houd ik liever hieraan vast.’

Ik vind het opvallend en bemoedigend dat Alain Verheij met een boek over de Bijbel en de betekenis van de christelijke traditie aan de weg timmert bij generatiegenoten en daar ook podium voor verwerft. Hij slaagt er kennelijk in een snaar te raken. In zijn boek gaat hij in op allerlei vragen over de Bijbel en hij steekt ook zijn eigen vragen niet onder stoelen of banken. De lezer oordele vooral zelf wat hij of zij daarvan vindt.

DE WEKKER

Het orgaan van de Christelijke Gereformeerde Kerken wijdt een heel nummer aan vragen van jongvolwassenen. Onder meer door een interview met dr. Cors Visser, directeur van ForumC, (zie hun website) die het debat wil voeren met hoog opgeleide jongeren over het christelijk geloof. Uit het gesprek dat Joanne Bos met hem had, volgen hieronder enkele passages.

Over de vragen die op de website van ForumC niet alleen door christenen worden beantwoord, zegt hij:

Nee, wij vragen wetenschappers met verschillende levensbeschouwingen voor de website. We willen geen fuik creëren, maar de vragen serieus nemen. Het is niet ons doel dat jongeren onze antwoorden overnemen, maar hen tot nadenken stemmen.

Bovendien bestaat onze doelgroep niet uitsluitend uit christenen, we willen juist het gesprek tussen verschillende levensbeschouwingen aanmoedigen. De debatten die we organiseren, zijn ook altijd in samenwerking met een seculiere partner. Hierin zit onze kracht. Uit ons onderzoek blijkt ook dat jongeren weinig ruimte voor hun vragen ervaren. Ik neem dat de kerken niet altijd kwalijk, je kan nu eenmaal niet iedereen ten volle in hun behoefte voorzien.’ (...)

Wat zou de kerk, of in ons geval De Wekker, kunnen doen?

‘Mijn ervaring is dat er in christelijke kringen vaak antwoord wordt gegeven op vragen die er niet zijn. Dat is ontzettend jammer, zeker als je in ogenschouw neemt dat het niet of slecht beantwoorden van vragen, behoort tot de meest gehoorde redenen om de kerk te verlaten. Daarom wil ik de christelijke gemeenschap aansporen mogelijkheden tot gesprek te creëren, ieder op zijn eigen gebied en op zijn eigen manier. (...) Ik zou het mooi vinden als in breed-christelijke kring meer ruimte ontstaat om grote vragen met elkaar te bespreken.’

Ook in de meditatie naar aanleiding van Efeze 4 (dat gij verjongd wordt door de geest van uw denken) door ds. Bram Hofland uit Emmeloord, klinkt een pleidooi om vragen te blijven stellen:

Vroeger mocht er soms niks gevraagd worden: “Dat soort vragen beantwoorden we hier niet, meisje”, kreeg een gemeentelid ongeveer 40 jaar geleden te horen... Ze stelde een eerlijke vraag. Het heerlijke van de jeugd is nou dat ze onbekommerd vragen. Op zoek naar antwoorden. De generatie jongeren die eraan komt is een generatie die graag eerlijke antwoorden wil. Op internet is alles te vinden, overal is wel een filmpje bij te krijgen. Maar wat geloof ik nou, en waar sta ik nou voor?

Daarom is het belangrijk om vragen te blijven stellen. Open te staan. Na te denken: he, wat zeggen we dan met elkaar? Misschien dat we als kerk daar blijkbaar ook niet altijd in geslaagd zijn om de oude boodschap voor vandaag weer over te brengen. Dat getuige het aantal jongeren dat mij wel eens mailt, belt of appt met de vragen zoals hierboven. Je zou toch zeggen: maar over de doop en huwelijk en het kruis, daar is toch over gesproken op de catechese, en thuis en in de preek... Blijkbaar heeft dat niet beklijfd. En moeten we ons afvragen of we het nog wel duidelijk over weten te brengen wat nou het goede nieuws is van Gods Rijk. (...)

Vragen en elkaar bevragen: dat is belangrijk. Of je nu oud bent of jong. Blijf zoeken in het Woord. Laat vragen maar komen. Als gemeente ben je samen onderweg achter Jezus aan. We zijn er dus niet, er is geen status quo. Je belijdenis is niet het eindpunt van je geestelijke carrière, maar eerder het beginpunt. Op allerlei momenten in ons leven kunnen ons vragen toekomen. Wees niet bang om ze te stellen. En wees niet bang om ze met elkaar te beantwoorden.

In de Bijbel zien we ook allerlei mensen opzoek naar antwoorden. Het boek Job, in de Psalmen, maar ook leerlingen rondom Jezus stellen Hem allerlei vragen. Blijf nou maar zoeken. Blijf je verdiepen in dat heerlijke Woord dat God gegeven heeft. Train je als kerk, predikant, ouderling, catecheseleider, ouder, gemeentelid erin om duidelijke eerlijke antwoorden te geven. Dan blijven we jong, ja: jong van Geest.

Ds. G. van Meijeren is hoofd mobiliteitsbureau Predikanten & Kerkelijk Werkers van de Protestantse Kerk.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juni 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

#DURF TE VRAGEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 juni 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's