Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

WIJS EN WAAKZAAM

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

WIJS EN WAAKZAAM

Verbond tussen man en vrouw heilzaam voor de samenleving

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Opnieuw zal het gesprek in de synode gaan over het huwelijk en de inzegening daarvan in een kerkdienst. Moet het huidige onderscheid tussen heteroseksuele en homoseksuele relaties verdwijnen, en dus ook het onderscheid tussen inzegenen en zegenen?

De kerk nadert een kruispunt. Wat staat haar te doen? Op weg naar de kerkvereniging in 2004 hebben, met name in de hervormde synode, de meest emotionele discussies zich afgespeeld rond de zegening van andere levensverbintenissen van twee personen als een verbond van liefde en trouw.

OBJECT

Concreet werd hiermee het homohuwelijk bedoeld zoals dat sinds 2001 in het burgerlijk wetboek bestaat. Dat de discussie over homoseksualiteit en relaties op dat moment gevoerd werd, heeft naar twee kanten een schadelijke keerzijde gehad. Enerzijds gaf het synodebesluit om ook homoseksuele relaties te zegenen bij velen de doorslag om zich niet te laten meenemen in de Protestantse Kerk. Anderzijds is de kerkelijke en pastorale bezinning op homoseksualiteit onder een oneigenlijke druk gevoerd. Een thema dat zo diep aan het hart en leven van mensen raakt, moet je niet voeren onder de druk van besluitvorming. Het is niet goed dat mensen een thema worden of, nog erger, een object van discussie. En daarmee oorzaak van verdeeldheid en scheuring.

De toenmalige scriba van de hervormde synode, dr. B. Plaisier, heeft na het aannemen van de huidige ordinantie 5.4 gezegd dat de gevoerde discussie te veel gehinderd werd door kerkpolitieke motieven. Hij pleitte voor bezinning op pastorale zorg aan homoseksuele gemeenteleden. Ook in hervormd-gereformeerde kring werd deze bezinning voortgezet nadat onder anderen dr. J. Hoek en drs. J. Noordam hier al eerder belangrijke dingen over geschreven hadden. De bewonderenswaardige inzet van mensen als Herman van Wijngaarden heeft in veel gemeenten de bespreekbaarheid van homoseksualiteit bevorderd, in de ruimte en binnen de grenzen die de Heere in Zijn Woord biedt. Die bezinning is nog niet afgerond, ook kerkbreed niet. De verdeeldheid in de kerk is groot.

SCHAT VAN HET EVANGELIE

De generale synode is een ambtelijke vergadering. Aan de ambtelijke vergaderingen is de geestelijke leiding van kerk en gemeenten toevertrouwd. Wat we daaronder moeten verstaan, wordt duidelijk uit het getuigenis van het Nieuwe Testament. De kerk heeft de schat van het Evangelie in bewaring gekregen (1 Tim.6:20). Deze schat is de leer van Christus, de Gekruisigde en Opgestane. Het Nieuwe Testament denkt bij deze leer van Christus aan het Evangelie van de rechtvaardiging van de goddeloze (Rom.5:1) en aan het leven van de vernieuwing door de Heilige Geest (Fil.2:12,13). Dit geloof is eenmaal aan de heiligen overgeleverd (Judas:3). Waar gemeenten uit deze schat gevoed worden, geeft de Heilige Geest groei in de kennis en genade van Christus. Paulus bidt daar om in Efeze 3:14-21.

Eenvoudig is deze roeping niet. In bijna iedere apostolische brief wijst de Heilige Geest ons op het gevaar van dwaling, ketterij en het verliezen van wat ons uit genade geschonken is. Hoe meer de dag van Christus nadert, hoe meer de kerk verzocht zal worden om de dwaasheid van het Evangelie te verruilen voor de wijsheid van de wereld. In Kolossenzen 2:8 wordt ons op het hart gebonden om ons niet te laten gijzelen door de filosofie, de geest van de wereld, de machten van de eeuw. We mogen de dwaasheid van het Woord niet opgeven voor de wijsheid van de wereld.

Dat betekent dat de kerk door de verlichting met de Heilige Geest doorkrijgt, op welke fronten zij waakzaam moet zijn. Gemeenten die in deze worsteling het Woord bewaren, worden door de Heiland zalig gesproken (Openb.3:8,10). Maar ernstige bestraffing én een oproep tot bekering klinken aan het adres van gemeenten die ruimte boden aan een andere leer (Openb.2:14,15). Met de woorden van 1 Johannes 4:1 kunnen we zeggen dat geestelijk leiding geven aan de kerk niet zonder het beproeven van de geesten kan, of zij uit God zijn.

EXISTENTIEEL

Rond homoseksualiteit hangt in ons tijdsgewricht een ideologische sfeer. Homoseksualiteit is een gegeven. Wij realiseren ons dat mensen er niet vrijwillig voor kiezen. Wie gesprekken met mensen met een homoseksuele gerichtheid voerde, zal niet vergeten hoe existentieel hun levensvragen zijn, onder andere op het gebied van identiteit. Deze levensvragen zijn overigens niet alleen typerend voor hen, en ze zijn ook niet alleen typerend voor de afgelopen veertig jaar. Het zijn vragen van alle mensen van alle tijden. Als het gaat om identiteit, heeft de christelijke verkondiging een duidelijke boodschap gehad: een christen heeft zijn identiteit in Christus, een ontvangen identiteit, een identiteit die getuigt van genade.

Bij God ben je meer dan je geschiedenis, meer dan je gevoelens, meer dan je daden, meer ook dan je seksualiteit. Als zondag 1 van de Heidelbergerse Catechismus belijdt dat ik niet van mijzelf ben, is dat bevrijdend beleden. Mijn identiteit ligt in Christus, van Wie ik uit genade het eigendom mag zijn.

Onze identiteit valt niet samen met onze seksualiteit. Hoe groot de gave van de seksualiteit en seksuele relaties ook is, zij is in zekere zin van secundair belang (Matth.19:12 en 1 Kor.7:25-40). En als de Heilige Geest bekerend in ons werkt, slaat Hij onze seksualiteit niet over. Zo wijst Hij in Zijn Woord aan ieder mens, ook aan heteroseksuelen, ook aan alleen-gaanden, een begaanbare weg. Deze weg is weliswaar een kruisweg, omdat wij ook op het gebied van seksualiteit de oude mens in ons hebben te doden. Maar zo herschept Hij ons vanuit de identiteit in Christus tot een ‘mens die God toebehoort’ om Hem te dienen met ziel en lichaam.

DOMINANT

In het seculiere denken is een isgelijkteken komen staan tussen identiteit en seksualiteit. Daarmee is seksualiteit tot en met dominant geworden in het levensgevoel van onze eeuw. Je drukt je identiteit uit in termen van seksualiteit. Het seculiere denken kent Christus niet en weet daarom ook niet van het bevrijdende Evangelie dat we onze zaligheid buiten onszelf moeten en mogen zoeken. In het seculiere denken ben je overgeleverd aan je zelf, je zult het ermee moeten doen. Ik verwijs naar het indringende artikel van Tineke van der Waal in De Waarheidsvriend van 26 april van dit jaar. Het seculiere denken heeft seksualiteit tot identiteitsbepalend verheven, en het dwingt ons dus alle mogelijke seksuele varianten te aanvaarden omdat we anders ménsen afwijzen. En dat doe je niet. Zeker in de kerk niet, waar wij niemand uitsluiten op grond van zijn of haar identiteit, geslacht, ras of afkomst. Een regenboogvlag uithangen betekent dat je mensen reduceert tot seksuele wezens, omdat je hun identiteit kwalificeert aan de hand van hun seksualiteit.

Het lijkt me noodzakelijk dat de kerk zich afvraagt in hoeverre wij een knieval maken voor de geest van de wereld als we homoseksuele relaties gelijkstellen aan het bijbelse huwelijk en dat op dezelfde wijze inzegenen. Wijzen wij de gemeenten dan een bijbelse weg? Is dat de weg van de Heilige Geest waarom de Heiland ons zal prijzen in Zijn wederkomst? Heeft de kerk uit het Woord niet veel meer te zeggen over identiteit, pastoraat, het huwelijk, seksualiteit en het leven van de nieuwe mens?

BEANGSTIGEND

In dat licht vind ik het beangstigend dat de meerderheid van de synode het moderamen heeft gedwongen om met een voorstel te komen dat nog verder gaat dan de huidige ordinanties 5.3 en 5.4. Geestelijk gezien wordt de kerk gedwongen zich voor of tegen de leer van Christus uit te spreken. Geestelijk gezien wordt de kerk beproefd of zij zuil en fundament van de waarheid is (1 Tim.3:15) en te midden van de geesten van dwaling en verleiding oprecht de waarheid belijdt die in Jezus Christus is. Wordt de kerk in haar denken gelijkvormig aan de wereld (Rom.12:2), dan wordt zij met duisternis geslagen en verliest zij haar licht voor God en deze wereld. In die zin is de komende synodevergadering een kairos (beslissend moment, red.) of al dan niet Jezus als Kurios te belijden als haar enige Heere en Koning.

HEILZAME BEDDING

We verlangen van de synode, evenals van de andere ambtelijke vergaderingen, dat zij de kerk geestelijk leidt op de weg van Christus. Dat zij geen besluiten neemt die niet voluit gedekt zijn door het Woord van God, dat bron en norm voor al het kerkelijke spreken en handelen is. Het is wijs om vast te houden aan de woorden van dr. A.J. Plaisier in 2014 dat het wezenlijk is om homoseksuele relaties niet gelijk te stellen met heteroseksuele relaties. Dat betekent dat de kerk, hoe dan ook, de uniciteit van het bijbelse huwelijk als een verbond tussen een man en een vrouw handhaaft en hooghoudt. De tijd is voorbij dat de kerk in haar definitie van het huwelijk aan kan sluiten bij wat de Nederlandse overheid in het burgerlijk wetboek bepaalt. In de toekomst liggen allerlei varianten open van wat een huwelijk kan zijn. Tegenover de maatschappelijke ontbinding die hiermee gepaard gaat, zal de kerk blijven spreken over het huwelijk van man en vrouw als heilzame ordening van de samenleving, als heilzame bedding voor de opvoeding en het ontwikkelen van identiteit van een nieuwe generatie. We zijn er goed mee, als we de inzettingen van de Heere liefhebben en bewaren.

INBRENG

Er moet mij daarbij nog wel iets van het hart. Na de totstandkoming van de Protestantse Kerk is, ook door synode- en moderamenleden, veelvuldig aan de Gereformeerde Bond gevraagd om theologische inbreng. Die vraag is legitiem. Als leden van de kerk willen we meer zijn dan een conservatieve nee-beweging. Nu hebben wij rond het thema van de homoseksualiteit inbreng geleverd. Ik noem het gedegen boek dat dr. Ad Prosman (2013) op verzoek van het hoofdbestuur schreef, Homoseksualiteit tussen Bijbel en actualiteit Om dit boek kun je niet heen als je kort en goed op de hoogte wilt komen van de wijze waarop in kerk en wereld door de eeuwen heen over homoseksualiteit gesproken is. Scheve beelden worden rechtgezet, en vooral: theologisch en hermeneutisch wordt volstrekt helder dat homoseksuele relaties met geen enkel beroep op de Schrift te verdedigen zijn. Heeft de synode zich rekenschap gegeven van deze studie? Of wordt dit soort studies omzeild? Hoe serieus neemt de kerk zichzelf dan eigenlijk?

Maar het gaat niet om de Bond. Het gaat om de kerk als lichaam van Christus, als bruid die we rein aan de Bruidegom willen voorstellen. Een beroep op de eenheid van de kerk neemt de verantwoordelijkheid voor het belijden van de waarheid die naar Gods Woord is, niet weg. We wensen de synodeleden en het moderamen heel veel licht, wijsheid en moed toe als gaven van Zijn Geest.

Ds. A.J. Mensink is predikant van de hervormde gemeente te Elburg en voorzitter van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 november 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

WIJS EN WAAKZAAM

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 november 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's