Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

OP WELZIJN GERICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

OP WELZIJN GERICHT

Ds. Van Harten-Tip zet schijnwerper op Dordtse Kerkorde

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het proefschrift over de Dordtse Kerkorde 1619 van ds. A. van Harten-Tip verschijnt op een uitgelezen moment. De synode van Dordrecht 1618/1619 staat volop in de belangstelling en het is goed dat ze de schijnwerper zet op de kerkorde die daar werd vastgesteld.

Er zijn in Nederland en daarbuiten nog tal van kerken waar de Dordtse kerkorde, al dan niet gewijzigd, van kracht is. Dat geldt ook van de voortgezette Gereformeerde Kerken in Nederland, waarin mevrouw Van Harten predikant is. De studie geeft een overzicht van de ontstaansgeschiedenis van de kerkorde van Dordrecht 1619 (voortaan: DKO), onderzoekt de relatie tot de overige besluiten van de synode en gaat na of de kerkordelijke besluiten in lijn zijn met de gereformeerde confessie.

MONNIKENWERK

Daarvoor heeft de promovenda een groot aantal gegevens onderzocht: de bijlagen met uitvoerige tabellen beslaan bijna veertig procent van het boek. Daarnaast zijn er grafieken, kaarten, tabellen en een ‘sociaal netwerk analyse’ waarin de relaties tussen afgevaardigden, hoogleraren en gecommitteerden in kaart worden gebracht. Deze gegevens moeten duidelijk maken op welke wijze de afgevaardigden betrokken waren bij de voorbereidingen van de synode, door wie ze zijn beïnvloed en wat hun plaats in het sociale netwerk was. Het moet een monnikenwerk zijn geweest om dat allemaal uit te zoeken.

Een van de conclusies is dat de invloed van zuidelijke Nederlanders niet zo groot is als wel wordt gedacht. Een interessant detail is dat de gereformeerden uit Hongarije en Zevenburgen vermoedelijk niet zijn uitgenodigd om de goede relaties met de sultan van Turkije niet in gevaar te brengen. Uit de studie blijkt dat in Dordrecht geen ingrijpende wijzigingen zijn aangebracht in de vorige kerkorde (’s-Gravenhage 1586): de kerkorde is aangepast aan de veranderde omstandigheden.

Een andere conclusie is dat de afgevaardigden van kerk en overheid slechts één gemeenschappelijk doel hadden: het welzijn van kerk en staat te dienen, vanuit hun persoonlijke geloofsbetrokkenheid.

SPANNING

Er zou in deze synode – anders dan in de jaren ervoor en in de eeuwen daarna – nauwelijks of geen sprake zijn geweest van spanning tussen overheid en kerk. Die voorstelling lijkt mij te argeloos: het waren spannende tijden!

Enkele gecommitteerden naar de synode hebben meegewerkt aan het proces waarin Johan van Oldenbarnevelt op 12 mei ter dood werd veroordeeld. Op 13 mei werd hij onthoofd, op diezelfde dag begon in Dordrecht de bespreking van de kerkorde. Zou het toevallig zijn dat daarin het omstreden artikel werd opgenomen waarin de ambtsdragers verplicht worden ‘de ganse gemeente vlijtig en oprecht (…) de gehoorzaamheid, liefde en eerbied voor de magistraat in te scherpen’ (art.28 DKO), terwijl tegelijk het patronaatsrecht van de overheid onaangetast blijft, zodat de magistraat zijn invloed op het kerkelijk leven kan blijven uitoefenen?

ANTI-HIËRARCHIEBEPALING

Herhaaldelijk komt de anti-hiërarchiebepaling aan de orde (art.84 DKO): ‘geen kerk zal over andere kerken, geen dienaar over andere dienaren, geen ouderling of diaken over andere ouderlingen of diakenen enige heerschappij voeren.’ Van Harten tekent op grond daarvan bezwaar aan tegen artikel 42 DKO (dat predikanten van grotere gemeenten die niet naar de classis zijn afgevaardigd, daar toch stemrecht hebben).

Kennelijk staat de classicale besluitvorming voor haar gelijk met ‘heerschappij voeren’, terwijl ze elders betoogt dat een classis helemaal geen finale beslissingen kan nemen: men kan hooguit constateren dat een gemeente zich buiten de orde van Schrift en belijdenis plaatst en elkaar daarop aanspreken.

Hier was een grondige analyse van artikel 84 op zijn plaats geweest. Bovendien kun je je afvragen of het wel juist is dat de classicale bevoegdheden zich beperkten tot ‘elkaar aanspreken’.

MEERDERHEID VAN STEMMEN

Er blijven ook andere vragen over, bijvoorbeeld over het beslissen met eenparigheid van stemmen. Is het juist dat hier ‘het anti-hiërarchisch principe in praktijk werd gebracht, hoeveel tijd dit ook kostte’? Artikel 31 DKO bepaalt dat hetgeen bij meerderheid van stemmen goed gevonden is, voor vast en bondig zal worden gehouden. Beslissen bij meerderheid van stemmen is iets anders dan hiërarchie uitoefenen. Zoveel tijd heeft het vaststellen van de DKO trouwens niet gekost: van 13 tot 17 mei 1619. Ik ken wel een kerkorde die meer tijd heeft gevraagd.

Dr. P. van den Heuvel uit Bunnik is emeritus predikant en kerkrechtdeskundige.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 februari 2019

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

OP WELZIJN GERICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 februari 2019

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's