Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Over God spreken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Over God spreken

Dr. Immink belicht theorie en praktijk van het preken, maar stopt iets te vroeg

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Er wordt ontzettend veel gepreekt in Nederland. Elke zondag weer. Deze geloofspraktijk vraagt om blijvende theologische bezinning. Daarom is het terecht dat dr. F.G. Immink Over God gesproken heeft geschreven.

Ds. E.K. Foppen is predikant van de hervormde wijkgemeente Bethlehemkerk te Den Haag.

Op de achterkant van dit boek over de prediking lees ik dat het bedoeld is voor allen die nieuwsgierig zijn naar de achtergronden en de werking van de preek. Boeken van Immink zijn doorgaans geen lectuur voor op het nachtkastje. Je moet goed wakker zijn, maar dan ontvang je ook veel inzicht en nog meer overzicht. Wanneer lees je nu een boek waarin Brakel en Bultmann, Calvijn en Craddock elkaar ontmoeten?

Het is meer dan terecht dat Immink een boek over preken heeft geschreven. Hij heeft immers een heel aantal jaren college preekkunde (homiletiek) gegeven, preekt zelf zeer regelmatig en heeft derhalve ‘recht van (s)preken’.

Wat doen we als we preken? Wat doen we als we preken horen? Waarom wordt er eigenlijk gepreekt? Wat is het verschil tussen een preek en een bijbelstudie?

Hoe verhoudt Gods Woord zich tot een mensenwoord? Dat blijven goede vragen. Voor de noodzakelijke theoretische bezinning op deze vragen kun je in dit boek goed terecht.

Weinig ‘bedding’

Het boek heeft een handvol hoofdstukken, waarbij de ene ‘vinger’ wel wat dikker is dan de andere. Al met al een stevige hand.

Hoofdstuk 1 is een inleidend hoofdstuk, waarin Immink het veld verkent. Hij schetst in dit hoofdstuk het seculiere klimaat waarin gepreekt wordt, laat duidelijk zien dat er veel factoren zijn die meespelen in zowel het preekproces als het luisterproces.

Mooi dat er eerlijk wordt geschreven over de akoestiek van de kerkzaal en de gemoedsgesteldheid van de kerkganger. Dominees hebben rekening te houden met de religieuze laaggeletterdheid van de huidige hoorder. Er is weinig ‘bedding’ meer aanwezig waar het levende water doorheen kan stromen, zo stelt Immink terecht. Wat dit betekent voor de woordkeuze van de prediker had wellicht wat meer gethematiseerd aan bod moeten komen.

In hoofdstuk 2 schetst hij hoe woorden over God woorden van God kunnen worden en laat hij zien hoe de (protestantse) traditie hierover heeft gedacht. De visie van Luther, Calvijn alsook de Nadere Reformatie wordt puntig weergegeven. Ook vinden we hier de visie van hedendaagse buitenlandse homileten als Buttrick, Lowry en Craddock en komen recent in het Nederlands verschenen boeken over de prediking voor het voetlicht (C.J. de Ruijter, C. Stark & H. de Leede). We vinden in dit hoofdstuk tal van verschillende interessante preekfragmenten.


N.a.v. Gerrit Immink, ‘Over God gesproken. Preken in theorie en praktijk’, uitg. Boekencentrum, Utrecht; 304 blz.; € 21,99.


Welsprekendheid

In hoofdstuk 3 beschouwt Immink de preek vanuit de performance en schrijft hij over de taal en de welsprekendheid. We vinden interessante citaten van onder anderen Herman Bavinck. Eerlijk is eerlijk: toen ik dit hoofdstuk las, dacht ik wel: wat heb ik weinig (praktische) opleiding genoten met betrekking tot welsprekendheid.

Mede via het proefschrift van dr. Theo Pleizier alsook werk van de Amerikaanse homileet Ronald J. Allen schrijft Immink instructief over verschillende luisterhoudingen. In dit hoofdstuk vinden we een waardevol uitstapje in de taalfilosofie. Hij verbindt de noodzaak en waarheid van toe-eigening met het gedachtegoed van Ricoeur. Interessant en leerzaam. Misschien was juist hier ook een preekfragment mooi geweest om vanuit de praktijk te laten zien hoe dit werkt.

Relatie met bijbeltekst

Hoofdstuk 4 is het hoofdstuk waarin Immink ingaat op de relatie tussen de bijbeltekst en de preek.

Natuurlijk gaat het dan ook over hermeneutiek. Via een aantal citaten uit paaspreken maakt Immink de problematiek helder en schetst hij diverse posities. Hij verkleint in dit hoofdstuk de kloof tussen het leven van de ‘historische Jezus’ en de ‘verkondigde Christus’ en maakt een aantal kritische kanttekeningen bij de stellingname van de populaire oudtestamenticus W. Brueggemann.

Immink bepleit met het oog op de verkondiging een zogenoemde homiletische exegese van de bijbeltekst: zoeken naar goddelijke openbaring en menselijk geloof in de tekst. Opnieuw vind ik het jammer dat juist hier dan geen ‘voorbeeldige’ preekcitaten zijn gegeven.

Heilsfeiten

In het slothoofdstuk gaat de auteur in op de verkondiging van de heilsfeiten. Een stevig theologisch hoofdstuk waarin we ook nog een stukje geschiedenis van de Hervormde Kerk tegenkomen (‘geding over de opstanding’). Het is een hoofdstuk op het snijvlak van bijbelse theologie en dogmatiek en Immink raakt schrijvenderwijs op dreef. Hier spreekt de theoloog. De praktijk van de verkondiging van de heilsfeiten lijkt wat op de achtergrond te staan.

Realiteit van God

Ten slotte nog iets over de titel van het boek. In 2003 schreef Immink In God geloven, een handboek voor de praktische theologie. Daarin maakt hij duidelijk dat we in de praktische theologie de zogenoemde menswetenschappen voluit serieus moeten nemen, maar dat het – hoe ingewikkeld dat ook is – over de realiteit van God moet (blijven) gaan. De realiteit van God moet niet ingewisseld worden voor de menselijke ervaring van de realiteit van God.

Geheel in lijn met deze visie – Immink is consistent – luidt de titel van zijn boek over de prediking Over God gesproken. Zo maakt Immink duidelijk dat wat hem betreft een preek niet louter een toespraak van een mens vóór een mens is. En ook dat – hoewel de menselijke ervaring zeker meedoet – een preek principieel van een andere orde is dan een toespraak waarin menselijke ervaringen van God worden gedeeld. Immink denkt ‘hoger’ van de prediking.

Waarom heeft hij, in lijn met de Helvetische Confessie, dan toch niet gekozen voor de titel ‘van God gesproken’? In een interview met het Nederlands Dagblad noemt hij twee bezwaren: ‘Wij hebben Gods spreken niet in control’ en ‘de hoorder moet ook kunnen zeggen ‘ik ben het niet met je eens’.’ In zijn boek werkt hij deze twee punten nog verder uit door onder andere in te gaan op manipulatie in de prediking.

Natuurlijk zijn deze twee ‘bezwaren’ van Immink waar. Toch weet ik niet of deze punten zo gewichtig zijn dat we het ‘van God spreken’ maar beter kunnen inwisselen voor het ‘over God spreken’. Blijven we met ‘van God spreken’ niet dichter bij de prediking als profetie? Die moest in het Nieuwe Testament toch ook door de kritiek van de gemeente heen (1 Kor.14)? Staat ‘van God spreken’ niet dichter bij het nieuwtestamentische kerussein (verkondigen) dan ‘over God spreken’? Wat mij betreft had een gereformeerd theoloog als Immink het juist in deze subjectieve tijd wel wat meer mogen opnemen voor de prediking als ‘woord van God’. Daar is hij stevig en stoer genoeg voor. Een concrete vraag aan Immink: is ‘namens God spreken’ een alternatief?

Liever meer en concreter

Immink geeft in zijn boek vooral veel (historisch) overzicht over de theologie van de prediking. Dat is wat mij betreft de kracht van dit boek. Zijn eigen visie lijkt hij wat te verstoppen, al ‘verraadt’ het laatste hoofdstuk dat hij toch sterk in de verkondigende traditie staat.

Met een ‘dubbele’ knipoog: mijn opa, een ‘stevige ouderling’ in de Gereformeerde Bond, kon van sommige preken wel eens zeggen dat het een goede confessionele preek was. Op mijn vraag wat hij daarmee bedoelde, zei hij dan steevast: ze stoppen net iets te vroeg. Daarmee bedoelde hij dat de heilsfeiten wel waren verkondigd, maar dat de toe-eigening, toepassing te weinig aandacht had gekregen.

Dat idee bekroop mij ook wel eens bij de laatste paragrafen van sommige hoofdstukken. Juist waar het spannend wordt, stopt het. Wat mij betreft net iets te vroeg. Zo is er toch niet alleen de dominee die gerust de preekstoel op gaat, maar ook de dominee die onrustig is of zijn woorden tot Gods woorden worden (hoofdstuk 1)? Graag had ik nog iets meer gelezen over de ‘voorkant’ van de bijbeltekst, over ‘de aangesprokene’ die in beeld komt. Hoe dan precies? In zijn geloof, in zijn ongeloof? (hoofdstuk 3). Kort is Immink ook over de ‘theologische omgang met de tekst’ en het ‘dialectiek tussen de literaire exegese en de hermeneutische vertolking (hoofdstuk 4). Schrijf hier nu nog eens wat meer en wat concreter over, zo dacht ik, want hier gaat het toch echt om.

Voor iedereen die geroepen wordt om preken te horen en preken te houden biedt dit waardevolle boek van Immink genoeg stof tot stevige bezinning. Een aanrader dus.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 november 2019

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Over God spreken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 november 2019

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's