Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HOPENDE EN UITZIENDE.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HOPENDE EN UITZIENDE.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hopende: De koningen die het beest aanbidden zouden, zouden dus enerlei mening hebben. We lezen in vers 14: Deze zullen tegen het Lam krijgen, en 't Lam zal hen overwinnen (want Het is een Heere der heren, en een Kpning der koningen) , en die met Hem zijn, de geroepenen, en uitverkorenen, en gelovigen.

Die koningen zouden dus tegen het Lam krijgen. Het wil zeggen, dat ze Gods Kerk zouden vervolgen. Vanzelfsprekend was het hun bedoeling niet om welbewust de strijd tegen Christus aan te binden. Ze zouden menen, dat zij in het vervolgen van Gods Kerk Gode een dienst zouden doen. Zo heeft Paulus ook de Kerk vervolgd en daarmede de krijg aangebonden tegen het Lam. Op de weg naar Damascus werd daarom dan ook door Christus tegen hem gezegd: Saul, Saul, wat vervolgt gij Mij?

Uitziende: Och vriend, zo wordt Christus nog genoeg bestreden in Zijn volgelingen. Christus heeft Zelf gezegd: Wie met Mij niet is, die is tegen Mij; en wie met Mij niet vergadert, die verstrooit. Matth. 12:30. Waarom is het dat de godsdienstige vijanden Gods Kerk vervolgen? Het is om de vrije genadeleer die die Kerk aanhangt en belijdt. Het is om die leer, waarin Christus gekroond en verheerlijkt wordt en waarin geen eer voor het schepsel overblijft. Dus al wil men in zijn vijandschap tegen die leer vanzelf niet erkennen, dat men tegen Christus Zelf zoekt te krijgen, in de daad doet men niet anders. Het ware leven wordt niet geduld. Een leer waarin de mens geheel en al wordt uitgeschakeld, kan men niet verdragen. En zo is het dan, dat men Christus Zelf in Zijn volgelingen bestrijdt. En zo geldt het de eeuwen door: Waarom woeden de heidenen, en bedenken de volken ijdelheid? De koningen der aarde stellen zich op, en de vorsten beraadslagen te zamen tegen de Heere, en tegen Zijn Gezalfde. Ps. 2:1 en 2.

In het hart des mensen leeft de bitterste vijandschap tegen Christus en de vrije genade. O, welk een verschrikkelijke zaak, als het ook van ons gelden moet: Deze zullen tegen het Lam krijgen.

Hopende: In die strijd zal men het tooh moeten verliezen. En het Lam zal hen overwinnen, staat er. Het wil zeggen, dat men de ware zaligmakende leer niet zal kunnen uitroeien. Die leer zal verbreid worden in de wereld tot het eind der dagen toe. Door de verkondiging van die leer wil God tot het einde toe de Zijnen toebrengen. Christus blijft Zich door Zijn Woord en Geest 'n Kerk vergaderen tot de voleinding der wereld Hij zal Zijn arbeidsloon zeker van Zijn Vader ontvangen. Er zijn nog schapen.

die van deze stal niet zijn. Die moet Hij toebrengen. Die zullen Zijn stem horen en Hem volgen. En het zal worden: één kudde en één Herder.

Uitziende: O vriend, dat laat nu juist dat boek der Openbaring ons steeds maar zien, dat dat Goddelijke welbehagen door de hand van Christus, trots alle tegenstand, gelukkiglijk zal voortgaan in de toebrenging der uitverkorenen. Die Goddelijke raad wordt volvoerd. Daarom horen we Christus ook tegen al het woeden der heidenen in Psalm 2 getuigen: Ik zal van het besluit verhalen: De Heere heeft, tot Mij gezegd: Gij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik U gegenereerd. Eis van Mij, en Ik zal de heidenen geven tot Uw erfdeel, en de einden der aarde tot Uw bezitting. En de Vader Zelf horen we daar zeggen: Ik toch heb Mijn Koning gezalfd over Sion, de berg Mijner heüigheid. En hier lezen we, dat het Lam hen zal overwinnen, want Het is een Heere der heeren, en een Koning der koningen. Zijn Godheid wordt er mee aangewezen, en daarmee ook Zijn souvereiniteit en absolute heerschappij over alles.

Hopende: Och vriend, hoe zien we hieruit weer, hoe het ganse werk der zaligheid uitgevoerd wordt door een gans bekwame Middelaar en Zaligmaker. Wat ligt het dan toch voor de ganse Kerk eeuwig vast!

Christus heeft als God macht over Zijn Kerk en tegen alle vijanden, en als Middelaar heeft Hij recht op Zijn ganse Kerk. Ge moet er eens op letten, hoe de apostel over de Godheid van de Middelaar spreekt, en dan tegelijk spreekt over de betrekking waarin Hij als die Goddelijke Persoon des Midde- • laars staat tegenover Zijn Kerk. Zo lezen we in Coll. I: Dewelke het Beeld is des onzienlijken Gods, de Eerstgeborene aller kreaturen. Want door Hem zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op de aarde zijn, die zienlijk en die onzienlijk zijn, hetzij tronen, hetzij heerschappijen, hetzij overheden, hetzij machten; alle dingen zijn door Hem en tot Hem geschapen. En Hij is voor alle dingen, en alle dingen bestaan te zamen door Hem. En dan laat de apostel daarop volgen: En Hij is het Hoofd des lichaams, namelijk der Gemeente, Hij, Die het Begin is, de Eerstgeborene uit de doden, opdat Hij in allen de Eerste zou zijn. En ook in de Hebreënbrief spreekt de apostel op een zelfde wijze.

Als God bezit Christus alle macht uit Zichzelf, in hemel en op aarde. Maar als Middelaar is Hij na Zijn diepe vernedering verhoogt en alzo tot een Hoofd gemaakt boven alle dingen. En als zodanig getuigt Hij, dat Hem alle macht gegeven is in hemel en op aarde. Die macht gebruikt Hij ten goe- 'de van Zijn uitverkorenen, in het bedwingen en ten onder brengen van al hun vijanden.

Uitziende: Maar in de uitoefening van die macht, spreekt dan ook Zijn liefde tot Zijn uitverkorenen. We lezen hier dan ook verder: en die met Hem zijn, de geroepenen, en uitverkorenen, en gelovigen. Die zijn met Hem. Christus is nooit zonder hen. Dat loon is bij Hem, en dat arbeidsloon is voor Zijn Aangezicht. Om die vreugde Hem voorgesteld, heeft Hij het kruis verdragen en de schande veracht. De overwinning die Christus behaalt, is ten goede van die geroepenen, die uitverkorenen en gelovigen. Alleen de uitverkorenen krijgen dus door een krachtdadige, onweder standelij ke Goddelijke roeping een geestelijke gemeenschap aan Hem. Die gemeenschap krijgen ze door het geloof. Door dat geloof blijven ze Hem ook standvastig aankleven. En door dat geloof verkrijgen ze de overwinning. In Hem zijn ze meer dan overwinnaars. In Hem, Die hen heeft liefgehad. De Kerk komt tot de zaligheid. Die zal geen vijand hen kunnen ontroven. O hoe troostvol is toch dat Boek der Openbaring voor Gods strijdende kerk hier op aarde.

Hopende: Dat zou ik ook wel denken, vriend! Ik had gedacht, dat we het 17e hoofdstuk nu wel zouden kunnen afwerken, maar zie nu dat we het laatste gedeelte beter voor de volgende keer kunnen bewaren.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 augustus 1960

De Wachter Sions | 4 Pagina's

HOPENDE EN UITZIENDE.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 augustus 1960

De Wachter Sions | 4 Pagina's