Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VAN GOD DE VADER EN ONZE SCHEPPING.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VAN GOD DE VADER EN ONZE SCHEPPING.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zondag 9

Gij zult niemand uwen vader noemen op aarde, want één is uw vader, namelijk God in de hemel. En gij zult niemand noemen mjeester, want één is uw meester namelijk Christus. Zo spreekt de Zaligmaker tegen de scharen over de farizeeën en Schriftgeleerden in Matth. 23:8, 10. En immers daar zit een leerrijke waarheid in. Want uiteindelijk is de mens toch maar maaksel van Gods hand. God is de grote Schepper. En wat is de mens vergeleken bij die grote God. Minder dan niets en ijdelheid. Minder dan een made en een worm tegenover de mens zelf. Want zo'n made en worm heeft nog zijn eigen leven, en een mens kan dat leven wel breken, maar hij kan een worm het leven niet schenken, zoals God dat kan. En vandaar is het ook een grote noodzaak dat een mens, van nature verkocht onder de zonde met God in verzoende betrekking worde gesteld. En die grote noodzaak was het immers ook, die de heiligen van de oude dag al in het hart gevoelden. Hoort dan bij Jesaja hoe de profeet namens de levende kerk daar komt bekennen:

Gij zijt toch onze Vader van oude tijden af. Het vleselijk Israël ging in het bloot uiterlijke op en zeiden: Vader Abraham is onze vader. Dat waren die verbondsmensen. Dat waren de mensen, die zeiden: Vader Abraham heeft het voor ons verkregen. En omdat we nu uit die afstamming van vader Abraham zijn, is de hemel ons deel en moeten wij nu zorgen, dat wij er niet uitvallen.

Maar het ware levende volk kon het daar niet mee doen. Dat kreeg het in het oog, dat ze moesten hebben: Gij Heere, Gij zijt onze Vader, want Abraham weet van ons niet en Israël kent ons niet. En dan zegt de Heere wederom: Ben ik een Vader, waar is dan Mijn ere. En ben Ik een Heere, waar is dan Mijn vreze. O, zo gaat het altijd maar weer om deze zaak, dat de Heere Zichzelf een volk komt roepen, dat er niet was. Dat zal naar de heilige Naam des Heeren geheten worden, en dat zal in waarheid aangedaan worden met de ware vreze van Zijn nooit genoeg volprezen Naam.

Ook is er een groot gedeelte van de mensenkinderen dat met de mond wel roept: Heere! Heere, en Vader, wij kennen U, en, daar zal Christus eenmaal tegen zeggen: Gaat weg van Mij. Ik ken u niet. Ik heb u nooit gekend. 0, wat een nauw onderzoek zal er dan toch moeten zijn. Dat de mens zich toch niet bedriege voor.de nimmer eindigende eeuwigheid.

Hij kan wel overal heenlopen, maar dat brengt hem de zaligheid niet aan. Hij zal rechte weg dienen in te slaan. En zo is het dan, dat de Heere in Christus in waarheid een Vader is van Zijn uitverkoren gunstvolk. En nu handelt hier ook Zondag 9 inzonderheid van het vaderschap Gods, over God de Vader en onze schepping.

Daar staat boven:

God de Vader en onze schepping.

Zondag 9 luidt verder als volgt:26e vr. Wat gelooft gij met deze woorden: k geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde?

Antw.: Dat de eeuwige Vader onzes Heeren Jezus Christus, Die hemel en aarde uit niet geschapen heeft. Die ook dezelve nog door Zijn eeuwige raad en voorzienigheid onderhoudt en regeert, om Zijns Zoons wille, mijn God en mijn Vader is; op Wien ik alzo vertrouw, dat ik niet twijfel, of Hij zal mij met alle nooddruft des lichaams en der ziel verzorgen, en ook al het kwaad, dat Hij mij in dit jammerdal toeschikt, mij ten beste keren; dewijl Hij zulks doen kan als een almachtig God, en ook doen wdl als een getrouw Vader.

We zien ons hier zo voorgesteld: Vqn God de Vader en onze scheppmg. Dus het vaderschap van God de Vader. We kunnen onze blik ach-

tereenvolgens hier op richten, dat we stilstaan hij:

1. Dat Vaderschap krachtens generatie.

2. Dat Vaderschap krachtens creatie.

3. Dat Vaderschap krachtens regeneratie en adoptie.

of:

1. Het Vaderschap ten opzichte van de Zoon door genereren.

2. Dat Vaderschap ten opzichte van de schepping door Zijn scheppingsvermogen.

3. Dat Vaderschap krachtens de wedergeboorte en aanneming tot kinderen.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 april 1966

De Wachter Sions | 4 Pagina's

VAN GOD DE VADER EN ONZE SCHEPPING.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 april 1966

De Wachter Sions | 4 Pagina's