Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE VALSE LEER DER ALGEMENE VERZOENING.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE VALSE LEER DER ALGEMENE VERZOENING.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

(vervolg)

In gelijke geest als de Catechismus spreekt ook de Ned. Geloofsbelijdenis in art. 23, waar het luidt, dat de gehoorzaamheid van de gekruiste Christus alleen de ware grond is, dewelke de onze is, wanneer wij in Hem geloven. Die is genoegzaam om al onze ongerechtigheden te bedekken, en ons vrijmoedigheid te geven, de consciëntie vrijmakende van vreze, verbaasdheid en verschrikking om tot God te gaan, zonder te doen, gelijk onze eerste vader Adam, die al bevende zich met vijgebladeren bedekken wilde.

Ook zegt art. 22, dat om ware kennis dezer grote verborgenheid (de voldoening van Christus voor ons) te bekomen, de Heilige Geest in onze harten ontsteekt een oprecht geloof. Daar wordt verder beleden inzake Christus als het ware voorwerp van het geloof: Maar Christus, ons toerekenende al Zijne verdiensten en zo vele heilige werken, die Hij voor en in onze plaats heeft gedaan, is onze rechtvaardigheid; en het geloof is een instrument, dat ons met Hem in de gemeenschap aller Zijner goederen houdt; dewelke de onze geworden zijnde, ons meer dan genoegzaam zijn tot onze vrijspreking van onze zonden.

En in art. 17 lezen we, dat God Zichzelf begeven heeft om de gevallen mens te zoeken, toen hij al bevende voor Hem vlood, en heeft hem getroost, belovende hem Zijn Zoon te geven, die worden zou uit een vrouw, om de kop der slang te vertreden, en hem gelukzalig te makeu. Zo is het ook in art. 20, als daar gezegd wordt: Zo heeft dan God Zijn rechtvaardigheid bewezen tegen Zijn Zoon, als Hij onze zouden op Hem gelegd heeft, en heeft uitgestort Zijn goedheid en barmhartigheid over ons, die schuldig en der verdoemenis waardig waren, voor ons gevende Zijn Zoon in de dood, enz.

En nog eens in art. 21, waar beleden wordt, dat de Heere lezus als Hogepriester, met ede naar de ordening van Melchizedek Zichzelf in onze naam gesteld heeft voor de Vader, tot stilling van Zijn toorn, en wat verder op: en heeft zulks alles geleden tot vergeving onzer zonden.

Ook hier blijkt duidelijk genoeg, dat de belijdenis leert en vasthoudt dat de verwerving der zaligheid door Christus zich niet verder uitstrekt dan de toepassing er van, er geen sprake dus kan zijn van een algemene voldoenng in de Belijdenis. Ook blijkt met name uit art. 17 en art 23, dat er eerst was de overtreding in het paradijs vóór er sprake was van de belofte en het Evangehe, en dat er schulderkentenis was vóór er sprake van vertroosting was, en eerst vreze in de consciëntie voor ze er van vrijgemaakt werd, en de vrijmoedigheid des geloofs te schenken. Ook eerst de breuk in het paradijs ontdekt en bloot gelegd vóór de belofte van verlossing in Christus aangekondigd. Tegenover al deze gegevens en uitspraken van Schrift en Belijdenisschriften in, wil nu Ds. Kreulen beginnen met het Evangelie vóór de Wet, en zo met de predikicig van een alle hoorders geschonken of toegekende verliesbare belofte van genade, die ze door geloof moeten vast gaan maken. Beginnen met een door het Evangelie alle hoorders toegekende belofte van genade en zaligheid, die onvervuld kan blijven wegens ongeloof! Daarbij moet de Wet, als ondergeschikt aan het Evangelie, dienst doen om aan te zetten tot persoonlijke toeëigening van de alle hoorders in het aanbod al geschonken en daarmee toekomende belofte.

Het is dezelfde beschouwing, die ook op p. 65 van het boek naar voren komt, dat het genadeverbond alle gelovigen en hun zaad omvat. De belofte komt toe, volgens de beschouwing van Pieters en Kreulen aan alle gelovigen en aan al hun zaad, en niet alleen aan de uitverkorenen.

Aan deze allen als verbondsbelofte toekomend is nu verbonden de eis van geloof en bekering, en in zoverre is ze conditioneel. Dat wil dus zeggen, dat de belofte allen, ook het vleselijk zaad, al geschonken is als ze allen omvattende verbondsbelofte. Dit gaat voorop. En dan komt de eis van geloof en bekering, om die belofte nu ook zich persoonlijk eigen te maken. Het is hier weer dezelfde lijn: algemeen aanbod, schenking, en verbondsbelofte, allen, ook het vleselijke zaad, omsluitend verbond en Evangelie voorop, en dan de Wet om persoonlijk toe te eigenen door geloof en bekering.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 1966

De Wachter Sions | 4 Pagina's

DE VALSE LEER DER ALGEMENE VERZOENING.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 augustus 1966

De Wachter Sions | 4 Pagina's