Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VADERLANDSE GESCHIEDENIS.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VADERLANDSE GESCHIEDENIS.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoofdstuk 42.

Belegering van Haarlem. (11 december 1572 tot 14 juli 1573).

Frederik van Toledo, de zoon van Alva, die zijn vader in wreedheid evenaarde, tastte met een leger van 30.000 Spaanse soldaten, deze stad aan, die toen de zwakste van heel HoUand was.

Vader, hadden de mensen in Haarlem gehoord, hoe slecht en ontrouw de Spanjaarden het kleine Naarden behandeld hadden?

Ja, en dit deed de inwoners besluiten, om zich tot het laatste toe te verdedigen en liever op de wallen te sterven, dan door de handen van verraders en moordenaars te worden afgemaakt. Zeven maanden hielden zij het uit tegen een machtige vijand. De bezetting betoonde een dapperheid, zoals het maar zelden gezien werd. Kapitein Steenbag werd door een kogel in de hand getroffen en in plaats van ontdaan of bevreesd te zijn, riep hij uit: „Spitsbroeders! Zolang de kogel niet door het hart gaat, zal ik niet bezwijken."

Het ging er verschrikkelijk toe. De bressen of gaten in de stadmiuren werden dichtgestopt met de beelden van de heiligen, die men uit de kerken gehaald had, om de afkeer van de roomse beeldendienst te tonen.

Vader, waarom werd aan deze stad geen hulp uit andere steden gestuurd? waarom kwamen er geen soldaten van buiten Haarlem tegen de Spanjaarden vechten?

Dat probeerde prins Wülem wel te doen, maar het behaagde de Heere het niet te zegenen. Filips de Koning, een Nederlands veldheer, was door de prins met een legertje van 1000 soldaten tot hulp van Haarlem weggezonden, maar de Spanjaarden versloegen het, voordat die veldheer bij Haarlem gekomen was. Zij wierpen het hoofd van die moedige krijger over de stadsmuur met het opschrift: „Dat dit het hoofd was van de man, die het ontzet zo ongelukkig had aangevoerd."

Gods volk ondervindt hier op aarde veel tegenspoed. Het schijnt soms, alsof de Heere Zich hun zaak niet aantrekt; maar dit is maar schijn en geen waarheid: want de oprechten zijn en blijven in de grootste druk Gods lievelingen. Zij moeten door veel druk, teleurstelling en tegenspoed geheiligd worden. Toen nu de stad hoe langer hoe meer omsingeld werd, zodat er geen middelen meer waren, om de prins iets van haar toestand te melden, bedachten zij iets, waardoor Zijn Hoogheid met alles nauwkeurig kon worden bekendgemaakt.

Wat was dat, vader?

Zij stuurden duiven, met brieven aan de vleugels gebonden naar buiten, met het doel de prins te melden, hoe het met de zaken stond. Dan stuurde de prins weer duiven, die uit Haarlem waren en daarheen vlogen, mèt brieven, waarin vermeld stond, welke gepaste middelen de inwoners moesten gebruiken, tot verlossing uit de handen der vijanden. De ellende werd ondertussen van dag tot dag groter. Een verschrikkelijke hongersnood begon de grootste verwoestingen aan te richten.

Vader, deed de prins zijn best niet, om de stad van brood te voorzien.

Ja wel, de prins bedacht een plan, om de stad van gezond voedsel te voorzien. Met dat doel het hij twee duiven naar de stad vliegen, met briefjes aan de vleugels gebonden, waarin de manier vermeld werd, hoe dat zou gebeuren. Maar wat gebeurde er? Die twee dtiiven werden in haar vlucht door de Spanjaarden geschoten, die nu de hele aanslag vernamen. Er stond in die brieven vermeld, dat de belegerden goed op, de wacht moesten staan, daar de aankomst van het leger van de prins aan een zeker vurig teken zou te kennen wezen; dé kant van de stad, waar zij zouden binnen komen, , was ook aangewezen. Maar de sluwe vijanden, die nu het hele geheim wisten, versterkten die kant en gingen in die nacht veel vochtig stro branden, wat zovceel dikke rook

van zich gaf, dat de arme Haarlemmers met al hun uitzien niets kondten bespeuren. Helaas, zo hep ook deze poging van de prins weer vruchteloos af.

Maar, vader, ik ben zo benieuwd, hoe het leger van de prins het maken zal, want die mensen wisten immers niet, dat de Spanjaarden het geheim ontdekt hadden?

Nee, het krijgsvolk, door.de prins gestuurd, naderde de stad. Het bestond uit 4000 man onder aanvoering van de heer Batenburg, die al spoedig merkte, dat die poging vruchteloos was en als gevolg daarvan onverrichter zake moest terugtrekken.

Het schijnt wel, vader, dat de Heere alle middelen ter verlossing verijdelde. Wat zal het goddeloze Spaanse krijgsvolk blij geweest zijn!

Ja, de Heere had besloten Haarlem, als een prooi in de handen van de vijanden over te geven, die daardoor weer zoveel gruweldaden zouden begaan, dat de maat van hun ongerechtigheid spoedig vol zou worden.

Nu scheen alle hoop verloren. De inwoners, met aan het hoofd de manhaftige held Ripperda, wüdten met de vijand in onderhanctehng treden. Maar de Spaanse veldoverste was even trots, als Rabsake tegen de gezanten van de vrome Hiskia. Hij was een booswicht der booswichten. Geen genade was er bij hem, de trotsaard, voor de afvallige stad, vervuld met ketters (gereformeerden).

EHt deed de bezetting nog een laatste aanslag wagen. IV^et mannen, vrouwen en kinjdjeren zouden zij de trotse Spanjaard aanvallen. Maar deze, bang zijnde voor zo'n wanhopige daad, belooft de stad genade, mitsi de regering hem 240.000 gulden als buit overhandigt. Dit wordt toegestemd, maar de boosaardige zoon van de wrede Alva geeft om eden noch beloften. Hij trekt de poorten van de stad binnen, en zijn eerste werk is - moord en doodslag. De beuls hadden, voor zover wij weten, 1736 mensen onthoofd, gehangen en verdronken.

Drie honderd mensen aan elkaar gebonden, werden in het Haarlemmermeer geworpen. Veldheer Ripperda viel in de handen van de ontmenste beulen en verloor het hoofd op het schavot. De dappere Kenau Simons Hasselaar, de aanvoerdster van 300 moedige vrouwen, ontkwam gelukkig nog. Ter beloning voor haar belangrijke diensten en getrouwe vaderlandsliefde, werd zij opzichtster over de waag en de belastingen te Amemuiden.

De burgemeester, Jan van Vliet, ontkwam gelukkig in de kleren van een arme molenaarsknecht aan de handen van dfc wreedaards.

De Spanjaarden waren uitgelaten van blijdschap. In Utrecht maakten zij zelfs een Prins van Oranje van stro, brachten die naar het marktplein en verbrandden hem op een rad. Waarom al die ellenden? wat was toch wel de hoofdoorzaak van de moordzuchtige daden? Weten jullie het niet, kinderen? Laat mij het jullie eens zeggen: e eigenlijke reden lag in dte godsdienst. Het gereformeerde volk wilde liever op de wallen sterven, dan tot de roomse kerk terugkeren. O, de voorstanders van Rome hebben wat bloed vergoten! daarom wordt de roomse kerk in het Boek der Openbaringen afgebeeld, als een vrouw, die dronken is van het bloed der heiligen. Lees Openb. 17 : 6. Eenmaal echter zal de Heere met haar rechten over zoveel onschuldig bloed, waarmee zij haar handen geverfd heeft.

Welk moordtoneel! wat gruweldaad Gepleegd door Alvafs snode zaad Moet Haarlems poort aanschouwen! Zo stroomt het bloed der helden Gods, Gegrondvest op de eeuw'ge Rots; Dat bloed zal Zijn gemeente bouwen

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 3 mei 1967

De Wachter Sions | 4 Pagina's

VADERLANDSE GESCHIEDENIS.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 3 mei 1967

De Wachter Sions | 4 Pagina's