Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

II. DE KERK DES HEEREN.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

II. DE KERK DES HEEREN.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zondag 21.

Allereerst wordt dus in dteze zondagsafdeling onze aandacht gevraagd voor het wezen der kerk. Van dat wezen der kerk kunnen we in het eerste antwoord een omschrijving vin^n. De kerk is het volk van God. Het zijn immers, zoals hier in dit antwoord wordt gezegd, de uitverkorenen die de Heere Zich tot een kerk vergadert. Zo vormen düs de uitverkorenen samen de kerk. En dan de uitverkorenen, die toebracht zijn. De verworpenen behoren dUs tot de kerk niet. Althans niet tot het wezen der kerk. Zij leven slechts onder de openbaring van Gods kerk. De Heere heeft immers aan Zijn kerk hier op aarde een achtbare openbaring gegeven. Daarom onderscheiden we tussen de onzichtbare-en de zichtbare kerk. Zeer noodzakelijk is het om op deze onderscheiding goed acht te geven. Met een prediking van dat men alle beUjdende ledten voor ware gelovigen heeft te houden, doet men dat niet. Maar Gods Woord zegt ons van de kerk des Heeren hier op aarde, dat die als een akker is waarop tarwe en onkruid groeit, als een dorsvloer waarop kaf en koren is, als een visnet waarin goede en kwade vissen zijn. ook is het koninkrijk der hemelen (dat is de kerk) gelijk aan vijf wijzeen vijf dwaze maagden.

Maar al is het dat we deze onderscheiding wel in het oog moeten houden, we moeten tegelijk niet uit het oog verhezen dat de onzichtbarcen de zichtbare kerk niet van elkander te scheiden zijn. Het zijn de onkerkelijke mensen die de onzichtbare-en de zichtbare kerk van elkander scheiden. Velen van hen kijken in het geheel niet meer naar een kerk om. Anderen trekken zich in gezelschappen terug, om buiten dè zichtbare kerk met elkander een preek te lezen, terwijl dan de zichtbare kerk er nog goed genoeg voor is om daar de kinderen te laten dopen. Bij hen die in het geheel niet meer naar de kerk omzien, blijven de kinderen dan ongedoopt, met alle verdere droeve gevolgen van zulk een onkerkehjk leven.

Het is geheel tegen het Woord des Heeren om zulk een onkerkelijk leven voor te staan. Hier wordt ons in dit antwoord op grond van Grods Woord geleerd, dat de Heere van het begin der wereld tot aan het einde een kerk vergadert, beschermt en onderhoudt. Ook de zichtbare openbaring van Gods kerk zal er dus blijven tot het emd der dagen toe. Wel kan de kerk in tijden der vervolging, gelijk als in de dagen van Eüa, voor het oog der wereld niet zo zichbaar zijn, maar dan nog is er een zichtbare kerk. Onder de vervolgingen die in ons eigen vaderland hebben gewoed, werden bij dè bediening van Woord en Sacramenten ook de ambten onderhouden en kwam men ia kerkelijke vergaderingen samen. Dit zal doorgaan tot het eind der dagen toe. God blijft voor Zijn eigen instellingen instaan. En als we spreken over de kerk, dan mogen ook in de droeve tijd waarin we thans leven en bij: het vooruitzicht van de naderende oordelen Gods, de woorden

van Christus ons tot troost zijn: „En ziet, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld”.

„Wat gelooft gij van de heilige, algemene Christelijke kerk? " zo luidt hier de vraag. De ware Christen mag immers in de twaalf geloofsartikelen een betere belijdenis doen dan zij die beweren dat er geen kerk meer is. We horen het die ware Christen zeggen: „Ik geloof één heilige, algemene Christelijke kerk". Dat geloof spreekt hij vrijmoedig uit, al is ook Gods kerk overgeschoten als een nachthutje in de komkommerhof en al schijnt het ook dat er van Jacob niets meer zal blijven staan.

De door God verkorenen zuUen toegebracht worden. Welk een ongerijmdheid toch, om te zeggen dat er geen kerk meer is! Zal dan de wereld niet staan tot de laatste uitverkorene zal zijn toegebracht? En zal die toebrenging niet middellijk geschieden? Dit antwoord zegt ons, dat de uitverkorenen door Gods Geest en Woord worden toegebracht.

Het zijn dus de uitverkorenen, die Christus als de Zone Gods Zich tot een gemeente vergadert. Dit antwoord spreekt dus over de uitverkiezing. Tegenover de uitverkiezing staat de verwerping. Het besluit van verkiezing en verwerping beide noemen we de praedtestinatie. De praedestnatie is de voorverordinering. Het woord voorveroidinering is een Bijbels woord. In Rom. 8 zegt de apostel: „Want die Hij te voren gekend heeft, die heeft Hij ook te voren verordineerd . en die Hij te voren verordineerd heeft, deze heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, deze heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, deze heeft Hij ook verheerlijkt”.

Die voorverordinering is 't eeuwige besluit Gods aangaande de eeuwige staat van redelijke schepselen. En redelijke schepselen zijn engelen en mensen. Er is dus een verkiezing en verwerping van engelen en van mensen. Hier in deze zondagsafdeling gaat het over dfe verkiezing van mensen. Deze verkiezing is van eeuwigheid geschied uit loutere soevereiniteit. Tegenover de Remonstranten, die de soevereiniteit Gods in de verkiezing en verwerping geloochend hebben, daar zij een verkiezing stelden om een voorgezien geloof en goedfe werken, is door onze Gereformeerde vaderen de zuivere leer van verkiezing en verwerping met kracht verdedigd. Eenparig is op de Synode van Dordrecht door de rechtzinnige godgeleerden beleden, dat God van eeuwigheid en uit soevereiniteit verkoren en verworpen heeft. Ook dfe Infralapsariërs of de zogenaamde benedenvaldrijvers hebben dit beleden. Zij verschilden wel van de supralapsariërs of de bovenval drijvers, doch slechts daarin, dat zij stelden dat God in de verkiezing en de verwerping de val van de mens in aanmerking heeft genomen en alzo uit gevallen mensen de Zijnen heeft uitverkoren, terwijl Hij dan de anderen zou hebben laten liggen in de staat der ellende. De bovenvaldrijvers leerden dat in de verkiezing de val van de mens niet in aanmerking werd genomen. God heeft geen zondaren, maar mensen verkoren. Het hoogste doel in God is altijd Zijn eigeen eer en verheerlijking. Daaraan moet alles dienstbaar zijn, zelfs de val des mensen, hoewel die val toch altijd een gruwelijke val te noemen is en geheel voor 's mensen verantwoording ügt. De gelegenheid laat het thans niet toe om op de stelling van bovenvaldrijvers en benedenvaldrijvers nader in te gaan. Alleen kunnen we wel zeggen dat men er niet aan ontkomen kan of men zal bijvoorbeeld bij het leerstuk van de vai, wil men niet afdwalen van de zuivere leer, bij het supralapsarische standpunt terecht moeten komen. Hoe kon immers in de hemel de eerste zonde worden bedreven door heilige troongeesten? Daar is geen antwoord op te vinden, als men niet erkent dat God Zich door dfe zonde heen heeft willen verheerlijken. Hij heeft de zonde niet gewerkt, maar wel gewild en alzo ook besloten.

De infralapsariërs te Dordrecht bleven echter zuiver in de leer. En beide richtingen hebben daar elkander verdragen. , De belijdfenisschriften konden zij beide ondertekenen, daar die noch infralapsarisch noch supralapsarisch zijn opgesteld. In die belijdenisschriften wordt niet gesproken over het besluit van de verkiezing of verwerping zelf, maar over de uitvoering daarvan. En de uitvoering daarvan geldt vanzelf gevallen mensen.

In deze tijd zijn velen het infralapsarische standpunt toegedaan, maar niet gelijk onze vaderen. Men legt alle nadruk op de behoudenis van de mens en wü hefst over de verkiezing en de verwerping maar zoveel mogelijk zwijgen. Van alle zijden openbaart men thans zijn vijandschap tegen de prediking van de vrije verkiezing Gods. Over die verkiezing zou men maar helemaal moeten zwijgen. En zeker kan men het niet verdragen, als men die verkiezing het uitgangspunt ia de prediking doet zijn. Hoewel we echter erkennen dat de prediking nooit door de verkiezing mag worden beheerst, zo durven we ook met vrijmoedigheid te zeggen dat elke prediking dor en dood is, die niet van de verkiezing gewaagt.

(Wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 november 1968

De Wachter Sions | 4 Pagina's

II. DE KERK DES HEEREN.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 november 1968

De Wachter Sions | 4 Pagina's