Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KERK, STAAT en SCHOOL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERK, STAAT en SCHOOL

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Conservatief?

Af en toe moet men zich de ogen uitwrijven bij het lezen van uitspraken van SGP-zijde. Die partij is namelijk tegelijk progressief en conservatief ! Vooruitstrevend en behoudend. Zij is progressief, d.w.z. zij kijkt vooruit omdat zij het oog richt op het Rijk dat komt. Daarbij moeten tekenen en wegwijzers opgesteld worden. Maar de S.G.P. is ook conservatief omdat in het verleden de overwinning is behaald op de machten van zonden en dood. Daarom progressief: tekenen van het komende Rijk en conservatief: bedwingen van machten die daartegen in opstand komen.

Dergelijk proza is te vinden in een oranje-kleurige verkiezingsfolder, speciaal bestemd voor de jeugd, getiteld: „Laat je geen ezelsoren aannaaien." De besmetting met de theocratische gedachten van prof. van Ruler is wel heel duidelijk. Maar dat is een onderwerp dat in ander verband nog eens ter sprake moet komen. Thans gaat het om het „conservatief bedwingen" van de machten die tegen dat komende Rijk in opstand komen. Er worden in het oranjekleurige pamflet een aantal genoemd: o.a. „Nauwlettend toezicht op de uitvoering van de sociale wetgeving om onnodig ziekteverzuim en andere fraude te voorkomen."

Ditzelfde is ook te vinden in de „Punten van belang voor het beleid", een staatkundig gereformeerde visie.

Er is bepaald geen grote geleerdheid of diep inzicht nodig om hieruit af te leiden dat klaarblijkelijk de sociale wetgeving aanvaard is.

Anders toch zou men niet bepleiten dat „nauwlettend toezicht" uitgeoefend wordt. Wie sociale wetgeving verwerpt zal toch aan toezicht op de naleving daarvan geen behoefte' hebben !

Er staat: sociale wetgeving. Daarmee moet bedoeld zijn sociale verzekeringswetgeving.^

Immers ziekteverzuim, werkloosheidsuitkering enz. enz. vallen onder de sociale verzekeringswetgevirig. En men wil onnodig verzuim en fraude voorkomen. Dus, anders gezegd, men wenst een rechtmatig gebruik van de sociale dwangverzekering.

Hoe moet het nu met art. 9 van het S.G-P.-beginsel program ? Dat artikel luidt: De S.G.P. verklaart zich tegen verplichte verzekering en mitsdien ook tegen de sociale dwangverzekeringswetten.

Dat artikel schrappen ? Net als het artikel over het vrouwenkiesrecht ? Dat heeft ook zijn tijd uitgediend; de vrouwen (of dames) willen nu hun voorzitter wel eens zien.

Daar is weinig conservatisme in te bespeuren. Dat is niet behouden, dat is wegwerpen !

Het is geen oorzaak van vreugde deze dingen op te merken. Integendeel, diepe smart moet het hart vervullen bij het zien van deze snelle afloop als der wateren.

Blijkbaar is de sociale dwangverzekeringswetgeving aanvaard door de S.G.P. van thans.

Welk een duidelijke overeenkomst met de A.R. van vroeger ! Hoe zwaar was de strijd die ds. Kersten daartegen voerde! In de jaren twintig schreef zekere J. Hollander, parlementair redalcteur van de „Standaard" een brochure getiteld „Is er oorzaak ? " waarin hij trachte duidelijk te maken dat er geen bestaansgrond was voor de S.G.P. Ds. Kersten antwoordde met een vijftal kleine geschriften onder de titel: „Is er geen oorzaak ? " Eén daarvan is gedeeltelijk gewijd aan de sociale wetgeving.

Ds. Kersten schreef het volgende:

Men onderscheide verzekering en verzekeringsdwang.

De verzekering zelve oordeel ik in strijd met het geloof in de Voorzienigheid Gods te zijn. Dr. Kuyper's Gemene Gratie (met welks opzet ik het geheel niet eens ben) heeft mij ook niet overtuigd, 't Verzekeringswezen kan ik niet verenigen met het geloof, dat niet alleen dankbaarheid in voorspoed en geduld in tegenheên doch als vrucht ook afwerpt:

„dat wij in alles, dat ons nog toekomen kan een goed toevoorzicht hebben op onze getrouwe God en Vader, dat ons geen schepsel van Zijne liefde schelde zal, aangezien dat alle schepselen alzo in Zijne hand zijn, dat zij zich tegen zijn wil noch roeren, noch bewegen kunnen." (Heid. Gat. Zond. 10.

Of vuur dreigt dan wel water; pokken of invaliditeit en ouderdom, ons leven is in Gods hand en wij hebben ons voor de toekomst Hem te onderwerpen en zonder lijdelijk te zijn.

Geheel de w_ereld spitst zich op het uitdenken van allerlei verzekering, de mens sust zij in slaap; hij is als Moab van zijn jeugd aan gerust geweest en hij heeft op zijn heffe stil gelegen en is van vat in vat niet geledigd en hij heeft niet gewandeld in gevangenis, daarom is zijn smaak in hem gebleven en zijn reuk is niet veranderd.

Neergezonken op zijn droesem. Dodelijk gerust. Voorwaar de ijdele zorg, die aan de verzekering ten grondslag ligt, past het Woord des Heeren: „Zulke dingen doen de heidenen."

ïen ieder make dit voor zichzelf uit voor God en zoeke enige beoefening van het kinderlijk verlaten op de bewaring des Almachtige Vaders.

Deze kwestie zou op zichzelf de St. Ger. niet hebben doen staan naar politieke formatie. Maar er is een tweede.

Vader Staat kwam met dwangverzekering. Daardoor werd de zaak anders. Die verzekeringsdwang moeten wij veroordelen. En elke A.R. zou dat ook moeten doen, krachtens het beginsel dat hij zegt te belijden. Maar de A.R.partij gaat prat op de verzekeringswetgeving. Was Talma niet A.R.-Minister ? En zijn de verzekeringswetten niet zijn werk allereerst geweest ?

Tussen A.R. en St. Ger. hier dus weer groot verschil. Ik moge hier aanhalen, wat ik in 1920 schreef: De St. Ger. betwisten de Staat het recht tot verzekering te dwingen. En op dit standpunt staan wij niet alleen. De A.R.P. gleed van deze grondslag af; zij liep over, maar toch onder haar zijn mannen, die bleven staan bij het oordeel: „De staat treedt hier buiten haar rechten."

Ds. Kersten vervolgt dan niet in korte trekken weer te geven welke ommezwaai destijds dr. Kuyper maakt. Eerst was hij tegen staatsdwang daarna voorstander. Ds. Kersten stelt zich te weer tegen de dwang tot verzekeren en hij vervolgt het geschrift tegen de heer Hollander: . „Denk u die weg eens even door.

De regering kan op precies dezelfde wijze zeggen: arbeider, ge kleedt en voedt u niet goed; Ik zal zorgen voor uw kleding, voeding, woning, voor uw gehele leven; ge hebt voor niets meer nodig, misschien nog geen enkele cent voor een versnapering, doch ik. Vader Staat, doe voor u, wat ik meen, dat voor u goed is. „Met evenwel recht kan worden bepaald, hoeveel de mensen voor andere nuttige doeleinden in hun particuliere' leven moeten afzonderen. Dergelijke staatscuratele is toch waarlijk met alle antirev. beginsel onverenigbaar, ja door en door on-Nederlands." (Fabius, Rotterdammer, 7 jan. 1908)."

Tot zover ds. Kersten. Klare en duidelijke taal van een leraar die daarmee nog spreekt al is hij reeds gestorven. Niet om de mens daarin te verheerlijken maar om de woorden die nu, na bijna 50 jaar, om hun inhoud aktueel zijn. Meer aktueel dan modern doen voor de jeugd met „progressief" en „conservatief".

Wordt vervolgd.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 maart 1973

De Wachter Sions | 8 Pagina's

KERK, STAAT en SCHOOL

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 maart 1973

De Wachter Sions | 8 Pagina's