Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

OOK IN U

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

OOK IN U

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Genade is geen erfgoed, zo wordt er weleens gezegd; en dat is zeker waar, die uitdrukking is heel terecht. Als wat op catechisatie is geleerd, niet is vergeten, zullen ook de kinderen reeds van de erfzonde weten. Ze hebben van erf schuld en ook van erf smet vernomen; maar erfgenade is er niet, en zal er ook nooit komen. Genade, dat was vroeger zo, maar ook nu in onze dagen, genade is een vrije gift uit Gods eeuwig welbehagen. Een Jerobeam kon niet verhinderen, met al zijn zonden, dat er in zijn kind iets goeds voor God werd gevonden. En anderzijds, hoe was Ezau Izak en Rebekka tot smart; de genade van zijn beide ouders gaf hem geen nieuw hart, Genade, zaligmakende genade, valt zo vrij en soeverein; dat zal voor de Kerk eeuwig stof van aanljidding zijn. Echter, ook wordt er meerdere malen in Gods Woord, van rijk gezegende, rijk begenadigde geziimen gehoord. Aaron, Mozes en Mirjam mochten de Heere vrezen, maar ook hun beide ouders (in Hebreeën elf te lezen). En niet alleen zijn soms ouders en kinderen begenadigd, soms zijn twee geslachten of meer achtereen beweldadlgd. Denk aan Abraham, zijn zoon, kleinzoon, achterkleinzoon, hoevelen juichen er uit zijn geslacht voor Gods troon ! Maar Izak kreeg geen genade omdat zijn vader het had, en'Jozef lueeg ook geen genade omdat Jakob het bezat. En zo was het ook met hem, van .wie het opschrift geldt: ook in u; die woorden staan ons van Timotheüs vermeld. Grootmoeder Loïs was een vrouw met ware godsvreze; ook bij haar dochter Eunice mocht het waar werk wezen. God had dus moeder en dochter beiden willen bekeren, en in die weg gemaakt tot twee zusters in de Heere. Hij had Timotheüs dus het grote voorrecht geschonken, dat hij met de melk ook de godzaligheid had ingedronken; althans, wat de opvoeding betrof, kon hij ervan gewagen, de vruchten des geloof s gezien te hebben van kindse dagen Maar het geloof van grootmoeder en moeder is te kort; daar kunnen we het niet mee doen als het sterven wordt. Er zullen er zeker zijn onder de lezers van dit blad, die een bekeerde grootvader of grootmoeder hebben gehad; of een vader of moeder, die Kind van God mochten wezen, en die misschien bedeeld waren met een tere godsvreze. Wat een waarschuwingen zullen er dan ook in het leven van die ouders of grootouders aan hun zaad zijn gegeven. Ze zouden graag zien dat die er naar mochten handelen, en dat ze bevindelijk in de waarheid mochten wandelen. Wat zullen er dan een tranen voor hen zijn geschreid, en wat een gebeden voor hen gedaan, voor de eeuwigheid. Maar o, dat we er toch geen grond van gaan maken zouden velen hebben daarvan ervaren dat ze op zand bouwden. En dan zal het wat wezen, zo vreselijk, niet om te noemen, als zulke ouders hun zaad mee zuUen helpen verdoemen; als die het dan zo volmaalct met God eens zullen zijn, als Hij hun zaad zal verwijzen naar de eeuwige helse pijn. God verhoede dat we van de genade erfgoed gaan maken; want geloof en bekering zijn strikt persoonlijke zaken. De godsvreze van Loïs kon Timotheüs ook niet baten; hoe groot ook, het zou hem genadeloos hebben gelaten. Hij kon met het geloof van moeder Eunice niet sterven; met dat alles zou hij zeH immers de zaligheid derven. Het komt er maar op aan, dat was toen zo, maar ook nu, of die woorden van ons persoonlijk mogen gelden: ook ini Paulus, die Timotheüs door het Evangelie had geteeld, schrijft van hem dat hij met hetzelfde geloof was bedeeld. Dat zelfde ongeveinsde geloof, dat eerst in Loïs woonde, en dat ook zijn moeder in de vrucht naar buiten toonde, dat zelfde geloof mocht ook Timotheüs deelachtig wezen; Paulus was daar zelfs van verzekerd, zo kunnen we lezen. Ook in u, niet om Loïs, ook niet om moeder Eunice, neen; maar het soevereine van Gods welbehagen, daarom alleen. Wat een gelukkige familie, wat men bijna niet meer vindt: ongeveinsd geloof, in grootmoeder, in moeder, en inkind. Ook in u; die woorden golden Timotheüs; de vraag is nu: Dat ongeveinsde geloof, is dat in mij ? Is dat ook in u ?

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juli 1978

De Wachter Sions | 8 Pagina's

OOK IN U

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 juli 1978

De Wachter Sions | 8 Pagina's