Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

SAMENSPRAAK De koninklijke weg naar de hemel. (75)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

SAMENSPRAAK De koninklijke weg naar de hemel. (75)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

DRIE EN DERTIGSTE SAMENSPRAAK (vervolg).

Over de eeuwige heerlijkheid.

Ouderling: Het is mij zo dikwijls tot leed, wanneer ik anderen die brede weg zie gaan en zo het evangelie, hoewel uitwendig, niet inwendig in zich hebben, want alle eigen werken, hoe veel deze ook mogen zijn, zullen zonder het goddelijke bloed, de verdiensten en gerechtigheid van Christus toch eenmaal te licht bevonden worden. Ik moet bekennen of liever mij als schuldige erkennen, omdat ik mijn liefde tot de Heere zo weinig betoon in de voorstelling van de toekomende heerlijkheid, aan hen die haar waarde niet kennen, om ze daardoor te trekken en te lokken en die weg aan te wijzen, waarop de blinden zelfs niet zullen dwalen.

Predikant: Erkent u zich in deze schuldig? O, tracht dit dan in u te verbeteren, want u mag niet zorgeloos zijn ten opzichte van anderen, vooral niet ten opzichte van uw kinderen en vrienden. Als u werkelijk een verwachter bent van de eeuwige heerlijkheid, dan moet de keus van Jozua de uwe zijn, en hebt u ook uw dienstboden en naasten op te wekken om met u te gaan, opdat ook u eenmaal bij het einde van uw weg mocht kunnen zeggen: Ik heb u verheerlijkt op de aarde: ik heb voleindig het werk, dat Gij mij gegeven hebt om te doen. En nu verheerlijkt mij. Gij Vader, bij U zelven U merkte daar straks aan, "dat het hier niet altijd de tijd is, om met Paulus tot in de derde hemel opgetrokken te worden". O nee, het is hier, ik herhaal het, de tijd van strijd en daartoe heeft des Heeren volk zo nodig om de onderlinge bijeenkomsten niet na te laten en elkaar te vermanen. De wereld komt bijeen en vermaakt zich op haar zondige weg en zouden dan de kinderen Sions niet gedurig bijeenkomen om elkaar op de weg naar de hemel te vermanen? Laat dan, o volk des Heeren, ook daarin uw ijver voor Hem openbaar worden, om elkaar op te scherpen en te vermanen en dat zo veel te meer als u ziet dat de dag nadert. U kunt dan ook elkaar vertroosten, wetende dat u allen eenmaal bijeenvergaderd, niet alleen met de profeten en apostelen, niet alleen met alle engelen en heiligen, maar ook met uw God het Hoofd van uw vergadering. Hem zult dienen - zonder vreze - tot in alle eeuwigheid.

Ouderling: Hoe gelukkig is toch de mens, die deel heeft aan Christus en Zijn goederen. Zijn leven is met Christus verborgen in God en alle bronnen van troost, hoop en ondersteuning zijn in Zijn Goddelijk Hoofd opgesloten. Hij kan met Paulus zeggen: Ik ben met Christus gekruist en ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons van God, Die mij liefgehad heeft en Zichzelf voor mij overgegeven heeft. Hij leeft door, op en in Christus. O, wat is dit zalig, om in Zijn licht het licht te zien en in die bewustheid te leven, van eenmaal in Zijn onmiddellijke eeuwige en heerlijke gemeenschap te mogen delen, want dit is de belofte aan Zijn volk: Ik geef hun het eeuwige leven en zij zullen niet verloren gaan en niemand zal ze uit Mijn hand rukken.

Predikant: Daartoe ging Christus hun voor! Hij ging als het Hoofd van zijn kerk daar heen en waar het Hoofd is, zullen ook eenmaal Zijn leden zijn. Trachten wij daarom om op de weg des heils Zijn voetstappen te drukken en op die van heiligmaking met vaste schreden voort te gaan, dewijl wij hieraan kennen, dat wij in Hem blijven en Hij in ons, omdat Hij ons van Zijn Geest gegeven heeft. 1 Joh. 4 : 13. Deze is als een band der volmaaktheid, die zijn uitverkorenen met Hem verenigd, door het geloof, dat Hij in hen werkt en gedurig vernieuwt. Daar waar nu de Geest is, aldaar is ook dat geloof, en waar het geloof des Geestes is, daar moet ook een ware gemeenschap met Christus zijn, en wordt die omhelzing gevonden van dat algenoegzame Hoofd en van die overste Leidsman, Die hen in Zijn heerlijkheid zal inleiden. Wat brengt de Heilige Geest toch een onbegrijpelijke goddelijke rijkdom teweeg voor dat volk, dat hier op aarde niets boven zijn Jezus acht, want die God is hun een God van volkomen zaligheid en eeuwige verlossing. Hoe groot de liefde van God de Vader omtrent Zijn volk ook moge zijn, hoe gewillig en bloedig de Heerè Jezus voor hen toch wilde lijden, dit had hun niets kunnen baten, zonder de komst van de Trooster, de Heilige Geest in hun zielen, want zonder Deze hebben zij geen licht, geen troost, ja geen leven, en zonder deze hemelse gaven kunnen zij immers noch in de Vader, noch in de Zoon met een waarachtig hart geloven? Hij (de Geest) woont in hun harten, om hen levend te maken, te leiden, te verlichten en gedurig tot Christus te brengen, die de enige bron van hun vertroosting is, en waarmee zij als hun Hoofd op het nauwste verenigd zijn. Die Geest heeft hen verzegeld en het onderpand des Geestes in hun harten gegeven, volgens 2 Cor. 1:22. Door die Geest roepen zij Abba, Vader - onze Vader. Als die Zuidenwind de hof van hun hart doorwaait, dan vervliegen al die donkere wolken en nevelen, en maken plaats, voor die vrede en troost die in de eeuwige heerlijkheid in volle mate zal genoten worden. Hier kennen zij maar ten dele en hebben zij daarnaar te staan, dat zij hun goddelijke Trooster mogen volgen, dat zij Hem nimmer mogen bedroeven of uitblussen en zich aan Hem overgevende en toevertrouwende. Zijn genadige werkingen en vertroostingen heilbegerig wachtende, een volk mogen zijn, dat Hem hier reeds verheerlijkt. De apostel Petrus schreef daarom in zijn eerste zendbrief: want gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijke priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk, opdat gij zoudt verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht. De koninklijke dichter verlustigde zich daarin, als hij zei: het is goed dat men de Heere love, en T Twen Naam psalmzinge, o Allerhoogste! dat men in de morgenstond Uw goedertierenheid verkondige en Uw getrouwheid in de nachten, want Gij hebt mij verblijd Heere! met Uw daden; ik zal juichen over de werken Uwer handen. O, Heere, hoe groot zijn Uw werken!

Ouderling: Ik meen dat in de oefening van dat geloof, dat door u is voorgesteld, voor de christenen wel zeer veel ter beschouwing en verwondering ligt opgesloten. Wilt u zo goed zijn om ons bij één en ander dienaangaande nog wat nader te bepalen.

Predikant: Wij kunnen daarin drie verschillende zaken noemen. Vooreerst: hoe in de oefening van het geloof de gelovige meer en meer ontblood en arm en nietig en ellendig in zichzelf wordt. Ten tweede: hoe de Heere Jezus in het schenken van Zijn weldaden aan zo iemand verhoogd en Hem alleen de roem en eer van zijn verlossing wordt gegeven. En tenslotte: wordt door hem de weg der verlossing bewonderd en in aanbidding beschouwd.

Wat het eerste betreft, weten wij dat de gelovige van nature een kind des toorns is. Hij in Adam in het verbond der werken ingeschapen, werd door het snood en moedwillig verbreken 'van dat verbond, onder de schuld gebracht en was alzo de verdoemenis waardig. David erkende dit met de betuiging: ik ben in ongerechtigheid geboren en in zonden heeft mij mijn moeder ontvangen. En Paulus schreef: wij waren van nature kinderen des toorns gelijk ook de anderen. De mens schuldig zijnde aan de bondsbreuk is in een afgescheiden staat van God. Dit nu, was ook de gelovige en dit wordt door hem erkend, daar hij weet dat Gods toorn op hem rustte en hij waardig was, om alle heerlijkheid ontzegd, in de poel der verdoemden neer gestoten te worden.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 mei 1982

De Wachter Sions | 8 Pagina's

SAMENSPRAAK De koninklijke weg naar de hemel. (75)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 mei 1982

De Wachter Sions | 8 Pagina's