Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Davids edelmoedigheid aan Mefiboseth

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Davids edelmoedigheid aan Mefiboseth

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meditatie

„En David zeide: Is er nog iemand, die overgebleven is van het huis van Saul, dat ik weldadigheid aan hem doe om Jonathans wil ?

2 Sam. 9:1.

Geliefden,

Wij vinden in ons teksthoofdstuk:

Davids edelmoedigheid aan Mefiboseth.

Zij vindt: 1e haar grond in het Verbond. Zij strekt zich 2e uit over een gans ellendige. 3e strekt zij tot ere van de Koning.

David is tot koning gezalfd in de plaats van Saul. De Heere gaf Israël een koning in Zijn toorn, en nam hem weg in Zijn verbolgenheid. Saul was een verworpene, David een verkorene. Door zeer diepe wegen is David tot de troon gekomen. De Heere heeft Zijn woord aan David waar gemaakt. Saul haatte David met een dodelijke haat. Ten diepste ging het om het Zaad Dat uit David zou voortkomen, namelijk Christus. Werd David door Saul gehaat, Jonathan had David lief. Zij beiden hadden een verbond gemaakt, dat-David Zijn weldadigheid niet af zou snijden van Jonathans zaad. Jonathan geloofde dat David koning zou worden en gunde hem dat ook. Ik denk dat Jonathans oog door Goddelijke genade is ontsloten geworden voor het Zaad dat uit David zou voortkomen ook tot zijn zaligheid. Saul had de Heere verlaten en was al gevallen eer hij viel op het gebergte van Gilboa. Er is een ogenblik gekomen, dat zowel David als Saul in de benauwdheid kwam. Doch David mocht zich sterken in de Heere Zijne God en Saul viel in de klauwen des satans bij de toveres te Endor. Op het gebergte van Gilboa vielen Saul en zijn zonen. Ook Jonathan stierf. Maar o, dat onderscheid tussen de vader en de zoon. Saul voor eeuwig verloren en Jonathan voor eeuwig behouden. Saul was een gezalfde koning en in het begin ijverig in de dienst des Heeren. Doch door moedwillige ongehoorzaamheid heeft hij de Heere verlaten en is vervallen van zijn koningschap. Maar zo ligt hierin ook ons aller beeld getekend. Ook Adam stond weleer als koning in het Paradijs. Diende de Heere met een volkomen hart. Doch door moedwillige ongehoorzaamheid zich van God losscheurende, viel hij met al zijn nakomelingen in een nameloze ellendestaat. Het verbond verbroken en onder het rechtvaardig oordeel des doods terechtgekomen. Maar nu dat eenzijdige Goddelijke werk. Van eeuwigheid was er een ander, een zoveel beter Verbond met de meerdere Jonathan. En dat Verbond is een eeuwig en onwankelbaar Verbond. En die in dat Verbond zijn krachtens eeuwige verkiezingen, zullen worden toegebracht. Het verbond tussen David en Jonathan, is in het geheim gesloten. Niemand wist er van. Het moest geopenbaard worden. Nu, zo ook het Verbond der genade. Gesloten in de stilte der eeuwigheid, zal in de tijd geopenbaard worden. David bevestigd in zijn koninkrijk gedenkt aan dat verbond. „Is er nog iemand, die overgebleven is van het huis van Saul, dat ik weldadigheid aan hem doe om Jonathans wil ? "

Toen Saul viel, viel ook Mefiboseth. Want wij lezen dat zijn voedster met hem vluchtte als zij hoorde dat Saul en Jonathan gevallen waren. En tijdens die vlucht is Mefiboseth de zoon van Jonathan gevallen en werd kreupel aan beide zijn voeten. Vijfjaren oud was Mefiboseth toen hem dat overkwam.

Maar zo was Mefiboseth ook nog jong toen David zijn weldadigheid aan hem deed. Want David regeerde zeven jaar en zes maanden over Juda en regeerde hooguit enkele jaren over gans Israël toen hij gedacht aan het Verbond met Jonathan. Dus Mefiboseth was hooguit vijftien of zestien jaren oud toen hem weldadigheid geschiedde. Wat zijn zij toch gelukkig die jong door God worden opgezocht en beweldadigd. Is er nog iemand, die overgebleven is van het huis van Saul? Dat verworpen koningshuis ? Iemand die naar Mij niet vraagt noch zoekt ? O, het ligt toch zo buiten de mens. Alleen om het Verbond met Jonathan. Jonathan betekent: Gift, of Jehovah gaf. O, die Gift Gods, Jezus Christus. En dat om verloren en schandelijke Mefiboseths te verlossen. Mefiboseth wil zeggen: Schandelijke. En hij was in het huis van Machir hetwelk zeggen wil: Verkocht. De zoon van Ammiël betekent: Vol van God. Te Lodebar en dat wil zeggen: Zonder geleide. Ziedaar de gevallen mens getekend. Was hij eerst heerlijk en volmaakt, versierd met het beeld Gods uit de handen van zijn Schepper voortgekomen, door de zonde is hij een schandelijke geworden. Was hij weleer: Ammiël, vol van God, hij is geworden: Machir. Verkocht onder de zonden. En verkeert in Lodebar, zonder geleide. Lodebar wordt ook wel genoemd: Het pesthuis der zonden. O, in welk een lage staat is de mens toch terechtgekomen. Was er dat verbond met Jonathan niet, Mefiboseth zou uit die staat nooit verlost zijn geworden, maar in Lodebar zonder geleide zijn omgekomen. Maar zo ook de gevallen mens. Als er dat Verbond met de meerdere Jonathan niet was, er zou er niet één uit de Lodebar der zonden kunnen verlost worden. David zal zich gaan ontfermen over een ellendige. Maar zo zal het werk der verlossing van een verloren zondaar dan ook vrij en souverein van God uitgaan. Daarom gaan wij u nu bepalen bij onze tweede gedachte, namelijk:

Deze edelmoedigheid strekt zich uit over een gans ellendige.

Het huis van Saul had een knecht wiens naam was Ziba. Deze wist dat er nog een zoon van Jonathan was. Hij wist ook precies waar hij was en in welke toestand hij verkeerde. Nu, om die zoon van Jonathan was het David nu juist te doen. Mefiboseth, geslagen aan beide voeten. Buiten de gemeenschap van de koning, maar niet onbereikbaar voor de koning. Mefiboseth kon niet gaan of staan. Zat of lag ter neder in zijn schandelijkheid. Zo nu ook de verloren liggende mens. Zonder geleide in Lodebar. Zonder geleide op weg naar een eindeloze en ontzaglijke eeuwigheid. In het gevaar om elk ogenblik te storten in de poel van eeuwige ellende. Mefiboseth heeft geen betrekking op David. Maar voor hem komt er een ogenblik dat de knechten van David komen. Mefiboseth, u moet bij de koning komen. O, welk een schrik en ontsteltenis zal dat teweeggebracht hebben. Bij de koning komen als een afstammeling van het huis van Saul. Dat betekent sterven. Neen, daar had hij nooit op gerekend. Hij dacht veilig te zijn in Lodebar en heeft wellicht de dag des doods ver van zich gesteld. Zo is het in ieder geval met de gevallen mens. Hij leeft buiten God en Zijn gemeenschap. En vindt zijn grondslag in het stof. Dood in de misdaden en de zonden verkeert hij in Lodebar. Heimelijk denkende dat het nog wel mee zal vallen. Maar David zendt zijn knechten naar Lodebar.

Wordt vervolgd.

A.

V.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 juni 1989

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Davids edelmoedigheid aan Mefiboseth

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 juni 1989

De Wachter Sions | 8 Pagina's