Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De wapenrusting Gods 144.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De wapenrusting Gods 144.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

"Uw lendenen omgord hebbende met de waarheid."

(Efeze 6:14b)

Waarheid van leerstelling als een gordel voor het verstand

Wij zullen beginnen met waarheid van leerstelling, of waarheid van het woord, genaamd "het woord der waarheid", Efeze 1 : 13, omdat het het woord is van God, die de God der waarheid is. Het betaamt ieder Christen om met deze waarheid wèl omgord te zijn. "Wederstaat den duivel, " zegt Petrus, "vast zijnde in het geloof, " 1 Petrus 5 : 9, dat is, in de waarheid - daar het geloof hier genomen is voor het voorwerp des geloofs, hetwelk is de waarheid Gods, uitgedrukt in de leer des Evangelies. Dit is "het geloof, dat eenmaal den heiligen overgeleverd is". Judas 3; dat is: et geloof, hetwelk hun overgeleverd is om het te geloven en er aan vast te houden. En van welk gewicht het is, om aldus standvastig te zijn in het geloof, wordt door de apostel Petrus in het volgende vers van de voornoemde plaats aangetoond door zijn vurig en ernstig gebed voor hen, dat God hen mocht "bevestigen, versterken en fonderen." De opeenhoping van woorden ter aanduiding van dezelfde zaak, toont het grote gevaar aan van door Satan en zijn werktuigen aan het wankelen te worden gebracht, en de noodzakelijkheid om onwrikbaar vast te staan in het geloof. Er is niets, waarop in deze brieven zo herhaaldelijk wordt aangedrongen als hierop, en dit te meer, omdat het in die onstuimige tijden onmogelijk was, dat het geloof niet van hen weggestormd zou zijn, indien zij deze gordel niet hadden om het vast te houden. Daar Satan nu een dubbel plan gemaakt heeft om de Christenen van deze waarheid te beroven, zo is ook een tweeledig omgorden met deze waarheid nodig. Ten eerste. Satan komt als een slang in de persoon van valse leraren om te trachten ons door hen te bedriegen en ons leugen voor waarheid te doen aannemen. Om ons tegen deze boze aanslag te beschermen, is het nodig, dat wij met waarheid omgord zijn in ons verstand - dat wij een gevestigde overtuiging hebben in de waarheden van Christus. Ten tweede. Satan komt somwijlen als een leeuw in de persoon van bloeddorstige vervolgers, en tracht de Christenen door de brandstapels van de waarheid weg te schrikken. Om ons nu hiertegen te beschermen is het ons nodig met de waarheid omgord te zijn, zodat wij met heilige vastberadenheid ook in het gezicht van gevaar en dood aan onze belijdenis vasthouden. Laat ons beginnen met het eerste.

EERSTE OMGORDING

Het is des Christens plicht te streven naar een gevestigde overtuiging der waarheid

Wijl Satan komt als een slang in de persoon van valse leraren en ons door hen tracht te bedriegen, en ons leugen voor waarheid wil laten aannemen, is het, om ons tegen die bozen aanslag te beschermen, nodig, dat wij met waarheid omgord zijn in ons verstand - een gevestigde overtuiging hebben omtrent de waarheden van Christus. Ieder Christen behoort te streven naar een gevestigd oordeel omtrent de waarheid. De Bereërs worden geprezen, wijl zij de Schriften onderzochten, ten einde te kunnen oordelen over de leer, die door Paulus werd gepredikt. Zij hebben haar niet voetstoots geloofd, neen, hun geloof was het gevolg van hun oordeel, verkregen na een vlijtig onderzoek, en gegrond op het getuigenis der Schrift, Handelingen 17 ; 11. Er wordt gezegd, dat zij "dagelijks de Schriften onderzochten, of deze dingen alzo waren". Zij brachten de leer des predikers naar het geschreven Woord, en vergeleken haar er mede; en merk op, vers 12, "velen dan uit hen geloofden." Gelijk zij te voren niet geloofd hadden, durfden zij thans niet anders dan te geloven. Ik herinner mij, dat Tertullianus, sprekende van de wijze van prediken van sommige ketters, zegt: ij leren door overreding, maar overreden niet door hun leren; dat is: ij werken op de genegenheden hunner hoorders, zonder hun oordeel te overtuigen van de waarheid van hetgeen zij prediken. Het zou dan ook moeilijk zijn voor de overspeler, om haar, die hij wil verleiden, te overtuigen, dat zijn daad wettig is; neen, hij gaat op een andere manier te werk. Eerst tracht hij, door zich bij haar in te dringen, haar genegenheid te winnen, en is zij dan eens betoverd, dan wordt naar het overige niet meer gevraagd, daar het der genegenheden gemakkelijk valt het oordeel aan haar zijde te krijgen. Ofschoon nu de dwaling, evenals een dief, door het venster binnen komt, zal de waarheid, als de rechtmatige eigenares van het huis, er zich in verlustigen door de rechte deur des verstands binnen te komen, vandaar naar de consciëntie te gaan, om alzo tot de wil en de genegenheden door te dringen. Ja inderdaad, hij, die de waarheid ontmoet en haar belijdt, eer hij door zijn verstand met hare voortreffelijkheid en hemelse schoonheid bekend is geworden, kan haar niet overeenkomstig haar hemelse geboorte en afkomst ontvangen en onthalen. Het is als een vorst, die incognito reist, hij is onbekend, en daarom niet geëerd. De waarheid wordt alleen door hen, die haar kennen, bemind en gewaardeerd. Niet begeren haar te kennen, dat is haar te minachten, evenals ook haar te verwerpen, als men haar kent. Het is voorwaar niet moeilijk die man ten opzichte van de waarheid te bedriegen, die niet weet, wat hij heeft. Voor de onwetende zijn waarheid en dwaling gelijk, indien zij beiden slechts de naam dragen van waarheid. Lea en Rachel waren, terwijl het donker was, voor Jakob gelijk. Er wordt gezegd: En het geschiedde des morgens, en ziet, het was Lea", Genesis 29 : 25. Zo zal ook des morgens als het dag is in het verstand, de bedrogene zien, dat hij een verkeerde bruid heeft omhelsd, en dan zal hij roepen: iet, het is een dwaling, die ik voor waarheid heb aangezien. Gij hebt wellicht gehoord van de gierigaard, die zich verlustigde in de vele zakken met goud, die hij bezat, maar ze nooit opende en nooit gebruikte. Toen de dief nu het goud wegnam, en de zakken met keistenen vulde, was de vrek even gelukkig, als toen hij nog zijn goud had, want hij keek noch naar het ene noch naar het andere. En voorwaar, in zekere zin is het voor een onwetende volkomen hetzelfde, of hij waarheid of dwaling aan zijn zijde heeft. Beiden zijn voor hem gelijk; dag en nacht zijn voor een blinde volkomen een. Doch laat ons voortgaan.

Waarom de Christen er naar moet streven om een gevestigd oordeel te hebben omtrent de waarheid

Ik zal mij vergenoegen met drie redenen aan te voeren. De eerste ontleend aan de doemwaardige aard der valse leer; de tweede aan de listigheid der verleiders om tot een valse leer over te halen; en de derde aan de algemene invloed, die een gevestigde overtuigingheeft op de gehele mens en de gehele levensloop des Christens.

Eerste reden. De doemwaardige natuur van valse leerstellingen. Zij maken, evenals alle andere zonden, jacht op het kostelijke leven der ziel. Een zweer in het hoofd blijkt soms even gevaarlijk als een zweer in de maag. Een bedorven oordeel ten opzichte van grondwaarheden doodt even gewisselijk als een verdorven hart. Ja eigenlijk komt het daaruit voort. Isebels kinderen worden met de dood bedreigd: En hare kinderen zal ik door den dood ombrengen". Openbaring 2 : 23. En wie zijn haar kinderen? Wie anders dan haar discipelen, die uit de beker barer hoererij drinken en haar verdorven leerstellingen omhelzen? Maar dit wordt gewis niet geloofd door sommigen, die, ofschoon zeer nauwgezet in hun leven, en even teder acht schijnende te geven op hun zedelijkheid, als Lot op zijn gasten, toch zeer onvast zijn in hun beginselen en in hun oordeel, ze veil gevende, evenals deze zijn dochters veil gaf, om door elke verdorven leer, die aan hun deur komt, te worden verontreinigd. Zij willen ons doen geloven, dat hun ziel hier niet zo veel gevaar loopt als in andere zonden. Alsof ons op de grote dag niet gevraagd zal worden welke meningen wij waren toegedaan; en of wij gezond waren in het geloof? in één woord, alsof valse leerstellingen iets gans onschuldigs waren, en niet gelijk de wilde kolokwinten, die de dood brachten in de pot van de profeet, 2 Koningen 4:39, 40, en het gezonde voedsel, waarmede zij waren vermengd, in dodelijk vergif verkeerden - maar veeleer als een onschuldig kruid in de pot, dat niet veel goed, maar ook geen kwaad doet. Ja er zijn personen, die ronduit zeggen, dat de mens door iedere godsdienst wel zalig kan worden, zo hij slechts handelt naar het licht, dat hij heeft. Zijn dat dan geen zeer liefderijke mensen? Omdat zij het gezelschap van hen, die verdoemd worden, zo klein mogelijk wensen, maken zij evenveel wegen naar de hemel, als er volgens de Schrift wegen zijn naar de hel! Dit is echter in tegenspraak met de leer van Christus, die ons van geen andere weg ten leven spreekt, dan van Hem Zelven. "Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven", Johannes 14:6. Het staat vlak tegenover de mening van Johannes, die ons slechts van één leer spreekt, en dat is de leer van Christus, en die verklaart, dat hij, die deze leer niet aanneemt, als verloren wordt aangemerkt: Een iegelijk, die overtreedt, en niet blijft in de leer van Christus die heeft God niet", 2 Johannes 9, 10. En hoe ver, bid ik u, is die mens wel verwijderd van de hel, die God niet heeft? Hem, die God niet heeft eer hij sterft, zal de duivel hebben als hij sterft. O mijn vrienden, de tijd komt, ja komt snellijk - in welke gunst de valse leerstellingen bij de mensen ook mogen staan - wanneer de hardnekkige ketter door Christus gelijk gesteld zal worden met de onboetvaardige dronkaard. Gij kunt ze beiden onder dezelfde veroordeling zien, zoals

zij saamgebonden zijn voor de hel. Galaten 5 : 20, 21; "Van dewelke ik u tevoren zeg, gelijk ik ook te voren gezegd heb, dat die zulke dingen doen, het koninkrijk Gods niet zullen beërven." En ziet eens, bid ik u, of gij onder dezen des ketters naam niet kunt vinden. Onwetendheid omtrent grondwaarheden is doemwaardig, hoe veel te meer dan niet dwaling omtrent grondwaarheden! Indien één pond gewicht de schaal naar beneden brengt, dan zal honderd pond haar ongetwijfeld ook naar beneden brengen. Indien de mindere zonde neerdrukt naar de hel, hoe kunnen wij dan redehjkerwijs denken, dat de grotere er aan ontkomen zal? Dwaling staat op verdere afstand van, jais in volkomenertegenspraak met, de waarheid, dan onwetendheid. Dwaling is gekleurde onwetendheid. Wie weinig of niets eet, moet voorzeker sterven, maar nog veel ontwijfelbaarder moet hij sterven, die heftig vergif eet. De apostel spreekt ons niet slechts van "verderfenissen" en "verderfelijke ketterijen", hij zegt ons ook, dat zij "een haastig verderf' zullen brengen, over degenen, die er aan vasthou­ den, 2 Petrus 1:1, 2. Merk op, bid ik u, welk een nadruk hij legt op het verderf, dat door deze verdorvene leerstellingen komt, hij noemt het een "haastig verderf'. Alle rivieren vinden ten laatste haar weg naar de zee, vanwaar zij gekomen zijn, maar sommigen keren er met sneller stroming terug, en komen er eerder dan anderen. Indien iemand de reis naar de hel wil opkorten, zo behoeft hij zich slechts in deze stroom van verdorven leerstellingen te werpen.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 juni 1992

De Wachter Sions | 8 Pagina's

De wapenrusting Gods 144.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 juni 1992

De Wachter Sions | 8 Pagina's