Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het gebed van Nehemia

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het gebed van Nehemia

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meditatie

Laat toch Uw oor opmerkende en Uw ogen open zijn, om te horen naar het gebed Uws knechts, dat ik heden voor Uw aangezicht bid, dag en nacht, voor de kinderen Israels, Uw knechten; en ik doe belijdenis over de zonden der kinderen Israels, die wij tegen U gezondigd hebben; ook ik en mijns vaders huis, wij hebben gezondigd.

Nehemia 1 : 6.

Geliefden, Laat ons nu onze aandacht mogen geven aan de inhoud van het gebed van Nehemia. Als men dat gebed geheel even leest dan moet men toch zeggen: Wat een kostelijk gebed is dat toch! Ja, ik zeg: Dit is nu een volmaakt gebed. U zult wellicht denken: volmaakt? Nehemia was toch geen volmaakt mens? Nee, daar is er maar Eén volmaakt op aarde geweest en Die heeft waarlijk een volmaakt gebedsleven gehad en dat was de Heere Jezus. En toch was dat gebed van Nehemia een volmaakt gebed. Waarom dan? Wel, omdat het in Gods Woord staat en dat is geïnspireerd door de Heilige Geest. En Die wordt ook de Geest der genade en der gebeden genaamd. Wat zegt Nehemia? Och Heere, God des hemels, Gij grote en vreselijke God; laat toch Uw oor opmerkende en uw ogen open zijn, om te horen naar het gebed Uws knechts, dat ik heden voor Uw aangezicht bid, dag en nacht, voor de kinderen Israels, Uw knechten. Nehemia mocht hier gelijk Mozes weleer tussentreden, tussen een heilig en rechtvaardig God en een schuldig volk. En wij hebben reeds gezegd dat Nehemia's naam de betekenis heeft van: troost des Heeren. Maar nu is de Middelaar alleen de ware Troost des Heeren. En Hij staat tussen een schuldig volk en een heilig God met Zijn onafslaanbare voorbede hen ten goede. Zo mocht nu ook Nehemia verwaardigd worden om tussen te treden. Doch dan wel met het grote verschil, dat Nehemia zichzelf schuldig moest kennen, hij en zijns vaders huis, maar de Middelaar was zonder zonden en kon alleen zeggen: Wie overtuigt Mij van zonden? En nu horen wij Nehemia zeggen: Laat toch Uw oor opmerkende en Uw ogen open zijn, om te horen naar het gebed Uws knechts. Daar doet hij als het ware een aanslag op de rommelende ingewanden Gods en op Zijn alwetendheid. En opdat het de Heere behagen mocht om te horen naar zijn verzuchtingen, die hij bidden mocht dag en nacht. Dus wat zien wij hier? Een aanhoudend worstelaar aan de troon der genade. En dat betekent dat de nood was opgebonden. En waar de Heere de nood op gaat binden, dan kan men niet aflaten. Ik liet niet af mijn hart en oog op te heffen naar omhoog. Dan wordt het met Jakob: Ik laat U niet los, tenzij dat Gij mij zegent. Daar werd nu een mens, die weten mocht dat de Heere zijn schuld verzoend en weggenomen had, verwaardigd om één te worden met de schuld van een schuldig volk. Hij zag zich met de door God geschonken weldaden mede schuldig staan en kon boven dat schuldige volk van Israël niet uitkomen. Dat is nu de vrucht van de liefde tot God en de liefde tot de naaste welke hier beoefend mocht worden. Genade in de beoefening doet de ziel altijd een lage stand voor God innemen. Wat zien wij dat toch duidelijk in onze tekst. Nehemia mocht het volk noemen Uw knechten. Want met dat volk was de Heere in een Verbond gekomen. En nu had dat volk het Verbond overtreden gelijk Adam, doch Nehemia mocht het oog krijgen op de eenzijdige trouw van de Verbondsgod. En dat gaf hem een kinderlijke vrijmoedigheid, maar ook een diep besef van eigen onwaardigheid. Maar dat deed hem nu ook een hartelijke schuldbelijdenis afleggen met insluiting van zichzelf en het huis zijns vaders. Dat is toch een grote zaak, geliefden. Het overblijfsel te Juda en te Jeruzalem in grote ellende en versmaadheid en op de burg Susan een kind van God dag en nacht wenende en worstelende voor het aangezicht des Heeren. Maar nog groter zaak is het hetgeen de apostel Johannes mocht zeggen: "En indien iemand gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij den Vader, Jezus Christus, den Rechtvaardige. En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden der gehele wereld". Hij draagt Zijn volmaakte offerande gedurig de Vader voor tot verzoening der Zijnen. Nehemia kon alleen gesteld worden als een tussenspraak, maar de Christus is niet alleen een Middelaar van tussenspraak, maar ook van verzoening. Nehemia was een man van hoog aanzien aan het hof van de koning Arthasasta, maar de Middelaar is de Koning der koningen Zelf Nehemia kon geen voldoening geven voor zichzelf en dat schuldige volk, maar Christus heeft Zelf de voldoening aangebracht en daardoor de verzoening verworven. Doch het gebed van Nehemia is een kostelijk gebed. Dat is een gebed door de Heere Zelf gewerkt. En nu zal het bij Zijn volk nooit kunnen óp het gebed, maar het gaat nooit zónder het gebed. Wat is het toch een grote en kostelijke zaak als men weer eens als een rechte schuldenaar onder God mag vallen. En dat de zaak van Gods Kerk ons nog eens ter harte mag gaan, want daar is de ere Gods aan verbonden. En het ging Nehemia niet om uiterlijke zaken. Nee, het land en stad en tempel waren in grote verachting gekomen bij de vijanden en dat tot lasteringen en versmaadheden van de Naam des Heeren en dat door eigen schuld des volks. Juist dat deed Nehemia smart en dreef hem uit tot de troon der genade. Het ging ten diepste om de Naam en de zaak des Heeren. O, wat beleven wij toch een tijd waarin geen stem of opmerking schier meer gevonden wordt en er niemand is die zich bekommert over de verbreking van Jozef met smart en rouw zoals bij Nehemia. Och, dan ijvert een ieder maar voor zijn eigen huis en Gods huis wordt woest gelaten. En nu kan er wel uit de wetenschap gesproken en gezegd worden dat alles van de plaats is, en dan moet ik helaas mijzelf daar bij insluiten, maar waar is de oprechte smart er onder en dat met een waar schuldgevoel voor het aangezicht des Heeren? Zo ziet u dat het gebed van Nehemia ons toch wel veel te zeggen heeft. En dat hopen wij in het volgende nog wel te zien. Want als u dit gebed met aandacht mag lezen, dan bemerkt u dat het steeds nader komt en nauwer wordt. En daar zal het, wil het wel zijn, op aan moeten. Er moet niet anders meer overschieten dan schuld en de erkenning dat de Heere recht is en recht handelt. Dan komt er alleen plaats voor Hem, Die voor overtreders gebeden heeft en als de ware Troost des Heeren Zich doet kennen aan een recht schuldig en heiwaardig mensenkind.

O, dat het de Heere behagen mocht om Zijn Wijnstok te bezoeken en de stam dien Zijn rechterhand geplant heeft, en dat om de Zoon Dien Hij Zich gesterkt heeft. Dan, ja dan alleen is er verwachting. Welnu de Heere zie alzo van de hemel en doe nog wel bij Zijn Sion, wiens muren verbroken en welks poorten verbrand zijn, opdat Zijn Naam, Welke daaraan verbonden is, mocht worden verhoogd en dan zal uit dat eenzij dige werk recht verstaan worden: Niet ons, o Heere, niet ons, maar Uwen Naam geef ere, om Uwer goedertierenheid, om Uwer waarheid wil. Amen.

Ederveen

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 september 1992

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Het gebed van Nehemia

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 september 1992

De Wachter Sions | 8 Pagina's