Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hopende en Uitziende

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hopende en Uitziende

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Romeinen 4 : 4 en 5.

Nu, dengene die werkt, wordt het loon niet toegerekend naar genade, maar naar schuld. Doch dengene die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid.

HOPENDE: Daar alle waardigheid van de mens in het werk der zaligheid wordt uitgesloten, daar schiet er ook geen roem of eer voor de mens over. De apostel heeft ons dat al gezegd in het tweede vers, als hij daar heeft opgemerkt: "Want indien Abraham uit de werken gerechtvaardigd is, zo heeft hij roem, maar niet bij God". Dit maakt hij ons nu nog duidelijker, als hij in het vierde vers zegt: "Nu, dengene die werkt, wordt het loon niet toegerekend naar genade, maar naar schuld". Als iemand ergens zijn arbeid voor heeft verricht, dan ontvangt hij zijn loon waar hij recht op heeft. Maar in de rechtvaardigmaking is er niet van zulk een geven sprake, maar van een toerekenen. In het vorige vers heeft de apostel al gezegd: "En Abraham geloofde God, en het is hem gerekend tot rechtvaardigheid". Er is door de Heere wel tot Abraham over een loon gesproken. Daar hebben we de vorige keer iets van gehoord. De Heere heeft tot hem gezegd: "Vrees niet, Abram, Ik ben u een Schild, uw Loon zeer groot". Wat Abraham ontving, kwam alles dus bij God vandaan. Als de Heere dit tot Abraham gesproken heeft, dan heeft Abraham dit geloofd en is hem dit tot gerechtigheid gerekend. Voor dit loon had Abraham niets gedaan. UITZIENDE: Wat ligt het dan toch eigenlijk eenvoudig. We hebben maar te geloven dat we uit genade zalig worden. En dat geloof is ook geen werk van onszelf, want anders zou er nog van een loon op de werken sprake zijn. Maar als God Abraham dit loon beloofde, was er aan Abrahams zijde geen verwachting meer. God zou uit een onvruchtbare Sara een kind, ja een groot volk doen voortkomen. Dat heeft Abraham mogen geloven, als God hem naar buiten had geleid. De Heere deed hem zien, dat zijn zaad zou zijn als de sterren des hemels. Deed Abraham daar wat aan? Neen, dat werkte God voor hem door de onmogelijkheid heen. Maar als een mens niet met zijn eigen werk er buiten wordt gezet, kan hij zoiets niet geloven. Aan gelovige mensen ontbreekt het nooit, maar wel aan gelovige mensen die niet meer meedoen. Abrahams geloof richtte zich alleen op het Goddelijke werk. Dat rekende de Heere hem tot gerechtigheid. Dat was ook alleen Gods eigen werk. Zo worden er nog niet zoveel gerechtvaardigd, zoals Abraham gerechtvaardigd werd. Ik heb onder de godsdienst al zo van alles meegemaakt. Ik ben wel in kringen terechtgekomen, waar ze elkaar er erg toe aanspoorden om naar de rechtvaardigmaking te staan. Nu, ze deden er veel werk aan om daartoe te komen. Ze gingen zelfs niet trouwen voordat ze beiden gerechtvaardigd waren. En als ze dan die weldaad deelachtig waren geworden, dan ging men feest vieren. Dan ging men bruiloft houden en dan moesten de bruidsuikers komen. Op één avond was men er niet over uitgepraat. Neen, men moest het goed uitgebreid vertellen, wat er aan die rechtvaardigmaking was voorafgegaan. Maar het was wel allemaal eigen werk. Aan teksten en waarheden ontbrak het niet. Bijzondere inleidingen hadden ze gehad, maar er was geen uitleiding bij zoals bij Abraham. Als men echter nog onervaren is en men nog niet goed weet wat er onder de godsdienst te koop is, wordt men er wel door in de war gebracht, als men op zulke gezelschappen terechtkomt. Daar kan de ziel door in grote duisternissen komen en satan weet dit wel als een strik voor de ziel te gebruiken, waar ze nog jarenlang de gevolgen van moet ondervinden. Maar u mag het van mij wel weten dat al zulke ontmoetingen met mensen me tot het onderzoek van de oude schrijvers heeft aangezet. Nu, in al de oude geschriften kon ik zulke bekeringen niet vinden. En ik houd het nu toch ook altijd maar het liefste bij die oude geschriften. Daar heb ik steeds mijn zieleleven in verklaard mogen vinden.

HOPENDE: Ik ben blij, dat u dit ook eens even ter sprake brengt, want het is de duivel om het even hoe hij de mens misleidt voor de eeuwigheid. Alle afwijkingen van de eenvoudige leer der Waarheid zijn er aan te kennen, dat ze uit de winkel van eigen werk vandaan komen. Daar is niets van God bij. Straks ontvalt al dat goed ten dage der verbolgenheid. We kunnen er een gezellig leven bij gehad hebben met huiskamers vol met mensen die ons hebben zitten bewonderen om die mooie bekering die we konden vertellen, maar als de dood komt, houdt die gezellige godsdienst wel op. Dan hebben we een gerechtigheid nodig, waar we blijkbaar nog nooit goed kennis aan gekregen hebben. En die gerechtigheid zal alleen maar redden van de dood. Als ze ons zo horen praten, zullen ze ons wel erg lijdelijk vinden. Nu ja, we zullen ook werkelijk een dadelijke rechtvaardigmaking bij God vandaan deelachtig moeten worden, om een lijdelijke rechtvaardigmaking te leren kennen waarin wij niet meer meedoen. Dan worden we niet als zo'n werkzaam mens gerechtvaardigd, maar dan worden we als een goddeloze gerechtvaardigd. De apostel spreekt hier in de woorden die we overdenken, over de rechtvaardiging van de goddeloze. En ik heb al veel gezien bij degenen die elkaar zo aansporen om een bepaalde rechtvaardigmaking deelachtig te worden, dat men nog nooit een echte goddeloze is geworden. Wat? Werd Abraham als een goddeloze gerechtvaardigd? Ja, Abraham werd als een goddeloze gerechtvaardigd. Hij had wel gewerkt, want hij moest er toch wel hard aan meedoen om de Goddelijke belofte in vervulling te doen gaan. Maar God zette hem met zijn werk aan de kant. Zo hebben velen blijkbaar de leiding des Heeren met Abraham nog nooit begrepen. En we zullen toch net als Abraham gerechtvaardigd moeten worden. Dat ging bij Abraham erg eenvoudig, maar toch niet eenvoudig, want het ging helemaal tegen zijn berekening in. Het valt niet mee om een goddeloze te moeten worden. Als men een goddeloze wordt, valt al zijn werk als waardeloos weg, want dan is al dat werk een werk van een goddeloze geweest. Als men echter als een werkzaam mens gerechtvaardigd wordt, dan weet men van de vrije genade niets af. De apostel zegt het hier duidelijk. "Nu, dengene die werkt, wordt het loon niet toegerekend naar genade, maar naar schuld". Maar dan gaat men daar toch wel mee naar de eeuwige verdoemenis toe. O, er zullen wat gerechtvaardigde mensen in de hel liggen, die geen andere rechtvaardigmaking hebben leren kennen dan de farizeeër. Hij ging ook wel af gerechtvaardigd naar zijn huis, maar dan in eigen waan. Hij kreeg loon naar schuld, maar als onze gerechtigheid niet overvloediger wordt dan van de farizeeërs en de Schriftgeleerden, dan zullen we in het koninkrijk Gods niet kunnen ingaan.

UITZIENDE: Het heeft dan toch wel veel te zeggen, als de apostel hierop laat volgen: "Doch dengene die niet werkt, maar gelooft in Hem, Die den goddeloze rechtvaardigt, wordt zijn geloof gerekend tot rechtvaardigheid". Dat geloof is ook niet iets van de mens zelf, want dat geloof komt niet als een werkzame daad van de mens in aanmerking in de rechtvaardigmaking. U hebt zoeven iets opgelicht over die farizeeër in de tempel. Nu moet ik denken aan de tollenaar. Die had genade nodig. En dat als een zondaar. En die ging werkelijk gerechtvaardigd naar zijn huis. Die kon er zo'n mooi verhaal niet over ophangen, zoals velen wel kunnen doen. Maar die heeft wel geweten wat de grond was van zijn rechtvaardigmaking. Ik heb velen een mooie rechtvaardigmaking horen vertellen, maar ze werden zelf meer bewonderd dan Hij om Wiens wil wij gerechtvaardigd worden. Als God Abrahams geloof gerekend heeft tot rechtvaardigmaking, dan heeft hij wel geweten dat hij als een goddeloze op grond van de gerechtigheid van een Ander gerechtvaardigd werd. De verbondssluiting is er gelijk op gevolgd. Toen moest er een offer worden gebracht. En er viel een diepe slaap op Abraham. Maar ook een schrik en grote duisternis. Wat dat voor hem te betekenen had, dat heeft de Heere hem wel doen weten. Door een diepe weg van zware verdrukking heen zou de Heere Zijn belofte aan Abrahams zaad als waarheid bevestigen. We moeten het woord van de profeet leren verstaan: "Uit Egypte heb Ik Mijn Zoon geroepen". We worden als een goddeloze uit Egypte gehaald. En daarvoor moest Christus in Egypte komen en de weg gaan die wij eeuwig hadden moeten gaan. Dat heeft Abraham mogen geloven. Dit geloof werd hem tot gerechtigheid gerekend. Zo wordt er dus over een toerekenen gesproken. Christus' gerechtigheid wordt de Zijnen toegerekend, alsof ze die zelf hadden verworven. Het geloof eigent zich die gerechtigheid toe. Dan deelt men in de bate des geloofs. Dan is men in Christus voor God rechtvaardig en een erfgenaam des eeuwigen levens.

HOPENDE: Ik geloof dat we ons het beste maar bij die rechtvaardigmaking van Abraham kunnen houden. Ik heb ook velen hun rechtvaardigmaking horen vertellen, maar het was meest eigen werk. De apostel zegt hier: "Doch dengene die niet werkt". Dan doet God een werk. En daar zal het nu maar net op aankomen. Ik wenste dat ik daar maar meer van horen mocht. Maar we hopen dan ook verder maar naar de apostel te luisteren, naar wat hij door de inspiratie des Geestes over de rechtvaardigmaking heeft geschreven.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 januari 1993

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Hopende en Uitziende

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 januari 1993

De Wachter Sions | 8 Pagina's