Christus de schoonste! (48)

Meditatie

Gij zijt veel schoner dan de mensenkinderen. Ps. 45: 3a.

Geliefde lezer,

De vorige keer hebben we overdacht hoe de Heere Zelf plaats moet maken in de harten van de dochter Sions voor de komst van de geboren Koning. De schoonheid van die Koning kan alleen ontdekt worden met het oog des geloofs. De kennis aangaande de komst van Christus in het vlees en Zijn verdere borgtochtelijke gangen zijn dan de vruchten van de geheiligde kennis gewerkt door Christus Geest. Het is zulk een groot verschil of we weten wat we geloven, of dat we mogen geloven wat we weten. Op die geloofswetenschap komt het nu aan, daar dit behoort tot het wezen van het zaligmakend geloof Onze catechismus zegt zo klaar wat een waar geloof is: Een waar geloof is behalve een toestemmen en vertrouwen ook een stellig weten of kennis.

Daarom willen we thans stil staan bij: De tegenstelling tussen een onwetende ziel aangaande Christus' komst in het vlees, en Christus, Die de geheiligde wetenschap verworven heeft en haar door Zijn Geest meedeelt, zodat zij mag uitroepen: "Gij zijt veel schoner dan de mensenkinderen." Kan van ons gezegd worden wat de apostel van de gelovige Korinthiërs getuigde: "Want gij weet de genade van onzen Heere Jezus Christus, dat Hij om uwentwil arm is geworden, daar Hij rijk was, opdat gij door Zijn armoede zoudt rijk worden? " (2 Kor. 8 : 9). Men zou nooit een armmakende genade kunnen ontvangen als Christus niet arm was geworden. De gelovige Korinthiërs wisten dit. Dat weten was geen blote beschouwing of een historieel kennen, maar een geloofswetenschap geschonken door de Heilige Geest. De apostel spreekt hier tot de geestelijke studenten van de grote Leraar der gerechtigheid, die door genade mochten weten waarom Christus, Die rijk was, arm was geworden!

O, hoeveel lezers mogen zielsbevindelijk weten zonder God in de wereld te zijn, alsook dat zij de kennis missen wie God in Christus is? We hopen dat u werkelijk van alle rustgronden afgebracht mag worden, opdat u zult weten, dat het van Gods kant en daarom ook van uw kant geheel verloren is. Deze zaligmakende ontdekking gaat de geloofswetenschap van de vernederde Middelaar vooraf Nee, de ware en geheiligde wetenschap maakt geen wijze en rijke mensen, maar arme zondaren die hun armoede pijnlijk gaan inleven, hetwelk alleen door de Heere vervuld kan worden. De HEERE maakt arm en maakt rijk, zong Hanna in haar lofzang (1 Sam. 2 : 7). Christus predikt aan de armen het Evangelie (Matth. 11 : 6), spreekt hen zalig (Matth. 5 : 3), en zij worden door Hem genodigd (Luk. 14 : 13). Maar zolang we niet recht onwetend zijn geworden door Christus' Geest zijn we ook niet recht arm van geest en zullen ook nooit de rijkdommen in Christus nodig krijgen, noch er mee bedeeld worden. Armmakende genade is daarom nodig! Maar dat houdt wel in, dat we van vat in vat ontledigd moeten worden, alvorens we uit Christus' volheid mogen ontvangen genade voor genade. De verloren zoon was werkelijk arm, en had niets meer waarmee hij in het leven kon blijven. De tollenaar, de afperser van zijn volk, had niets om zijn hemelhoge schuld te betalen, en beleed met zijn hart: "O God, wees mij zondaar genadig" (Luk. 18 : 13). Hij mocht toen de rijkdom van Gods barmhartigheid ondervinden, waardoor hij uit genade zalig mocht worden (Efeze 2 : 4, 5). Allen die deze geheiligde wetenschap mogen ontvangen zullen op Gods tijd met de bruid instemmen, dat Christus de Schoonste aller mensenkinderen is. Er wordt wat gesproken over de armoede van de mens en de rijkdom in Christus, maar zolang we geen verdoemelijk mens voor God geworden zijn, zullen de rijkdommen in Christus nooit ontdekt worden. Alleen arme tollenaars zullen de geloofswetenschap mogen ondervinden wat de apostel schrijft aan de gelovige Korinthiërs: "Want gij weet, dat onzen Heere Jezus Christus om uwentwil is arm geworden, daar Hij rijk was." Vrienden, wat wisten zij dan door genade? Wel, dat Christus rijk is. Dat was geen kennis die zij verkregen hadden krachtens opvoeding, prediking en studie, maar een geheiligde kennis door Christus' Geest. Zij mochten geloven in Christus' Godheid.

O, vrienden, zij waren oprechte godgeleerden, die Hem mochten kennen in Zijn majesteit en hoogheid, en dat Hij één is in Wezen met de Vader en de Heilige Geest. Tegen de leer van Christus' Godheid is al wat opgekomen door alle tijden en eeuwen heen. Ook de apostel Johannes bond in zijn tijd de strijd aan tegen degenen, die Christus' Godheid loochenden, hetwelk hij weerlegd heeft door te belijden: "Doch we weten dat de Zone Gods gekomen is, en heeft ons het verstand gegeven, dat wij de Waarachtige kennen ( ). Deze is de waarachtige God en het eeuwige Leven" (1 Joh. 5 : 20). Al degenen die dit niet geloven, zoals de vrijzinnigen en Jehovahs Getuigen (beter gezegd Jehovahs lasteraars), maar ook allen die deze geloofswetenschap missen, zijn zolang zij buiten Christus blijven verloren. Maar die door genade geen vreemdeling zullen blijven van de zaligmakende kennis van de Middelaar Gods en der mensen, zullen zowel Zijn rijkdom als Zijn armoede door het geloof ontdekt krijgen. Zij mogen weten dat Christus rijk is in de volmaaktheden van Zijn Goddelijke natuur, hebbende de volheid der Godheid in Zich, en gelijke heerlijkheid als de Vader en de Heilige Geest, zoals eeuwigheid, onveranderlijkheid, oneindigheid, overaltegenwoordigheid, alwetendheid, en almachtigheid. Ze mogen met de Korinthiërs ook de geloofswetenschap omdragen dat Christus rijk is in het werk der schepping zowel de zichtbare als de onzichtbare dingen, ja, in het gans heelal, hebbende heerschappij over alle schepselen, maar ook rijk om arme zondaren rijk te maken.

Welnu, die rijke God, waarvan onze geloofsbelijdenis zegt te zijn: "Licht uit Licht, waarachtig God uit waarachtig God, geboren, niet gemaakt, van hetzelfde Wezen met de Vader, door Wel-

Meditatie vervolg

ken alle dingen gemaakt zijn" (Gel. van Nicéa), wordt aan arme zondaren verklaard. Dat de oneindige, eeuwige en volzalige Heere deze wetenschap wil verklaren aan maden en wormen! Wat zinkt een dwaas in zichzelf dan diep weg van verwondering en aanbidding, omdat de hoge God Zich bekend wil maken aan nietig stof en as!

Vrienden, de enige oorzaak van het zalig worden is en blijft Gods eeuwig soeverein welbehagen. Die in mensen een welbehagen heeft gehad in Christus. Dit welbehagen zal door de hand van die gezegende Middelaar gelukkiglijk voortgaan (Jes. 53 : 10).

Indien de Heere iets van dat welbehagen in Christus openbaart, alsook de gangen van Zijn diepe vernedering, dan wordt Hij werkelijk de Schoonste aller mensenkinderen. Gij weet! Deze geheiligde wetenschap verootmoedigt de ziel, en leert met de herders Hem aanbidden en bewonderen als haar Goël, de nabestaande, Die onze menselijke natuur heeft aangenomen om verdoemelijke mensen op rechtsgronden te herstellen in Gods zalige gunst en gemeenschap.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen