Oeconomia Christiana -59-

De tucht (2)

Petrus Wittewrongel schrijft over de plicht van de ouders om kinderen te bestraffen, ook met de roede der tucht.

'Als de bestraffing niet helpt, moeten de ouders hun kinderen door de roede der tucht zoeken te verbeteren. Want dat is de uiterste remedie die de ouders ter hand nemen om hun kinderen die zich niet vanzelf willen laten leiden tot de deugd te dwingen. Het wordt de ouders doorgaans als een schuldige plicht opgelegd. 'Tuchtig uw zoon', Spr. 19:18 en Spr. 29:17. En: 'Weer de tucht van den jongen nie't, Spr. 23:13, en 14: 'Gij zult hem met de roede slaan.'

Als God het zo duidelijk van hen eist, wie kan het zonder zich tegen de Hemel te bezondigen nalaten? Gods gebod doet de grote patriarch Abraham gehoorzamen, al zou hij zijn eigen zoon gaan opofferen, Gen. 22:2, 3. Zouden wij weigerachtig zijn onze zonen te tuchtigen? Hetgeen hen hierin behoort te bewegen, is dat zij het volgende bij zichzelf overdenken.

1. Het grote voordeel dat zij daardoor hun kinderen zullen toebrengen. De roede der tucht zal hen een recht medicijn zijn, zegt de filosoof Aristoteles. Het zou immers een recht dwaasheid zijn, indien wij onze kinderen liever wilden laten sterven, dan een bittere drank te drinken geven.

'Gezwellen der wonde (die door zulke slagen veroorzaakt worden) zijn in den bozen een zuivering; mitsgaders de slagen van het binnenste des buiks', Spr. 20:30. (lees ook de kanttekening, vdD) 'De dwaasheid is in het hart des jongen gebonden; de roede der tucht zal ze verre van hem wegdoen', Spr. 22:15. 'Ja, als gij hem met de roede zult slaan, zal hij niet sterven', Spr. 23:12. 'Gij zult zijn ziel van de hel redden', vers 14.

Wie zal niet gaarne door zo'n middel het welvaren van zijn kinderen bevorderen! Hun ruïne en verderf zoeken voor te komen!

2. De verscheidene onheilen en ongemakken, die zij ten opzichte van zichzelf aldus zullen kunnen wegnemen. Want:

a. Zij zullen veel moeite sparen in het onderwijzen van hun kinderen, die dikwijls meer door één roede, dan door vele bestraffingen zullen leren.

b. Veel smaadheden, verdriet en schande van zich afwenden, die zij noodzakelijk onderworpen zijn, als hun kinderen op de weg des verderfs komen te wandelen.

Want een zotte zoon is een verdriet voor zijn vader, en bittere droefheid voor degene, die hem gebaard heeft, Spr. 17:25. 'De roede der tucht moet deze dwaasheid wegdrijven', Spr. 22:15, opdat zich de vader in hem verblijde. Ja, zodoende zullen zij:

c. Zichzelf bevrijden van de schuld van de overtreding van hun kinderen. Want als zij de roede der tucht niet gespaard zal hebben, dan kunnen zij in hun gemoed gerust zijn dat zij hun best gedaan hebben. En God de Heere zal de misdaad van hun kinderen niet van hun handen eisen.' (pag. 189-190)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen