Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de Bron (16)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Bron (16)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jakob en Ezau

”En Ezau zeide: Zie, ik ga sterven; en waartoe mij dan de eerstgeboorte? "

Gen. 25:32

In de eerste jaren van hun huwelijk kregen Izak en Rebekka geen kinderen. Hoe wonderlijk handelde de Heere, daar Hij toch aan Abraham beloofd had, dat hij veel nakomelingen zou krijgen. Net als bij Sara het geval was, zo was het ook nu: Rebekka kon geen kinderen krijgen. Maar hoe moest dan die belofte ooit vervuld worden? Hoe zou dan ooit de Heere Jezus geboren kunnen worden?

Toch wisten Izak en Rebekka dat er niets voor de Heere te wonderlijk is. Daarom riep Izak de Heere aan en vroeg of Hij hun een kind wilde geven.

In de Bijbel lezen we: "En Izak bad den HEERE zeer in de tegenwoordigheid van zijn huisvrouw". Toch duurde het twintig jaar, eer de Heere zijn gebed verhoorde.

Toen Izak zestig jaar oud was, werd er een tweeling geboren. De oudste kreeg de naam van Ezau, omdat hij een sterke, knappe jongen was. Het andere jongetje kreeg de naam van Jakob.

Nog voor de kinderen geboren waren, had de Heere tot Rebekka gezegd: "De meerdere zal de mindere dienen". De meerdere was de oudste. Dat was die flinke, knappe en sterke Ezau. Deze jongen zou echter de mindere van zijn jongere broer Jakob zijn. Zo had de Heere het besloten.

Toen de beide jongens opgroeiden, bleken ze heel verschillend te zijn. De sterke Ezau trok het liefst het veld in en werd een groot jager. Jakob bleef liever thuis om voor het vee te zorgen. Bovendien lezen we van hem, dat hij een oprecht man was, iemand die de Heere vreesde.

Rebekka had veel met Jakob op. Wat een gesprekken over de Heere en Zijn dienst zullen zij samen in de tent gevoerd hebben.

Izak, die de Heere vreesde, hield echter meer van zijn oudste jongen. Die zorgde telkens voor wild, waarvan hij smulde, als het heerlijk gebraden op tafel kwam.

Het hart van moeder Rebekka en haar jongen Jakob was echter met zorg vervuld. Ezau was immers de oudste jongen en straks zou zijn vader - die erg veel van Ezau hield - hem de grote zegen, de "eerstgeboortezegen" schenken. Dat betekende, dat Ezau de grote zegen van Abraham en Izak zou verkrijgen. De Heere zou de God van Abraham, Izak en Ezau zijn.

Dat nu maakte juist de grote zorg voor Rebekka en Jakob uit. De Heere had immers nog voor de geboorte van de tweeling gesproken: "De meerdere zal de mindere dienen". Niet Ezau, maar Jakob moest de grote beloofde zegen krijgen. God zou de God van Abraham, Izak en Jakob moeten zijn. Zo wilde de Heere het! Straks zou er in Gods kerk gezongen moeten worden:

Gij volk, uit Abraham gesproten. Dat zoveel gunsten hebt genoten. Gij Jakobs kind'ren, die de Heer' Heeft uitverkoren, meldt Zijn eer. De Heer' is onze God, Die d' aard' Alom door Zijn gericht vervaart.

(Ps. 105:4)

In plaats dat Rebekka en Jakob dit nu in geloof aan de Heere overlieten, daar Hij zeker zorgen zou, dat Jakob en niet Ezau de grote zegen zou ontvangen, meenden zij de zaak van de Heere te moeten redden. Als zij niet op tijd ingrepen, zou het vast verkeerd aflopen, dachten ze.

Alsof de Heere Zelf niet voor Zijn zaak zorgen zou!

Op een keer kwam Ezau weer thuis van de jacht. O, wat had hij een geweldige dorst! Afgemat kwam hij de tent binnen, waar zijn broer Jakob juist wat rode linzenmoes had klaar gemaakt. O, wat had hij daar nu een zin in. Gulzig, en op een manier alsof hij een beest was, vroeg hij: "Laat mij toch slorpen van dat rode, dat rode daar, want ik ben moede".

Toen nam Jakob zijn kans waar om de grote, voorname zegen te bemachtigen. Daarom antwoordde hij: "Verkoop nu op dezen dag uw eerstgeboorte."

Jakob wilde immers de grote zegen heb­ ben, die de Heere hem toebedacht had. Naar die zegen ging het hart van Jakob uit. Daarom wilde hij hem nu op deze manier zien te krijgen.

Wat antwoordde Ezau op die vraag? Onverschillig sprak hij: "O, ik ga toch sterven. Wat geef ik om die grote zegen van de Heere! Dat eerstgeboorterecht mag je van mij hebben, Jakob. Die dienst des Heeren interesseert me niet, als ik de wereld maar heb." Voor een schotel linzenmoes gaf hij de Heere en Zijn dienst prijs. Daarom noemt de Bijbel Ezau een onheilige.

Jakob ging echter secuur te werk. Daarom sprak hij: "Zweer mij, dat ik de grote zegen krijgen zal". Toen deed Ezau een eed, dat Jakob straks de grote zegen krijgen zou. Hij riep dus de Heere als getuige aan en verkocht voor een schotel moes de dienst des Heeren. Toen gaf Jakob hem de moes. "Alzo verachtte Ezau de eerstgeboorte", staat er in de Bijbel. Hiermee wil de Heere nog eens het grote kwaad van Ezaus ruil benadrukken.

Veel verdriet deed Ezau zijn ouders aan door daarna twee vrouwen uit het heidense Kanaan te trouwen. Ezau wist best, dat dit door de Heere verboden was. Was zijn moeder Rebekka niet uit Mesopothamië gehaald? Maar Ezau ging zijn eigen, goddeloze gang. Natuurlijk bleven zijn vrouwen de afgoden dienen en leefden op een manier die de godvrezende ouders van Ezau veel verdriet bezorgden. Bovenal deed Ezau hiermee ook een groot kwaad in de ogen van de Heere, Die dat heidense volk om hun zonden vervloekt had en het straks zou gaan uitroeien. Maar de onheilige Ezau stoorde zich niet aan de Heere noch aan zijn ouders. Wat een verschil met Jakob, die door genade de Heere liefhad.

De HEER' toch slaat der mensen wegen ga. En wendt alom het oog van Zijn gena Op zulken, die, oprecht en rein van zeden. Met vasten gang het pad der deugd betreden.

God kent hun weg, die eeuwig zal bestaan. Maar 't heilloos spoor der bozen zal

vergaan (Ps. 1:4)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 december 2000

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Uit de Bron (16)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 december 2000

De Wachter Sions | 8 Pagina's