Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de Bron (40)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Bron (40)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jobs vroomheid beproefd

”De HEERE heeft gegeven en de HEERE heeft genomen; de Naam des HEEREN zij geloofd." Job 1:21b

Kort daarna gebeurde het, dat Job alleen in zijn huis was.

In de woning van zijn oudste zoon werd feest gevierd.

Opeens zag Job over het veld een bode haastig op zijn huis toekomen. Zou er iets bijzonders aan de hand zijn?

Waarom kwam die man op hem toelopen? Hijgend naderde de bode.

”Heer!”, sprak hij, "uw knechten waren met de ossen aan het ploegen, toen er ineens een bende rovers naderde. Zij roofden de ossen en namen ook de ezels die in de wei liepen mee. Alle knechten werden gedood en alleen ik wist aan hun handen te ontkomen om het u aan te zeggen."

Het was een verschrikkelijke boodschap voor Job.

Nog maar nauwelijks was hij echter uitgesproken of daar naderde met verschrikt gelaat een tweede bode.

”Heer!" riep hij uit, "het vuur van God is van de hemel gevallen en verteerde alle schapen met de herders. Niets is er van hen meer over. In een ogenblik werd alles vernietigd en ik ben alleen ontkomen om het u te vertellen."

Daarna naderde een derde boodschapper. Zijn gezicht voorspelde weinig goeds.

”Heer!", hijgde hij, "een bende Chaldeeën viel in drie groepen op de kamelen aan. Alle dieren hebben ze geroofd en de bewakers werden vermoord. Ik kon nog net ontvluchten om het u aan te zeggen!"

De ene ongelukstijding na de andere bereikte Job, die peinzend neerzat.

Toen naderde haastig een vierde bode.

”Heer!", riep hij huilend uit, "uw zoons en dochters waren aan het feestvieren. Ze dronken van de wijn en aten van de heerlijkste spijzen, die uw oudste zoon liet aanbrengen. Temidden van deze feestmaaltijd stak er plotseling een stormwind uit de woestijn op. Zo hevig was die storm, dat het huis instortte. Uw kinderen zijn allemaal onder de neervallende balken en stenen bedolven! Ik ben de enige die ontkomen is om het u aan te zeggen!"

Toen deze bode uitgesproken was, kon Job niet meer blijven zitten.

In de Bijbel staat.' "Toen stond Job op en scheurde zijn mantel en schoor zijn hoofd, en viel op de aarde en boog zich neder."

De beroving van zijn vee en het doden van de veehoeders door de Sabeeërs was erg! De vernietiging van al zijn herders met de schapen door de bliksem was ook erg! Het weghalen van zijn kamelen en het vermoorden van de knechten was eveneens verschrikkelijk! Maar dit alles was nog niets vergeleken bij het verlies van zijn tien kinderen!

Dit verlies deed de arme vader opstaan. Daarna scheurde hij zijn kleed als teken van het uiteengescheurde hart en hij schoor zijn haar af als teken van zware rouw. Op een dag was hij al zijn tien kinderen kwijt. Temidden van het feest werden ze opgeroepen om voor God te verschijnen. Hoe greep dit alles de arme vader aan!

Hoe zwaar het verdriet Job drukte en hoe groot zijn verlies ook was, toch kende hij echter een Toevlucht. Hij vluchtte naar de Heere en viel als een smekeling voor Hem neer. Daar lag de van alles berooide man in het stof voor de Heere, zijn God.

Toen gebeurde er iets buitengewoons. Job deed zijn mond open en ging spreken.

Wat zei hij? Wat sprak hij na deze verschrikkelijke rampen?

In de Bijbel kunnen we zijn onbegrijpelijke woorden lezen.

(Vervolg op blz. 133)

(Vervolg Uit de Bron)

”En hij zeide: Naakt ben ik uit mijner moeders buik gekomen en naakt zal ik daarheen wederkeren. De HEERE heeft gegeven en de HEERE heeft genomen; de Naam des HEEREN zij geloofd."

Job wilde zeggen: "Toen ik in deze wereld als kind geboren werd, had ik niets. Ik was ongekleed en hulpbehoevend. De Heere gaf mij kleding, gezondheid, eten en drinken. Toen ik volwassen werd, trouwde ik en schonk de Heere me tien kinderen. Ook zegende Hij mij met veel goederen, zodat ik de rijkste man uit de hele omgeving werd. Dat alles gaf de Heere mij en nu heeft Hij me dat in een ogenblik weer afgenomen. Ik kreeg het van Hem en Hij, de grote Eigenaar, nam het weer terug. Ik heb niets te zeggen, daar Hij de Almachtige is Die met het Zijne mag doen wat Hem behaagt. De Heere heeft gegeven, de Heere heeft genomen. Zijn Naam zij geloofd. Wat de Heere doet, is goed!"

In zijn grootste smart mocht Job de Heere verheerlijken. Onder het zware verlies mocht hij door genade bukken voor de hoge God en de Naam des Heeren loven.

Des HEEREN werken zijn zeer groot; Wie ooit daarin zijn lust genoot Doorzoekt die ijv'rig en bestendig; Zijn doen is enkel majesteit, Aanbiddelijke heerlijkheid, En Zijn gerechtigheid oneindig. (Ps. 111:2)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 december 2001

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Uit de Bron (40)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 december 2001

De Wachter Sions | 8 Pagina's