Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de Bron (154a)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Bron (154a)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Salomo bouwt de tempel

"Alzo bouwde Salomo dat huis en volmaakte hetzelve". (1 Kon. 6:14)

Toen koning Hiram van Tyrus hoorde dat Salomo koning was geworden in de plaats van zijn vader David, haastte hij zich om Salomo zijn vriendschap te betuigen. Hiram had altijd goed met David overweg gekund en hij wilde de vriendschap met zijn zoon Salomo voortzetten.

Daarom zond hij gezanten naar Salomo's hof om hem met zijn kroning geluk te wensen.

Hierna zond ook Salomo gezanten tot Hiram. Tevens moesten zij hem namens Salomo een verzoek doen.

"Koning Hiram", zo liet Salomo vragen, "het is u bekend dat mijn vader David graag een huis voor de Heere had willen bouwen. Maar hij heeft dat niet mogen doen, omdat hij steeds in oorlog leefde met de omliggende volken. Maar God heeft mij vrede gegeven en nu mag ik tot eer van Zijn naam een tempel bouwen. Daarvoor heb ik echter uw hulp nodig. Bij u groeit op het gebergte van Libanon het sterke cederhout. Sta mij toe, dat ik mijn eigen werkvolk zend om samen met uw knechten bomen om te hakken voor de tempelbouw. Immers zijn er nergens op de wereld mensen te vinden die hout weten te houwen als uw Sidoniërs."

Hiram was erg vereerd met dit verzoek. Door middel van Salomo's gezanten liet hij Salomo weten: "Gezegend zij de HEERE, Die David een wijze zoon gegeven heeft over het grote volk van Israël. Graag voldoe ik aan uw verzoek, koning Salomo. De bomen kunnen vanaf de Libanon naar de zee vervoerd worden en daar kunnen ze op grote vlotten over zee naar Joppe drijven. Van Joppe kunnen ze naar Jeruzalem gebracht worden. U kunt van mij net zoveel bomen krijgen als u nodig hebt. Als vergoeding wil ik van u tarwe en olie ontvangen".

Salomo vond dat goed en zo werd er een handelsverdrag gesloten. Salomo zou cederhout en dennen-of cypressenhout krijgen zoveel hij maar wilde hebben, terwijl Hiram tarwe en olie ervoor in de plaats kreeg.

Het werd een drukte van belang. Koning Salomo zocht dertigduizend mannen uit die op de Libanon moesten gaan werken. Per maand moesten er om de beurt tienduizend van hen op het gebergte gaan werken, terwijl er twintigduizend twee maanden lang thuis konden blijven. Zo ging er elke maand een nieuwe ploeg uitgeruste mannen naar de Libanon om met de Sidoniërs of Feniciërs van koning Hiram bomen te vellen voor de tempelbouw. Adoniram werd door de koning als opzichter over hen aangesteld.

Verder riep Salomo uit de overwonnen Kanaanieten zeventigduizend mannen op die voor het vervoer van de bomen moesten zorgen, terwijl hij ook nog eens tachtigduizend steenhouwers inzette om onder leiding van Tyrische opzichters reusachtige steenblokken van de beste kwaliteit uit de steengroeven te hakken. Israëlieten en heidenen werkten dus mee om de tempel te bouwen. Het benodigde koper haalde Salomo uit de Jordaanvlakte bij Sukkoth. Hoofdopzichters en opzichters hielden toezicht of alles naar wens verlopen zou.

De tempel moest een prachtig gebouw worden. David had al erg veel materiaal verzameld. Hij had zoveel verzameld, dat de Bijbel zegt: "Des gouds, des zilvers en des kopers en des ijzers was geen getal". Ongekende hoeveelheden had David dus voor het huis van God bijeen gebracht. Maar ook Salomo was heel rijk. De Bijbel zegt hiervan: "En de koning maakte het zilver en het goud in Jeruzalem te zijn als stenen, en de cederen maakte hij te zijn als wilde vijgehomen, die in de laagten zijn, in menigte". Zo gewoon het was dat er overal stenen en wilde vijgen in Israël voorkwamen, zo gewoon waren goud, zilver en cederen in de dagen van koning Salomo.

Het kon niet anders of de tempel, het huis van God, moest een schitterend bouwwerk worden. Dat moest ook wel, want het werd immers een paleis niet voor een mens, maar voor God de Heere.

In de Bijbel wordt de tijd genoemd dat Salomo de tempel begon te bouwen. Het was precies vierhonderdtachtig jaar na de uittocht uit Egypte. Vier jaar was Salomo nu koning en het volk van Israël stond op het toppunt van zijn macht. Maar het heerlijkste van alles was toch wel dat God de Heere bij Zijn volk wilde wonen.

Van vader David had Salomo de tekening van de tempel ontvangen. Ook de plaats waar de tempel moest komen, was bekend. Het was op dezelfde plaats waar eens Abraham zijn zoon Izak op het Moriagebergte had moeten offeren en waar vader David een altaar gebouwd had op de dorsvloer van Arauna.

Op de top van dat gebergte was echter niet voldoende plaats om een gebouw dat zo groot als een kerk moest worden, neer te zetten. Daarom werden er eerst grote stenen aangevoerd, die van de grond af opgestapeld werden tot de hoogte van de kruin. De ruimte tussen de berg en de muur van stenen werd met aarde aangevuld, zodat er op den duur een vlakte ontstond waarop de tempel gebouwd kon worden. Het fundament van de tempel rustte dus op de top van het Moriagebergte of op de berg Sion, een hoogte van tweehonderd meter.

Zoals een lichtende kaars op een kandelaar geplaatst werd, zo moest het huis des Heeren op een berg gebouwd worden, zodat het van ver te zien zou zijn.

Vier jaar duurde het eer de fundering klaar was. Het was een groot werk. De stenen moesten eerst uit de steengroeve met spaden en houwelen ontgraven worden. Daar werden ze ook gezaagd, geschuurd en sierlijk bewerkt. Als dat werk gebeurd was, werden ze kant en klaar naar Jeruzalem vervoerd. Daarom werd bij de bouw geen hamerklop gehoord. In de Bijbel staat dat er "geen hamers noch bijl of enig ijzeren gereedschap gehoord werd in het huis, als het gebouwd werd". Tijdens de tempelbouw ging het er dus stil en eerbiedig toe.

C.V.R.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 2004

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Uit de Bron (154a)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 2004

De Wachter Sions | 8 Pagina's