Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de Bron (154b)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Bron (154b)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Salomo bouwt de tempel

Na het leggen van de fundering werd met de eigenlijke bouw begonnen. Het huis des Heeren vertoonde veel overeenkomst met de tabernakel. Alleen werd de tempel groter en mooier. Aan weerszijden van de tempelpoort kwamen twee koperen pilaren of zuilen te staan. Zij waren negen meter hoog, terwijl de dak van de tempel vijftien meter was. Daarom dienden ze niet om het dak te ondersteunen, maar om het volk te onderwijzen. De rechtse pilaar heette Jachin en linkerpilaar Boaz. Jachin betekent: "Hij (= de HEERE) zal oprichten". En Boaz betekent: "In Hem (= de HEERE) is kracht".

De Heere wilde hierdoor Zijn volk leren dat Hij hen altijd helpen wilde, hoe groot de nood ook worden zou. Hij waakte over Zijn kinderen, zodat ze blij konden zingen:

De HEER', de God der legerscharen, Is met ons, hoedt ons in gevaren. De HEER', de God van Jakobs zaad. Is ons een burg, een toeverlaat. (Psalm 46:6)

Vóór de tempel werd eerst het voorhuis of de voorhal met twee toegangsdeuren gebouwd. Boven in de tempel kwamen vensters voor luchtverversing. Het waren kleine openingen die aan de buitenkant smal waren, maar naar de binnenzijde breed uitliepen. In oude kastelen tref je zulk soort vensters, die ook een beetje licht doorlaten, nog wel aan.

Rondom de tempel werden kamertjes gebouwd: een aanbouw van drie verdiepingen hoog. Door draai-of wenteltrappen kon men in de hoger gelegen kamertjes komen. Zij waren voor de dienstdoende priesters bestemd en dienden verder als opslagplaats voor materiaal en gereedschap, als schatkamer en als bibliotheek. Vanuit de tempel kon men niet in deze kamertjes komen. Daarom was er aan de buitenkant een aparte deur aan de zijkant gemaakt.

De muren van de tempel werden van natuursteen gemaakt. Die stenen hadden vaak mooie bewerkingen ondergaan. Ook zij kwamen "pasklaar" bij de bouw aan. De stenen muren werden aan de binnenkant voorzien van cederen planken, terwijl het sterke c5T)ressenhout voor de vloer werd gebruikt. Als dak werden cederhouten planken over een hecht balkenwerk aangebracht. In de planken werden versieringen van engelenfïguren, palmbomen, bloemen en vruchten gezien. Dat alles werd tenslotte met goud overtrokken. Net als bij de tabernakel was het in de tempel dus ook één flonkering van goud.

De hoofdingang van het tempelgebouw bezat een prachtige deur, gemaakt van olieachtig cypressenhout en ook weer voorzien van allerlei gegraveerde figuren die met goud overtrokken werden. Deze grote deur was zo gemaakt dat zij in vier gedeelten kon open gaan en aan gouden scharnieren draaide.

Rondom de tempel waren twee voorhoven: het grote voorhof voor het volk en de binnenste (of bovenste) voorhof dat als werkterrein voor de priesters diende.

Na zeven jaar hard werken kwam het huis van de Heere klaar. Met de voorbereiding erbij was er elf jaar aan de tempel van Salomo gebouwd.

We weten dat Salomo een type, een voorbeeld, van de Heere Jezus was. De Heere Jezus bouwt Zijn tempel, dat is Zijn Kerk, door de prediking van Zijn knechten. Eerst gebruikte Hij alleen Joodse knech­ ten, de apostelen, maar later nam Hij Zijn knechten uit allerlei volken.

Als de Heere door hun dienstwerk iemand bekeert, wordt hij als "een levende steen" aan Gods Kerk toegevoegd. Dat gaat stil en eerbiedig. Er wordt gesmeekt om vergeving en er wordt gezongen:

Mijn ziel is immers stil tot God; Van Hem wacht ik een heilrijk lot; Hij immers zal mijn rotssteen wezen. (Psalm 62:1)

Als straks de laatste steen is toegebracht, is de tempel van de Heere Jezus af Dan behoeft er niet meer "gebouwd" of gepreekt te worden. De tijd is dan voorbij en de eeuwigheid begint. Gods kinderen mogen dan bij de Heere wonen en een onuitsprekelijke heerlijkheid genieten. Die hemelse heerlijkheid werd in de tempel van Salomo maar heel zwak afgebeeld door o.a. al het goud en zilver, de engelenfiguren, de palmbomen, de bloemen en de vruchten.

Vraag aan de Heere of ook jij door genade "een levende steen" van Zijn tempel mag worden, zodat je eens mag zijn in die heerlijkheid die weggelegd is voor hen die de Heere liefhebben. Een heerlijkheid die "het oog niet heeft gezien en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des mensen niet is opgeklommen."

Geef dan eeuwig' eer Onzen God en HEER'; Klimt op Sion, toont Eerbied, waar Hij woont. Waar Zijn heiligheid Haren glans verspreidt; Heilig toch en t' eren Is de HEER' der heren. (Psalm 99:8)

C.V.R.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 april 2004

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Uit de Bron (154b)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 april 2004

De Wachter Sions | 8 Pagina's