Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Terzijde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Terzijde

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Advent en de NBV

Dat er een nieuwe bijbelvertaling, afgekort de NBV, is gekomen, zal geen krantenlezer, radioluisteraar of televisiekijker zijn ontgaan. Aan deze vertaling hebben roomse, protestantse, joodse en zelfs ongelovige vertalers broederlijk en zusterlijk samengewerkt. De enige voorwaarde - naast wetenschappelijke bekwaamheid - was, dat men de gekozen vertaaluitgangspunten deelde. Hoe totaal anders waren de voorwaarden, waaraan de Statenvertalers moesten voldoen! Geleerd, gereformeerd en tot God bekeerd, zo mogen we de eisen die de Dordtse Synode stelde, wel samenvatten.

Over de NBV hopen we in het decembernummer van Standvastig uitvoerig te schrijven met als titel 'Negen punten waarom de Nieuwe Bijbelvertaling niet aanvaardbaar is'. In De Wachter Sions willen wij op een van deze punten nader ingaan. Veel aandacht wordt in de beoordeling van deze nieuwe vertaling gegeven aan zaken als het gebruik van jij en jouw, de verkorting van de Naam des Heeren tot Heer en het verdwijnen van zeer veel vertrouwde woorden en uitdrukkingen. Hoe belangrijk zulke dingen ook zijn, ze raken het wezenlijke toch nog niet. Wezenlijk is, als de inhoud aangetast wordt. Christus heeft gezegd: Onderzoekt de Schriften, want die zijn het die van Mij getuigen. Als op dit punt de bazuin een onzeker of vals of helemaal geen geluid geeft, is dat alleen al voldoende om zulk een bijbelvertaling hartgrondig te verwerpen, want dan gaat het om de eer van Christus en de grondstukken van de leer der zaligheid. Het zal blijken, dat dit inderdaad het geval is.

Welhaast hopen we weer de geboorte van Christus in Bethlehem te gedenken. De vier weken die aan de kerstdagen voorafgaan, wordt dan stilgestaan bij de profetische voorzeggingen aangaande de komst van de Zone Gods in het vlees. Die weken worden de adventstijd genoemd. Advent betekent komst. Die komst heeft God Zelf in het paradijs beloofd. Naar die komst van de Messias hebben de gelovigen van de oude dag met verlangen uitgezien. Van die komst hebben de patriarchen en profeten veelvuldig gesproken, tot versterking van het geloof dat op de beloofde Messias deed hopen.

'Die zijn het die van Mij getuigen.' Maar dat moet wel gezien worden. Wetenschappelijke bekwaamheid in de bijbeltalen alleen is daarvoor niet genoeg. Paulus moest van zijn meeste volksgenoten zeggen, dat er een deksel op hun hart lag, wanneer zij het Oude Testament lazen, waardoor zij er niet in vonden dat Christus de beloofde Messias was. Maar van ieder die een leugenleer aanhangt, moet gezegd wordt dat bij het lezen der Schrift in meerdere of mindere mate een deksel op zijn hart ligt. Ten diepste wordt dat deksel pas weggenomen in de weg van de waarachtige bekering, 2 Korinthe 3:16. Pas het onderwijs door de Heere Jezus Zelf, in de harten van Zijn gunstgenoten, opent de ogen zo, dat zij op elke bladzijde van het Woord waarover Hij licht geeft. Hem mogen aanschouwen op ongekende wijze. Wat kunnen we jaloers zijn op de Emmaüsgangers om het onderwijs dat hun ten deel gevallen is: n begonnen hebbende van Mozes en van al de Profeten, legde Hij hun uit, in al de Schriften, hetgeen van Hem geschreven was, Lukas 24:27. Wat zouden bijbelvertalers goed af zijn, wanneer zij hun werk op basis van zulk onderwijs mochten doen! In elk geval zou hun dit een spoorslag moeten zijn om nauwkeurig acht te geven op hoe de apostelen die dit onderwijs van Christus genoten hebben, het Oude Testament gelezen, verklaard en toegepast hebben.

Wij hebben voor dit onderzoek de lijst adventsteksten ter hand genomen die de Statenvertalers gebruikt hebben. Hadden de Statenvertalers een lijst van adventsteksten? Ja, daarvoor moet men Handelingen 28:23 opslaan. Lukas verhaalt ons daar, dat Paulus de Joden in Rome poogde te bewegen tot het geloof in Jezus, beide uit de Wet van Mozes en de Profeten. Alweer, wat zouden wij er graag bij geweest zijn, hoe Paulus daar Christus gepredikt heeft uit het Oude Testament. Onze Statenvertalers hebben bij dit vers verwijzingen geplaatst naar zeventien teksten waarin geprofeteerd is van de komst van de Middelaar, te beginnen bij Genesis 3:15 en doorlopend tot Micha 7:20.

Dat is maar niet een willekeurig noteren geweest van een paar teksten die hun bij dat vers in de gedachten schoten. Neen, zo werkten de Statenvertalers niet. Want wanneer Paulus in het begin van zijn brief aan de Romeinen spreekt van het Evangelie Gods van Zijn Zoon, hetwelk Hij tevoren beloofd had door Zijn profeten, in de heilige Schriften, Romeinen 1:2, hebben zij ook daarbij diezelfde lijst van zeventien teksten gezet. En ook eerder, bij Handelingen 26:6, als Paulus tot koning Agrippa spreekt van de hoop der belofte, die van God tot de vaderen geschied is, treffen wij precies dezelfde lijst aan. Trouwens, wanneer we nog verder teruggaan, komen we deze opsomming nog viermaal tegen, bij Lukas 24:27, Johannes 1:46, Handelingen 10:43 en 13:32. Alleen hebben de Statenvertalers bij deze plaatsen enkele teksten weggelaten en bij Johannes 1:46 drie andere teksten toegevoegd.

Wij bepalen ons nu tot de lijst zoals we die bij Handelingen 28:23 vinden. Zeventien teksten, maar tezamen een en dezelfde belofte. De apostel spreekt in Handelingen 13:32 en 26:6 van belofte in het enkelvoud. Hebben onze Statenvertalers deze lijst zelf opgesteld? Of bestond zij al en hebben zij die overgenomen? Was het misschien een lijst die door de kinderen toen op de catechisatie uit het hoofd werd geleerd? Misschien dat nader onderzoek het antwoord op die vraag nog eens zal kunnen verschaffen. We moeten aan deze lijst ook niet te veel waarde hechten. Zo merkten we tot onze verbazing dat Jesaja 11 er niet op voorkomt. Maar we mogen haar wel hanteren als een lijst van de meest sprekende adventsteksten uit het Oude Testament.

We bezien nu de eerste. Genesis 3:15: n Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar Zaad; Datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult Het de verzenen vermorzelen. De Nieuwe Bijbelvertaling van dit vers luidt: ijandschap sticht ik tussen jou en de vrouw, tussen jouw nageslacht en het hare, zij verbrijzelen je kop, jij bijt hen in de hiel.

We kunnen schrikken van het weglaten van de eerbiedshoofdletters, en van het jij en jouw, maar dat is niet het ergste wat er met deze tekst is gebeurd. Het belangrijkste is, wat de vertalers gedaan hebben met het vrouwenzaad. Om dit toe te lichten, merken we eerst op, dat de grondtalen van de Bijbel, het Hebreeuws en Grieks, het verschil tussen hoofdletters en kleine letters niet kennen. Uit eerbied gebruiken wij in het Nederlands een hoofdletter als het om een van de Goddelijke Personen gaat, maar in de grondtekst is dat niet te zien. De vraag die uitleggers al zeer lang verdeeld houdt, is, wat er bedoeld wordt met het zaad der vrouw: aar gehele nageslacht of een enkel persoon uit dat zaad. De ene partij zegt, dat zoals onder het slangenzaad alle kinderen des duivels verstaan worden, met het vrouwenzaad alle nakomelingen van Eva worden bedoeld. Neen, zegt de andere partij, het Hebreeuwse woord zera (zaad) kan wel degelijk één persoon aanduiden, zie bijvoorbeeld Genesis 4:25 en 21:13, en dat is hier zeker bedoeld; hier wordt de komst van Christus als het grote Vrouwenzaad aangekondigd. Zeker kan het ganse nageslacht van Eva niet bedoeld zijn, want dat zou nooit in vijandschap met het slangenzaad komen, integendeel, het grootste deel van het menselijk geslacht zou zelf tot het geestelijke slangenzaad behoren. En ook van het kleine kuddeken kan niet gezegd worden, dat het satans kop zou vermorzelen.

Hier wordt beloofd een zaad der vrouw, dus een waarachtig mens, Zijn broederen in alles gelijk, maar tegelijk waarachtig God, want dit zaad zou de duivel de kop vermorzelen. Dat kon alleen wanneer Hij sterker zou zijn dan alle schepselen. Het vermorzelen van Zijn verzenen ziet op Zijn lijden in Zijn menselijke natuur. Indien Zijn Godheid Zijn mensheid niet ondersteund had, zou Hij voor altijd omgekomen zijn. De verzenen vermorzeld, dat houdt in dat Hij zou nederstorten, en wel in het stof des doods. Dat Hij niet het zaad van Adam, maar

van Eva genoemd wordt, daarin heeft men wel een aanduiding van Zijn maagdelijke geboorte gezien. Tegelijk mag gezegd worden, dat tot dit gezegend Vrouwenzaad ook al degenen behoren die van Christus zijn, waarvoor men vergelijke Galaten 3:16 en 29. Zo is er ook in de kanttekeningen op Genesis 3:15 erover gesproken.

In hun vertaling laten de Statenvertalers echter beide uitlegmogelijkheden open. Zij hebben namelijk het Hebreeuws letterlijk overgezet. 'Zaad' kan dan inderdaad naar de letter zowel al het nageslacht van Eva, als alleen Christus betekenen. Maar de mensen van de NBV waren er blijkbaar zo zeker van, dat Christus hier niet bedoeld is, dat zij die uitleg afgesneden hebben door 'zaad' (nageslacht) als een meervoudig begrip te behandelen en te vertalen 'zij verbrijzelen je kop', terwijl er in het Hebreeuws duidelijk enkelvoud staat: ij zal vermorzelen. Daarmee is Genesis 3:15 nadrukkelijk anti-messiaans opgevat en vertaald.

De kerk heeft door alle eeuwen heen dit woord als een belofte van de Messias gezien. Zij wordt terecht de moederbelofte genoemd, omdat zich uit haar die brede stroom van profetieën ontwikkeld heeft die op Christus zien. Genesis 3:15 wordt ook genoemd het protevangelie, het eerste Evangelie, omdat het reeds het gehele Evangelie en de kern van het genadeverbond bevat, dat God alzo lief de wereld gehad heeft, dat Hij Zijn Zoon zou zenden, opdat God Zelf de werken des duivels verbreken zou. De NBV-vertaling van dit vers, waarin geen Evangeliebelofte meer is op te merken, is een ernstige dwaling.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 november 2004

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Terzijde

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 november 2004

De Wachter Sions | 12 Pagina's