Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

3. De geboorte van Mozes

Bekijk het origineel

3. De geboorte van Mozes

Wonderheden in het veld van Zoan en wonderwerken in het land van Cham

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer de Israëlieten de rivier de Nijl zagen, konden ze niet anders denken of die rivier betekende hun ondergang. Farao had immers geboden dat zijn hele volk er mede op moest toezien dat alle jongetjes van de Israëlieten in de Nijl zouden worden verdronken. Er moest een einde aan het volksbestaan van Israël komen. Die rivier betekende dus het onherroepelijke einde van het volk van God. Maar hoe wonderlijk werkte de Heere. Wat de ondergang inhield, zou juist moeten meewerken aan het behoud van het geplaagde en verdrukte volk.
In Exodus 2 wordt ons de geboorte van Mozes beschreven. Tegen het gebod van de koning in werd het jongetje drie maanden thuis verborgen. In Hebreeën 11: 23 lezen we: Door het geloof werd Mozes, toen hij geboren was, drie maanden lang van zijn ouders verborgen, overmits zij zagen dat het kindeken schoon was; en zij vreesden het gebod des koning niet. Stéfanus zegt in zijn rede voor de Joodse raad: In welken tijd Mozes werd geboren, en was uitnemend schoon (Hand. 7:20).
Ds. G.H. Kersten haalt in zijn bekende boek ’Meer dan overwinnaars’ de godgeleerde John Owen aan die zegt dat het woord ’schoon’ hier hetzelfde betekent als wat de Heere sprak toen Hij Zijn schepping keurde : En zie het was zeer goed. Hierin was meer dan alleen een natuurlijke schoonheid te bespeuren. De ouders zagen er ’een aanduiding in van een vriendelijk voornemen Gods ten zijnen opzichte en een gelukkig voorteken van iets groots,’ zegt Matthew Henry. Ds. Kersten zegt: ’De Heere verlichtte hun oog om in de uitnemende schoonheid de bijzondere roeping te bemerken waartoe God dit kindeke bestemd had tot verlossing van het ten dode opgeschreven volk’ (blz. 139).
We lezen in Ex. 2: 2: Toen zij (dat is moeder Jochebed) hem zag dat hij schoon was, zo verborg zij hem drie maanden. Hoewel in de brief aan de Hebreeën wordt gesproken over de ouders, zo wordt in Exodus 2 alleen over de moeder gesproken: de moeder verborg hem, zij nam een kistje van biezen en belijmde het met lijm en pek. Maar moeder Jochebed heeft dat alles gedaan met goedkeuring en medeweten van haar man Amram, die met de andere Israëlitische mannen slavendienst voor Farao moest verrichten.
Het jongetje werd drie maanden in huis verborgen, maar toen was het niet langer meer verantwoord hem in huis te houden. Er is wel opgemerkt dat het geloof van de ouders na drie maanden begon te wankelen, maar zo moeten we het niet zien. Aannemelijker is wat ds. Kersten schrijft. Hij zegt dat het ware geloof niet de middelen verzuimt en niet onvoorzichtig handelt. Nadat de ouders eerst in de weg der middelen drie maanden lang hun kind thuis hadden weten te verbergen, brachten ze het daarna in een biezen kistje naar de Nijl, omdat het niet langer verantwoord was het groter wordende jongetje thuis te houden. En zijn zuster stelde zich van verre, om te weten wat hem gedaan zou worden (Ex. 2:4). Dat zusje heette Mirjam, wat volgens sommigen, net als Mara en Maria ’bitterheid’ betekent en in die naamgeving zouden de ouders dus te kennen hebben gegeven dat ze onder bittere omstandigheden leefden.
In de rivier de Nijl lag nu de toekomstige redder van Israël. Terwijl de Joodse jongetjes in die rivier werden verdronken, verborg de Heere hem in dezelfde rivier. Hoe wonderlijk zijn Gods wegen.
We kennen verder het verloop van de geschiedenis. De dochter van Farao ging met haar gevolg naar de rivier om zich te wassen en één van haar dienstmeisjes merkte het biezen kistje op. Mozes werd ontdekt en alweer door Gods wonderlijke besturing werd het kind grootgebracht op het paleis van Farao. We weten niet welke naam Mozes bij zijn geboorte heeft gehad. Daar zijn wel gissingen naar gemaakt, maar de Bijbel zwijgt daarvan en vertelt ons alleen dat de dochter van Farao hem Mozes heeft genoemd. Die naam betekent: ’Uit (het water) getrokken’. Op het paleis werd Mozes onderwezen in alle wijsheid der Egyptenaars, en was machtig in woorden en werken (Hand.7:22).
Toen hij veertig jaar oud was en al die tijd op het paleis had doorgebracht kwam hem in zijn hart zijn broeders, de kinderen Israëls, te bezoeken. Het zaligmakende geloof, reeds van jongsaf in hem aanwezig, kwam openbaar toen hij uit liefde dat volk ging bezoeken. In Hebreeën 11:25 lezen we: Verkiezende liever met het volk Gods kwalijk behandeld te worden, dan voor een tijd de genieting der zonde te hebben; Achtende de versmaadheid van Christus meerderen rijkdom te zijn dan de schatten in Egypte; want hij zag op de vergelding des loons. Mozes verkoos liever zijn leven te besteden in de dienst van God, ondanks alle moeilijkheden die eraan verbonden waren, dan voor een tijdlang de vermakingen en gemakken van het hof van Farao te genieten. In de ogen van wereldse mensen was het een dwaze keus, want waarschijnlijk zou hij de opvolger van Farao zijn geworden.
Maar Mozes had door genade de ware rijkdom op het oog: hij zag op de vergelding des loons, zegt de Bijbel. Dat loon was het genadeloon van de eeuwige heerlijkheid dat al Gods kinderen bij hun sterven mogen ontvangen.
Het gevolg van zijn bezoek aan het verdrukte volk was dat hij een Egyptenaar doodsloeg.
Hiermee wilde hij zijn volk te kennen geven dat God hem ging gebruiken om hen te verlossen uit de klauwen van de tiran. Maar de Israëlieten hebben het niet verstaan ’uit onachtzaamheid of halsstarrigheid’ zegt kanttekening 46 op Hand. 7:25. Op die manier verloochenden zij Mozes, sprak Stéfanus. Hierna moest Mozes naar de woestijn vluchten om zijn leven te redden en het volk zou nog veertig jaar ’in de ijzeren oven’ moeten blijven.
Op tachtigjarige leeftijd werd hij bij het brandende braambos van achter de schapen geroepen om tot Farao te gaan, want de Heere sprak: En nu, zie, het geschrei der kinderen Israëls is tot Mij gekomen; en ook heb Ik gezien de verdrukking waarmede de Egyptenaars hen verdrukken. Het einde van de slavendienst was in zicht.
Hoopt op den HEER’, gij vromen;
Is Israël in nood,
Er zal verlossing komen;
Zijn goedheid is zeer groot
(Ps. 130:4).

(Volgende keer D.V. 4. Nu zult gij zien wat Ik doen zal)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 december 2013

De Wachter Sions | 8 Pagina's

3. De geboorte van Mozes

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 december 2013

De Wachter Sions | 8 Pagina's