Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

6. Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

6. Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Heere Jezus heeft zeven kruiswoorden gesproken. Die zeven woorden of zinnen luiden:
1. Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen (Luk. 24:34).
2. Voorwaar zeg Ik U: Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn (Luk. 24:43);
3. Vrouw, zie, uw zoon. Zie, uw moeder (Joh. 19:26 en 27).
4. ELI, ELI, LAMA SABACHTHANI? Dat is: Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten? (Matth. 27:46); ELOÏ, ELOÏ, LAMA SABACHTHANI? Hetwelk is, overgezet zijnde: Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten? (Mark. 15:34).
5. Mij dorst (Joh. 19:28).
6. Het is volbracht (Joh. 19:30).
7. Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn geest (Luk. 23:46).
Van de zeven kruiswoorden treffen we er één aan in Mattheüs, één in Markus, drie in Lukas en drie in Johannes. Zoals we zien staat het vierde kruiswoord - enigszins verschillend weergegeven - in Mattheüs en in Markus. De kruiswoorden 1, 2 en 3 zijn in de morgen gesproken (tussen 9 en 12 uur), de kruiswoorden 4 en 5 op de middag (omstreeks 12 uur ) en de kruiswoorden 6 en 7 om 3 uur, tijdens het avondoffer.
In het bekende Stock Handboek voor de Bijbelse Geschiedenis lezen we in verband hiermee het volgende: ’De Heere Jezus sprak ”zeven woorden” aan het kruis. De eerste drie hadden betrekking op anderen: een gebed voor Zijn vijanden, een belofte aan een boetvaardige zondaar en een laatste woord tot twee mensen, die Hij liefhad. De volgende twee woorden zijn een uiting van Zijn eigen lijden. Eerst van het lijden van Zijn ziel (Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?), dan van Zijn lichamelijke smart (Mij dorst).
In het zesde kruiswoord roept Hij triomfantelijk uit dat Hij voor Zijn volk de volkomen zaligheid heeft verworven; dat Hij voleindigd heeft het werk, dat de Vader Hem opgedragen had. Terwijl Hij in het laatste kruiswoord Zijn geest in de handen van Zijn Vader stelt (…).
Er zijn zeven kruiswoorden bij de vier evangelisten, maar geen van hen heeft ze alle neergeschreven. Hieruit blijkt duidelijk dat deze boeken als het ware de vier stemmen zijn die tezamen een schone harmonie vormen.’
Wanneer we de zeven kruiswoorden bekijken, zien we dat het tweede kruiswoord de moordenaar aan het kruis betreft. Het derde kruiswoord is gericht tot Maria en Johannes. De meeste verklaarders houden die volgorde aan. Zoals we zagen gaat het ’Stock Handboek’ er vanuit, alsook het bekende ’leerboek van de Heilige Geschiedenis’ van I. Snoek en het bekende werk van ’Bij de Bron’ van ds. P. ten Have, dat het tweede kruiswoord werd gesproken tot de moordenaar. Ook ds. C. Hegeman, ds. A. Pink, ds. E. Fransen en C. Huisman in zijn ’De Bijbelse Geschiedenis met vragen en antwoorden’ houden die volgorde aan.
Anderen zoals ds. A. van Voorden, ’Leren en leven’ van P. Cammeraat en ds. I. Kievit gaan er vanuit dat het tweede kruiswoord werd gesproken tot Maria en Johannes, en het derde tot de moordenaar. Wat is de juiste volgorde?
Ds. I. Kievit merkt bij de behandeling van het derde kruiswoord terecht op: ’Thans willen wij het derde kruiswoord met elkander overdenken (…). Volgens sommigen is dit het tweede en de opdracht aan Johannes het derde. Met zekerheid kan dit niet worden uitgemaakt. Het doet ook verder niet ter zake. De waarheid verandert er niet door.’
Hoe verspreiden de zeven woorden aan het kruishout het licht van Hem Die in de zevenarmige kandelaar werd afgebeeld en waarvan we lezen dat hij was gemaakt van louter goud, geslagen uit één stuk of klomp (Ex. 25:31).
Johannes, verbannen op Patmos, zag zeven gouden kandelaren, voorstellende de zeven gemeenten die onder Christus’ zorg vielen (Openb. 1:12).
Wat kwam die trouwe zorg ook uit in de zeven kruiswoorden die Christus aan het kruis sprak:
- Zijn bidden voor de vijanden;
- Zijn reddende liefde van de ene moordenaar;
- Zijn zorg voor Maria;
- Zijn trouwe zorg in het willen lijden en sterven voor al Zijn kinderen aan het vervloekte kruishout;
Gods kinderen belijden dat ’Hij Zijn gezegend lichaam aan het kruis heeft laten nagelen, opdat Hij het handschrift onzer zonden daaraan zou hechten (dat betekent: de schuld heeft willen betalen); en heeft alzo de vervloeking van ons op Zich geladen, opdat Hij ons met Zijn zegening vervullen zou’, staat er in het Avondmaalsformulier.
Laten we bedenken dat Jezus’ eerste kruiswoord de vergeving van zonden betrof. Alsof Hij wilde aangeven, wat Hij zo vaak had gezegd: Vergadert u geen schatten op de aarde, waar ze de mot en roest verderft, en waar de dieven doorgraven en stelen. Maar vergadert u schatten in den hemel, waar ze noch mot noch roest verderft (Matth. 6:19 en 20).
Tijdens Zijn omwandeling op aarde wees Hij voortdurend op de noodzaak van de wedergeboorte of de bekering. Tot Nicodémus sprak Hij de bekende woorden: Voorwaar, voorwaar zeg ik u, zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan het Koninkrijk Gods niet ingaan (Joh. 3:5). Dat wil zeggen dat een mens door de kracht van de Heilige Geest van de zonde moeten worden gereinigd (kantt. 8).
Die noodzakelijkheid van de vergeving wilde de Heere Jezus nogeens stervend benadrukken door het uitspreken van het eerste kruiswoord onder zeer smartelijke omstandigheden.
Hoe benadrukte de Heere Jezus stervend aan het kruishout om toch niet in de eerste plaats bezorgd te zijn voor allerlei aardse dingen en ons druk te maken voor niet-wezenlijke zaken - want al deze dingen zoeken de heidenen (Matth. 6:32) - maar om vooral de dingen van Gods Koninkrijk te zoeken. Vandaar Zijn ernstige vermaning: Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u toegeworpen worden (Matth. 6:33).

Vergeef mij al mijn zonden,
Die Uwe hoogheid schonden
(Ps. 6:2).

(Volgende keer D.V. 7. Deze heeft niets onbehoorlijks gedaan)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 januari 2015

De Wachter Sions | 8 Pagina's

6. Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 januari 2015

De Wachter Sions | 8 Pagina's