Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Baptisme (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Baptisme (2)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Er is niets mis met het besprengen van het doopwater. Integendeel. Er zijn in de Bijbel veel voorbeelden van besprenging. Daarbij werd heengewezen naar het bloed van de Heere Jezus. Degene of datgene wat ermee besprengd werd, was geheiligd (afgezonderd, apart gezet) tot de dienst van de Heere. Precies als bij onze doop.
Anderzijds is onderdompelen ook geheel Bijbels
Kortom: de manier van dopen mogen wij bij de baptisten niet afkeuren, en zij mogen die bij ons niet afwijzen. Dát werd uitgelegd in het vorige artikel.

Geloofsdoop
Waar wij wel heel verschillend over denken is de geloofsdoop. Wat betekent dat? Ik citeer de Unie van baptisten: ”Baptisten benadrukken het grote belang van persoonlijk geloof. Daarom is de doop voorbehouden aan diegenen die een persoonlijk getuigenis afleggen dat Jezus hun Heer en Redder is.”
De baptisten wijzen daarbij op het Nieuwe Testament. Op de Heere Jezus Zelf. Op de vele mensen die door Johannes de Doper gedoopt zijn. Ze wijzen op Lydia, op de stokbewaarder, op de kamerling van Candacé, enz. enz.
Je weet wat de kamerling tot Filippus zei? Ziedaar water; wat verhindert mij gedoopt te worden? En wat antwoordde Filippus? Indien gij van ganser harte gelooft, zo is het geoorloofd.
Ook hier de geloofsdoop bij een volwassene. Geheel Bijbels!

Volwassendoop
Precies hetzelfde gebeurt in onze kerken bij volwassenen die als kind niet gedoopt zijn.
Ook dan vraagt de kerkenraad een getuigenis van het persoonlijk geloof. Evenals bij de kamerling van Candacé. Alleen dán, zegt Filippus terecht, is het geoorloofd.
In de tijd van de eerste christengemeenten werden veel volwassenen uit de heidenen bekeerd. Het is dan ook heel begrijpelijk dat zij eerst geloofsbelijdenis moesten afleggen en daarna pas gedoopt mochten worden.
Maar, zeg jij natuurlijk, waar ligt dan wél het grote verschil tussen de baptisten en ons?
Bij de kinderdoop.
Wij leren niet dat er alléén personen gedoopt mogen worden die kunnen getuigen dat zij bekeerd zijn. Bij ons worden vooral kleine kinderen gedoopt. Baby’s kunnen nog geen getuigenis afleggen van persoonlijk geloof.
Daarom mogen zij volgens de baptisten niet gedoopt worden.
Is dat een Bijbels standpunt? We gaan dat eerlijk onderzoeken.

De stokbewaarder en Lydia
We lezen heel nauwkeurig de geschiedenis van de stokbewaarder te Filippi. Wat deed hij nadat hij bekeerd was? Daar midden in de nacht riep hij zijn hele huis bij elkaar. Dat zullen zijn vrouw, kinderen en knechten geweest zijn. Waarom moesten zij komen? Om te luisteren naar wat Paulus tot hen sprak over de Weg ter zaligheid!
En wat staat er dan? En hij (de stokbewaarder) werd terstond gedoopt en al de zijnen (Hand. 16:33).
Waren toen de kinderen van de stokbewaarder ook allemaal bekeerd? De Heere is er machtig genoeg voor. Maar ze werden wel allemaal gedoopt!
Datzelfde lezen van het gezin van Lydia de purperverkoopster. Ook haar hart was door de Heere geopend, zodat zij acht nam op hetgeen door Paulus gezegd werd. Ook zij werd gedoopt én haar huis!
Toen Lydia en de stokbewaarder bekeerd werden, wilden ze – ik zeg het eenvoudig – dat ook alle leden van hun huisgezin christelijk zouden worden. Dáárom werden zij allemaal gedoopt.
Wat zeggen Lydia en de stokbewaarder daarmee? (En wat zeggen de ouders van nu ook?)
Wij willen onszelf en ons hele gezin stellen onder het gezag van God. Wij willen ons afzonderen van de wereld. Niet omdat we beter zijn dan anderen. Maar we willen proberen te doen, niet wat de wereld, maar wat de Heere van ons vraagt.
We willen komen onder de verkondiging van Zijn Woord. Onder de bediening van het genadeverbond. Natuurlijk óók onze kinderen!
Zouden de zonden van onze kinderen niét afgewassen kunnen worden door het bloed van de Heere Jezus? Gelukkig wel. Ze zijn daar écht niet te klein voor!
En dáárom is het, dat wij ze laten dopen!

Het is ook Gods bevel
Wat doen Lydia en de stokbewaarder? En wat doen onze ouders? Hetzelfde als Abraham deed. Wat deed hij? Luisteren naar het bevel van God.
Abraham moest degenen die tot zijn huis behoorden, laten besnijden. Waarom? Als teken van het verbond tussen de Heere en het volk Israël. Wat zei de Heere toen Hij het bevel tot de besnijdenis gaf? Dit is Mijn verbond, dat gijlieden houden zult tussen Mij en tussen u en tussen uw zaad na u: dat al wat mannelijk is u besneden worde (Gen. 17:10).
Zie je het woordje ’zult’ staan? Inderdaad een bevel! Zo móest het volk het doen.
En wie het niét zo deed? Lees het in Gen. 17 vers 14: Hij heeft Mijn verbond gebroken. Een man of jongen die het teken van het verbond niet had, moest zelfs … gedood worden.
Je weet dat de besnijdenis bloedig was. Dat wees heen naar het bloedig lijden en sterven van de Heere Jezus. Ná dat sterven hoefde het teken van het verbond niet meer bloedig te zijn. Christus’ lijden was volbracht. En wat gebeurde er?
De Heere Jezus Zélf herhaalde het bevel dat Abraham al had gekregen! Hij gaf de discipelen de opdracht: Gaat dan heen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in den Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes.
Zie je het staan? Al de volken. En horen kinderen niet bij het volk? Natuurlijk wel!
En mag je bij zo’n opdracht van de Heere zelf weten of je het wel of niet doet? Je weet zelf het antwoord wel.
De Heere Jezus zei met deze woorden ook, dat de openbaring van het genadeverbond niet meer beperkt was tot het volk Israël. Ook heidenen zouden mogen komen binnen de kring van dat verbond mét hun kinderen: Want u komt de belofte toe én uw kinderen. Baptisten, zouden dan die kinderen het téken van het verbond (de doop) niet mogen krijgen?

Er is méér nodig
We hebben gezien de bijzondere eenheid tussen het Oude en Nieuwe Testament.
Diezelfde eenheid zie je bij het wijzen op wat méér nodig is dan alleen de uitwendige besnijdenis of doop. Besnijdt dan de voorhuid uws harten (Deut. 10:16).
Om onze ziel zit als het ware een dikke huid.
Die moet er af! Dan zien en voelen we pas écht hoe erg onze zonden zijn. Dan horen we met andere oren naar Gods Woord.
Dan worden we niet met water, maar met de Heilige Geest gedoopt.
Op de noodzaak daarvan wees Johannes de Doper met klem!
Mag ik dat ook doen voor jou en voor mijzelf?

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 2015

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Baptisme (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 2015

De Wachter Sions | 8 Pagina's