Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De tabernakeldienst (151)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De tabernakeldienst (151)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

We willen nogmaals uw aandacht vragen voor het dekkleed dat geweven was van geitenhaar. Hoewel dit dekkleed tot bescherming tegen allerlei weersgesteldheden diende, was het ook een afbeelding dat God in Christus de Beschermer is van Zijn strijdende Kerk in deze huilende wildernis. Daarom ligt er in de tabernakeldienst een rijke en onuitputtelijke stof om te overdenken, te schrijven en te preken. We zien het dan ook als een liefdesplicht om over God in Christus te schrijven. We hebben echter het onderwijs van Christus' Geest nodig, anders blijft de geestelijke betekenis voor ons duister. Misschien kijkt u er vreemd van op als we schrijven dat de rechte betekenis meestal na een tijd van duisternis of aanvechtingen wordt verklaard. We willen hierop nader ingaan nu we over de luifel van geitenhaar willen schrijven die, als het begon te regenen, boven de ingang van de tabernakel werd gehangen. We willen u eerst wijzen op het aantal banen en de afmetingen van het kleed van geitenhaar.

Het aantal banen en de afmetingen van het kleed van geitenhaar

Mozes kreeg van de Heere opdracht om het kleed van geitenhaar in de juiste afmetingen als een tent over de tabernakel te maken: Ook zult gij gordijnen uit geitenhaar maken tot een tent over den tabernakel; van elf gordijnen zult gij die maken. De lengte ener gordijn zal dertig ellen zijn en de breedte ener gordijn vier ellen; deze elf gordijnen zullen één maat hebben. En gij zult vijf dezer gordijnen aan elkander bijzonder voegen, en zes dezer gordijnen bijzonder; en de zesde dezer gordijnen zult gij dubbel maken, recht vóór op de tent. (Exod. 26:7-9).

Het binnenkleed dat tot de tabernakel behoorde had tien banen die aan elkaar waren vastgemaakt met vijftig gouden haakjes en vijftig hemelsblauwe striklisjes. Elke baan was 12 ½ meter lang en 1,80 breed, zodat de totale breedte van het binnenkleed achttien meter was.

Het dekkleed van geitenhaar was echter langer en breder. Het bestond namelijk uit elf banen, en elke baan was 13 ½ meter lang en 1,80 breed, met een totale breedte van bijna twintig meter. Het dekkleed bestond uit vijf en zes banen die aan elkaar verbonden waren door vijftig koperen haakjes en vijftig striklisjes. Het kleed van geitenhaar hing in haar breedte over de lengte van de tabernakel. Wat van dit dekkleed aan beide zijden en van achteren overschoot, hing aan de buitenkant langs de berderen of planken (12,13), en werd door middel van koperen pennen en sterke touwen aan de grond vastgemaakt (Exod. 27:19; 35:18; 38:20, 31).

De bijzondere luifel en haar geestelijke betekenis

Omdat het binnenkleed uit tien banen bestond en het kleed van geitenhaar uit elf banen, bleef er aan de oostzijde van de tabernakel, boven de ingang naar het heilige, één baan over. Deze werd omgeslagen zoals we in vers 9 lezen: De zesde dezer gordijnen zult gij dubbel maken, recht vóórop de tent. Men gaat er vanuit dat als het begon te regenen, deze zesde baan naar beneden werd uitgerold en door middel van koorden of stokken als een schuin afdak van bijna twee meter breed boven de ingang van de tabernakel werd gehangen. Hierdoor bleef het voorhangsel dat toegang tot het heilige verschafte droog en hadden de priesters voldoende gelegenheid om onder de luifel naar de deur van het heiligdom te gaan. We schreven dat als het regende men deze zesde baan uitrolde om als luifel te dienen. Als tevens de zon scheen, openbaarde de Heere Zijn regenboog boven de beschermende luifel van geitenhaar.

Dit alles heeft ons ook veel voor het zielenleven te zeggen. Mag u ónder de beschermende luifel van het kleed van Christus' gerechtigheid staan en is de boog van God de Vader bóven u als teken van Zijn onbezweken trouw? Dit is werkelijk geen onbekende vraag voor u die hebt ingeleefd dat uw beste gerechtigheid als een wegwerpelijk kleed is en u door uw godsdienstige gronden bent heengezakt. U vlucht weg van mensen, eigengerechtigheid en vrome godsdienst omdat zij u geen bedekking voor God geven. U hoort tot uw verwondering de nodiging: Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven (Matth. 11:28). U vlucht daarop als een verloren zondaar tot Christus, de veilige Toevlucht, Die middels de luifel van geitenhaar werd afgebeeld. Christus is voor u de beschermende Luifel in alle gevaren. Dat maakt u vrolijk zoals de profeet Jesaja getuigt: Ik ben zeer vrolijk in den HEERE, mijn ziel verheugt zich in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen des heils (Jes. 61:10). Wanneer de Heere u brengt onder Christus' beschermende armen zoals de luifel van twee meter dit afbeeldde, bekleedt Hij u ook met het kleed van ootmoed, zoals Petrus schrijft: Zijt met de ootmoedigheid bekleed (1 Petr. 5:5). Genade brengt altijd laag aan Christus' voeten omdat u niet kunt begrijpen dat Hij Zich over u wil ontfermen.

Vaders regenboog

Vrienden, wie kan recht verklaren wat het inhoudt als de Heere ons onder de luifel van Zijn bescherming brengt en Zijn regenboog toont als een teken van Zijn onbezweken trouw? Wij niet! Maar we kunnen wel uit nieuwe ondervinding iets van Christus meedelen wanneer we over deze bijzondere luifel schrijven die als het begon te regenen boven de ingang van de tabernakel werd uitgerold. We kunnen uit eigen ervaring meedelen dat Zijn regenboog in de hemel onze getuige is dat Christus uit de dood is opgestaan en leeft tot in alle eeuwigheid, en dat het waar is wat Hij in Openbaring 21:5 zegt: Zie, Ik maak alle dingen nieuw.

We hopen dat u het ons niet kwalijk neemt als we hierover iets willen schrijven. Het is ongeveer een half jaar geleden dat we op weg naar de kerk gingen om voor het eerst met de belijdeniscatechisatie te beginnen. Door bepaalde voorvallen waren we erg moedeloos, waardoor we satan gehoor gaven die ons wijsmaakte dat er van de kerk niets zou overblijven. Toen we halverwege waren, zagen we in de verte de toren van ons kerkgebouw boven de bomenrij uitsteken, en we ontdekten ineens een prachtig gekleurde regenboog. Deze boog werd voor ons Vaders regenboog, omdat Hij tegelijk de volgende woorden met kracht in onze ziel sprak: Hij zal genade en eer geven (Ps. 84:12). Dit ging gepaard met bijzondere indrukken van Gods liefde en trouw. Zo maakte Christus in een ogenblik alle dingen nieuw. Hoe dierbaar werd Christus, de Roos van Saron en de Lelie der dalen, Die door Zijn geur opnieuw ons hart vrolijk maakte omdat we Zijn zielsinnemende liefde en Zijn beschermende handen als de luifel van geitenhaar boven ons gewaar werden.

Meestal spreken we over ‘de’ regenboog, maar als we onder de luifel van geitenhaar staan die op Christus' bescherming wijst, en Hij Zijn blijvende liefde en trouw door middel van de regenboog bevestigt, dan zien we het als ‘Vaders’ boog: Mijn boog heb Ik gegeven in de wolken (Gen. 9:13). Niet alleen als teken van het Noachitisch verbond dat de wereld niet meer door water zal vergaan, maar ook van het genadeverbond. We kunnen vergeetachtig worden zodat we tekst en vindplaats niet meer weten waarmee de Heere ons jaren geleden verzekerde, maar de inhoud van de volgende woorden blijft van kracht: Alzo heb Ik gezworen dat Ik niet meer op u toornen noch u schelden zal (Jes. 54:9).

Thomas Watson zegt het zo kernachtig: ‘Als er in de ziel niets anders zijn dan wolken van droefheid, en de Heere brengt dan vergeving – hetgeen het oprichten is van een regenboog in de wolken, om de zondaar te verkondigen dat de vloed van toorn hem niet zal verzwelgen – o, wat is er dan een blijdschap bij het zien van deze regenboog! De ziel die tevoren doorweekt was van tranen, smelt nu in liefde tot God. (Luk. 7:38, 47). ’We kunnen daarom van harte met Samuel Rutherford instemmen: ‘Onze zaligheid is zo oud als de eeuwigheid en zo oud als Christus. En Christus is zo oud als God!’ Straks zal Gods volk geen luifel ter bescherming en regenboog ter bevestiging nodig hebben, omdat zij veel hoger dan boog en wolken in Vaders huis mogen zijn om daar God Drie-enig eeuwig te eren! Heere, zegen deze overdenking aan de lezers.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 4 mei 2016

De Wachter Sions | 8 Pagina's

De tabernakeldienst (151)

Bekijk de hele uitgave van woensdag 4 mei 2016

De Wachter Sions | 8 Pagina's