Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bij het begin van een nieuw catechisatieseizoen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bij het begin van een nieuw catechisatieseizoen

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De HEERE heeft een getuigenis opgericht in Jakob, en een wet gesteld in Israël, die Hij onzen vaderen geboden heeft, dat zij ze hun kinderen zouden bekendmaken, opdat het navolgende geslacht die weten zou, de kinderen die geboren zouden worden; en zouden opstaan en vertellen ze hun kinderen; en dat zij hun hoop op God zouden stellen en Gods daden niet vergeten, maar Zijn geboden bewaren. Psalm 78:4-7

Geliefde lezers,

Deze meditatie staat in het teken van het nieuwe catechisatieseizoen dat voor de meeste gemeenten zeer binnenkort aanbreekt. Het past ons allen om de Heere te erkennen dat Hij ons en onze kinderen dit grote voorrecht wil schenken. Bovenal hopen we van harte dat de getrouwe Verbonds-God het eenvoudige onderwijs aan de harten van onze geliefde jeugd wil zegenen. Hij geve al onze geliefde medebroeders en alle andere catechiseermeesters wat zij persoonlijk en ambtelijk nodig hebben om dit belangrijke onderwijs te mogen geven.

We zouden het onderwijs dat onze kinderen op catechisatie mogen ontvangen vervolgonderwijs willen noemen. Immers, het catechiseren van onze kinderen is in de eerste plaats een opdracht van ons als ouders. Het eerste eenvoudige onderwijs uit Gods Woord moet dus thuis plaatsvinden. Bij de doop van onze kinderen hebben we voor Gods heilig aangezicht plechtig beloofd dat we onze kinderen, als zij tot hun verstand zouden gekomen zijn, naar ons vermogen, dat wil zeggen, met alles wat in ons, zouden onderwijzen.

De opdracht daartoe lezen we in Deuteronomium 4: Alleenlijk wacht u en bewaar uw ziel wel, dat gij niet vergeet de dingen die uw ogen gezien hebben; en dat zij niet van uw hart wijken al de dagen uws levens; en gij zult ze uw kinderen en uw kindskinderen bekendmaken (vs. 9). Twee hoofdstukken verder lezen we dezelfde opdracht, maar dan met nog meer nadruk: En gij zult ze uw kinderen inscherpen en daarvan spreken, als gij in uw huis zit en als gij op den weg gaat, en als gij nederligt en als gij opstaat (Deut. 6:7).

Ook in de woorden van onze overdenking bepaalt Asaf ons bij deze opdracht. In vers 4 zegt hij dat de HEERE de vaderen gebóden had om Zijn wetten en inzettingen, alsook de grote daden des Heeren hun kinderen bekend te maken, opdat het navolgende geslacht die weten zou. Asaf geeft ons hierin zelf een navolgenswaardig voorbeeld. Twee dingen moeten ons opvallen bij het nauwkeurig doorlezen en overdenken van deze psalm.

a. Het eerste wat opvalt, is het ongeloof, de ontrouw en ongehoorzaamheid van Israël ondanks de grote wonderen die God in het midden van hen verheerlijkt had. Een aangrijpend voorbeeld daarvan lezen we in vers 22: Zij geloofden niet in God en vertrouwden niet op Zijn heil, alsook in vers 36 en 37: En zij vleiden Hem met hun mond, en logen Hem met hun tong. Want hun hart was niet recht met Hem, en zij waren niet getrouw in Zijn verbond. Hebben we ons eigen beeld in het gedrag van het volk Israël wel eens teruggezien? Dan zullen we ons niet boven hen kunnen verheffen; ja, dan zal het tweede wat ons in deze psalm moet opvallen een wonder zijn, en dat is:

b. Gods taai geduld, Zijn onbegrijpelijke goedheid en vergevingsgezindheid. O, wie zal ooit kunnen begrijpen wat we in vers 38 lezen: Doch Hij, barmhartig zijnde, verzoende de ongerechtigheid, en verdierf hen niet; maar wendde dikwijls Zijn toorn af, en wekte Zijn ganse grimmigheid niet op. Asaf onderwees zijn volk dus op een eerlijke en evenwichtige wijze. Dat is ook onze dure plicht! De Heere geve ons allen getrouwmakende genade om onze geliefde jeugd altijd eerlijk en evenwichtig zowel wet als evangelie, zonde als genade voor ogen te stellen! Wat zou het groot zijn als de Heere het wilde gebruiken om deze uitwendige kennis in hun hart toe te passen! Daar komt het voor hen en ons allen zo op aan! Immers, hoewel uitwendige kennis van de leer van vrije genade van groot belang is, en het gemis daarvan vaak de oorzaak is dat zowel jongeren als ouderen zich makkelijk laten meevoeren met allerlei wind van leer (Ef. 4:14), toch is er meer nodig! Behalve een verstandelijke kennis is er een zaligmakende kennis van de waarheid nodig. Dan zullen we in waarheid onze hoop op God mogen stellen en Zijn daden niet vergeten, maar Zijn geboden bewaren. Jeugd, waar hebben jullie je hoop op gevestigd? En wij, ouders? Op iets van dit vergankelijke leven? Op iets wat ons oor, oog en hart kan bekoren? O, wat zijn we dan dwaas, want de wereld gaat voorbij, en haar begeerlijkheid, maar die den wil van God doet, blijft in der eeuwigheid (1 Joh. 2:17). Echt gelukkig zijn we dan wanneer we God oprecht liefhebben en Zijn geboden bewaren! Hoor eens wat Christus zegt: Die Mijn geboden heeft en dezelve bewaart, die is het die Mij liefheeft; en die Mij liefheeft, zal van Mijn Vader geliefd worden; en Ik zal hem liefhebben, en Ik zal Mijzelven aan hem openbaren (Joh. 14:21).

Geliefde catechisanten, lees nog eens rustig de woorden na die ds. Hellenbroek speciaal tot jullie richt in het voorwoord van zijn vragenboekje. Bid elke keer of de Heere het catechetisch onderwijs wil zegenen en of Hij je catechiseermeester wil helpen. We hopen van harte dat het van jullie allen mag gelden wat we zingen in Psalm 72: Ook zal eeuw in, eeuw uit, het nageslacht Zijn grootheid zingen (vs. 9, ber.)

Geliefde ouders, aan onze doopbelofte om onze kinderen te onderwijzen, is ook verbonden dat wij alles in het werk zullen stellen om hen te doen en te helpen onderwijzen! Onze kinderen moeten in woord en daad aan ons kunnen merken dat wij het catechetisch onderwijs een zaak van het grootste belang vinden. Laten we daarom de catechiseermeesters in het bijzijn van onze kinderen opdragen aan de Heere. Laten we verder zoveel mogelijk onze hartelijke betrokkenheid bij dit onderwijs tonen, zowel vóór als na de catechisaties.

Geliefde catechiseermeesters, wat een schone maar ook zeer verantwoordelijke taak heeft de Heere op uw schouders gelegd! We kunnen begrijpen dat u er daarom tegenop ziet, want wie is immers tot deze dingen bekwaam? Anderzijds hopen we dat u de zielen van de jongeren die aan uw liefdevolle zorg zijn toebetrouwd zó lief zult mogen hebben, dat u ze met hartelijke bewogenheid zult mogen onderwijzen.

Welnu, de zachtmoedige en nederige Profeet en Leraar ter gerechtigheid zij daartoe uw en onze Onderwijzer, Raadgever en Leidsman. Hij vervulle in het midden van onze gemeenten Zijn dierbare belofte: Het zaad zal Hem dienen; het zal den Heere aangeschreven worden tot in geslachten. Zij zullen aankomen en Zijn gerechtigheid verkondigen den volke dat geboren wordt; omdat Hij het gedaan heeft (Ps. 22:31, 32).

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 september 2018

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Bij het begin van een nieuw catechisatieseizoen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 september 2018

De Wachter Sions | 12 Pagina's