Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Brieven van het platteland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Brieven van het platteland

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waarde Vriend!

Daags na Pinksteren was ik in eene nabijgelegen stad, waar ik nog iets te zien en te hooren kreeg van de wijze waarop door velen de dagen van het Pinksterfeest waren doorgebracht. Aan dronkenschap en allerlei zwendelarij geen gebrek!
»Al de »banken” zitten vol,” hoorde ik iemand zeggen naast wie ik in den tram zat. »Nog nooit,” zeide een ander, »was het aan »de lommerd” zoo druk geweest.” Daar hebben de menschen hier op het platteland geen begrip van, dat, vooral in de groote steden, menige »bank van leening” zijne vaste klanten heeft. Het behoort, helaas, tot de alledaagscbe dingen voor velen, om maar ieder oogenblik naar de »lommerd” te loopen, zooals men dit noemt, om daar’ kleedingstukken, huisraad, enz. te verpanden. Al verdient de ambachtsman een goed weekgeld, dan is er in vele gevallen zooveel voor jenever, voor uitgaan en pret-maken noodig, dat men er in de verste verte met z’n inkomen niet komen kan. Gezinnen, waar alle godsvrucht gemist wordt en waar men alleen leeft voor de wereld, zijn dan ook dikwijls eene hel in ’t klein. De man wijt het aan de vrouw en de vrouw aan den man, dat alles zoo slecht gaat, en de arme kinderen worden de dupe van alles.
Alleen voor belastingschuldige burgers schijnt een gouden eeuw te zijn aangebroken, nu wij het voorrecht hebben eene »vermogensbelasting” te krijgen. Mijn vriend, bij wien ik in de stad even toefde, liet mij de enveloppe met zijn inhoud zien, die ingevuld bezorgd moest worden in een der aangewezen bassen. Ik moet u ronduit zeggen, dat ik er niets van begrijp, Om u een bewijs te geven welk een zonderling ding deze wet is, wil ik v eens een stukje mededeelen van hetgeen ik in een mij gezonden nr. van »de Financiër” las. Mannen, die in zulk een blad schrijven, mogen op dit punt wel eens gehoord.
Ik las daar onder meer het volgende:

»Het gevaar, naar de gevangenis te worden verwezen, is het eenige niet, dat den belastingplichtige boven het hoofd hangt, als hij zijn formulier niet juist invult of doet invullen en die voor den Raad van beroep door een in de wet opgenomen verklaring bevestigt of doet bevestigen. Er liggen hier nog meer voetangels. Doch voor ik deze aanwijs, zal ik in een paar woorden, doch zonder in détails te treden, mededeelen hoe ongeveer deze wet, in technischen zin, werkt.
Men ontvangt een formulier en vult dat in — als men het kan. Als men het niet kan, raadpleegt men zijn buurman, of den schoolmeester, of een advocaat, of zijn effecten makelaar, of den burgemeester (ik hoor, dat vele burgemeesters en ook enkele commissionairs in effecten — die dan beter op de hoogte schijnen te zijn dan ik — zich reeds bereid verklaard hebben, de belastingplichtigen in bet verrichten van die moeilijke taak bij te staan.) Er blijft van het geheim der wet dan wel niet veel meer dan een schaduw over, doch het geheim is voor velen, b. v. voor alle hoogstaangeslagenen, toch reeds een wassen neus, wijl de staten, jaarlijks gepubliceerd, de noodige inlichtingen omtrent de hoegrootheid van de door hen aangegeven vermogens zullen verschaffen. Ook bij verwezenlijking van het denkbeeld, om in het vervolg alleen het totaal van den aanslag op de lijsten der hoogst aangeslagenen te vermelden, zal men, door vergelijking met vroegere lijsten, in de meeste gevallen gemakkelijk tot het bedrag van den aanslag in de vermogensbelasting geraken.
Het ingevuld en onderteekend formulier steekt men. in de bus of zendt het per aangeteekenden brief aan den ontvanger of den inspecteur van registratie, en wel binnen 20 dagen nadat bet door den belastingplichtige is ontvangen. Wie, in de belasting vallende, geen formulier heeft ontvangen, moet een aanvragen en uiterlijk voor 15 Juni ingevuld en onderteekend inleveren.
De inspecteur van registratie verzamelt de aangiften. Is hij met de aangifte tevreden, dan is de zaak voorloopig in orde; de belastingschuldige ontvangt een verzegelde uitnoodiging om het bedrag der belasting in. twee (of hoogstens in vier) termijnen te komen voldoen. Is de inspecteur met de aangifte niet tevreden, dan voegt hij er elk willekeurig bedrag bij en geeft per aangeteekenden brief kenis van den verhoogden aanslag. Is de belastingplichtige op zijn beurt met die verhooging niet tevreden, dan is hij gehouden bij gemotiveerd bezwaarschrift,binnen 30 dagen na de aanteekening, daartegen op te komen en te bewijzen, dat de inspecteur ongelijk heeft. Neemt deze het bewijs niet aan (hij is zelf rechter in het geschil), dan blijft de verhoogde aanslag geldig, doch heeft de belastingplichtige nog beroep op een Raad van drie personen. in mijn vorig artikel steeds Raad van beroep genoemd, en wel uiterlijk 30 dagen nadat hem de uitspraak van den inspecteur is toegezonden. (Wordt door den inspecteur ambtshalve een aanslag aan den belastingplichtige, of wie hij daarvoor houdt, opgelegd, d. w. z. heeft deze, ofschoon naar des inspecteurs oordeel belastingplichtig, geen eigen aangifte gedaan, dan moet het beroep op den Raad geschieden, uiterlijk 30 dagen nadat de uitnoodiging tot betaling is toegezonden.)
De Raad van beroep bestaat uit 3 personen, waarvan één wordt benoemd door Gedeputeerde Staten, één door de rechtbank en één door den minister van financiën. Een vierde door de regeering benoemde persoon is voorzitter en heeft een adviseerende stem. De regeering en de minister zullen, vermoed ik, vooral personen kiezen, die krachtens hun tegenwoordig of vroeger ambt vele familie-geheimen bezitten. Oud-notarissen b. v. zijn daarvoor als geknipt. Ook gewezen effectenmakelaars zouden in dit systeem van spionnage uitstekende diensten kunnen bewijzen. Notarissen en effectenmakelaars, die nog zaken doen, zullen wel zoo voorzichtig zijn zich niet beschikbaar te stellen, daar hunne affaire dan geheel zon verloopen.
Een Raad van beroep wordt benoemd voor »elke provincie” of »gedeelte van provincie.” Gelukkig de provincie, wier raad (of raden) samengesteld is uit mannen, die deze harde wet zoo zacht mogelijk toepassen. Wel kan daarvan het gevolg zijn, dat ten slotte in deze belasting door velen, wier vermogen geheel of ten deele aan de contrôle ontsnapt, nagenoeg niets wordt bijgedragen en ten slotte vooral zij, die zichtbare belastingobjecten hebben, de belasting dragen; doch de illusie, dat eene belasting als deze de lasten naar draagkracht verdeelt, zullen toch zeker ook de meest verstokte optimisten wel reeds hebben prijs gegeven. Het blijft ten slotte toch maar de vraag, waar en hoe men iets grijpen kan. Daarin lost zich deze geheele belasting op, die, naar ik onlangs eenige eenvoudige lieden hoorde beweren, eerst eens recht den last tot betalen dáár zoude leggen, waar die het best te dragen is!”

Gaarne geloof ik, dat elke nieuwe vorm van wetgeving zijne moeielijkheid met zich meebrengen zal. Toch zou het m. i. moeielijk gaan iets uit te vinden, dat op het gebied van wetgeving nog meer afkeer bij ons volk vindt dan deze »vermogensbelasting.”
Weet ge den oorsprong en de bedoeling van die wet, amice? Denk er eens over na! Met groetenis,

Uw vriend,
VERITAS.
»Nooitgedacht,” Mei 1893.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 juni 1893

De Wekker | 4 Pagina's

Brieven van het platteland

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 juni 1893

De Wekker | 4 Pagina's