Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Beantwoording van vragen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Beantwoording van vragen

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoe moeten wij verklaren 1 Kor. 11 : 10, dat de vrouw eene macht op het hoofd moet hebben om der engelen wil. De Apostel schrijft aan de Koiinthiërs voor, niet zich over te geven aan het losbandige, dat in hunne stad zoo zeer heerschte, maar alle welvoegelijkheid in acht te nemen bij de openbare samenkomsten des gebeds. Bij deze waren de geesten, uitgezonden ten dienste dergenen, die de zaligheid beërven zuilen, tegenwoordig. Zoo luidt Ps.138 : I volgens de vertaling der Septuaginta: »Ik zal U, o Heere! loven met mijn geheele hart, en in de tegenwoordigheid der engelen zal ik U psalmzingen.” In het boek Tobias zegt de engel Raphaël tot hem: »wanneer gij badt, zoo bracht ik de gedachtenis van ulieder gebed voor het aangezicht des Heiligen.” Aan die engelen nu, die hemelgeesten, is orde en regel en welvoegehjkheid aangenaam; het tegendeel zoude hen afstooten. Om hunne tegenwoordigheid moet de man met ongedekten, de vrouw met gedekten hooide daar aanwezig zijn. Blootshoofds te zijn was bij de oude Romeinen een teeken van vrijheid. Zoo lezen wij van Massinissa, den grijzen koning der Numi-diërs dat hij noch door koude, noch door regen er zich toe liet brengen om zijn hoofd te bedekken. Ge man moet dan ook als vrije als het beeld en de heerlijkheid Gods het hoofd niet dekken, maar de vrouw, dat wij zeggen de gehuwde, is aan den man onderworpen en moet voor het aangezicht der engelen ook haren stand niet miskennen, en ten teeken van hare onderworpenheid eene macht, dat is een teeken van de macht naars mans over haar, op het hoofd hebben, dat is eene bedekking. Zoo konden die engelen voor God, die de vrouw aan de man onderwierp, getuigenis afleggen, dat zij standvastig die ordening Gods aankleefden en aan Zijn gebod ziet gehoorzaam onderwierpen. Gelijk de sluiër boven het hoofd der vrouw is maar ook tevens haar beschermt, zoo is de macht des mans boven haar en tot hare beschutting. Abimelech zegt dan ook tot Sara van Abraham: »Hij zij u een deksel der oogen.” Als Rebekka Izak zag »nam zij den sluiër en bedekte zich.” Bij de Grieken, in ‘t bijzonder bij de Spartanen, gingen de jonge dochters blootshoofds, maar na hare verloving bedekten hare speelgenooten haar hoofd. Onder die bedekking kan ook worden verstaan het lange haar, door Paulus in vs. 15 “een deksel” genoemd, De groote menigte verschillende verklaringen waarvan vele zeer onaannemelijk, achten wij niet noodig onzen lezers mede te deelen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 oktober 1895

De Wekker | 4 Pagina's

Beantwoording van vragen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 oktober 1895

De Wekker | 4 Pagina's